JavaScript is required for this website to work.
Buitenland

Bakoe tussen twee vuren

Dirk Rochtus25/5/2012Leestijd 4 minuten

Azerbeidjan treedt op 26 mei op als gastland van het Eurovisiesongfestival. De ogen van de Europeanen zullen gericht zijn op Bakoe, de hoofdstad van een land dat voor vele onder hen een boek met zeven zegels is. Zullen ze ook zien dat de machthebbers van Azerbeidzjan tussen twee vuren staan? Of dekken de glitter en de glamour van het Songfestival de binnen- en buitenlandse problemen van het regime toe? Dat Vraag Dirk Rochtus (docent internationale politiek en Doorbraakredacteur) zich af op deredactie.be

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Azerbeidzjan is rijk, heel rijk. De staat in de zuidelijke Kaukasus zwemt in de olie. Bijna letterlijk. Bakoe ligt pal naast de Kaspische Zee met haar onmetelijke olie- en gasvelden. Interessant voor het Westen is dat. Europa zou voor zijn olie en gas minder afhankelijk willen worden van Rusland. Olie vloeit door een oliepijplijn vanuit Bakoe naar de Turkse havenstad Ceyhan aan de Middellandse Zee. Ook gasleveringen aan Europa stonden op het programma via het Nabucco-project dat echter met financiële moeilijkheden kampt.

Dynastie
Mensenrechtenorganisaties zijn wakker geschoten toen de organisatie van het Songfestival aan Azerbeidzjan werd toevertrouwd. Er is nogal wat kritiek op het politieke systeem van een land dat al decennia lang door de ‘Aliyev-dynastie’ wordt geleid. Heydar Aliyev, de vader van de huidige president, was al van 1969 tot 1982 leider van de Sovjetrepubliek Azerbeidzjan en van 1993 tot 2003 president van de in 1991 onafhankelijk geworden Republiek Azerbeidzjan.
Ilham volgde zijn vader op in 2003 en zou er volgens analisten en opposanten een als autoritair gekarakteriseerd bewind uitoefenen. Volgens een rapport van de Amerikaanse organisatie Freedom House (www.freedomhouse.org) zou corruptie welig tieren in Azerbeidzjan en zou het er niet goed gesteld zijn met de persvrijheid en het verkiezingssysteem. Mensenrechtenactivisten namen heel concreet ook aanstoot aan de massale onteigeningen die de regering in Bakoe doorvoerde om ruimte te creëren voor bouwprojecten in het kader van het Songfestival. Maar de kritiek was niet luid genoeg om de landen die deelnemen aan het Songfestival tot een boycot te bewegen (terwijl de oproep tot een eventuele boycot van het EK Voetbal in Oekraïne omwille van de slechte behandeling van voormalig premier Joelia Timosjenko op meer gehoor kan rekenen bij Westerse leiders zoals de Franse president Hollande)

Seculiere staat
Azerbeidzjan betekent wel wat voor het Westen. Zijn olie- en gasvoorraden vallen niet te versmaden. Maar speelt er zich in de regio niet ook zoiets af als de ‘clash of civilizations’? 90 % van de inwoners van het Turkstalige Azerbeidzjan zijn moslims, verdeeld over 70 % sjiieten en 20 % soennieten. De staat huldigt het secularisme, de Azeri-samenleving geldt als seculier en relatief modern en wereldopen. Het land ligt geprangd tussen de Noordelijke Kaukasus waar islamfundamentalisme woekert en het regime van de ayatollahs in Iran aan zijn zuidergrens. Als seculiere staat is Azerbeidzjan dan ook een objectieve bondgenoot van het Westen in de strijd tegen radicaal islamisme van maatschappelijke en staatkundige aard.

Azerbeidzjan moet niet alleen een antwoord zien te vinden op de vraag hoe de mensenrechten en de democratie het ervan afbrengen en hoe de seculiere orde tegen sluipende islamisering kan worden beschermd. Ook op het vlak van geopolitiek en internationale betrekkingen heeft het heel wat om handen, en vaak zijn de interne en externe problemen met elkaar verweven. Iran hangt net zoals Azerbeidzjan de sjia-strekking binnen de Islam aan, maar beschouwt de religie wél als het fundament van de maatschappelijke orde. Dat bepaalt ook de houding van de ayatollahs tegenover andere staten. In hun ogen is het Songfestival een ‘duivelse’ en ‘decadente’ aangelegenheid en dat er in Bakoe dan ook nog eens – in de marge van het festival – een optocht van homoseksuelen plaatsvindt, doet als ‘belediging van de Islam’ de deur dicht voor hen. Teheran heeft alvast zijn ambassadeur uit Bakoe teruggehaald en die van Azerbeidzjan op het matje geroepen.

Paradoxen
De problemen tussen Iran en Azerbeidzjan zijn ook van geopolitieke aard. Paradoxen leven zeker op dit terrein nog sterk. Azerbeidzjan heeft toenadering gezocht tot de Verenigde Staten van Amerika en een wapendeal van 1,6 miljard dollar afgesloten met Israël, en laten die twee nu net aartsvijanden van Iran zijn. Omgekeerd kan Iran het goed vinden met het christelijke Armenië dat de separatistische Armeense republiek van Nagorno-Karabach (volkenrechtelijk een deel van Azerbeidzjan) tot grote woede van Bakoe ondersteunt. Die ruzie leidt Armenië ertoe het Songfestival te boycotten.
Teheran trekt zich van de ‘koude oorlog’ tussen Armenië en Azerbeidzjan over twistappel Nagorno-Karabach niets aan en is vooral geïnteresseerd in het doen van goede zaakjes met Jerevan. Op zijn beurt kan Armenië zuidelijk buurland Iran goed gebruiken om zich te bevrijden uit de ‘omsingeling’ door Turkije aan zijn westelijke en het Turkstalige Azerbeidzjan aan zijn oostelijke grens. En dan broeit er nog een etnisch conflict: een kwart van de Iraanse bevolking bestaat uit Azeri’s die leven in het noorden van Iran, in wat historisch gezien ‘Zuid-Azerbeidzjan’ is (Met het Verdrag van Gulistan van 1813 deelden het Russische en het Perzische Rijk het land van de Azeri’s onder elkaar op). Nu vreest Teheran niet helemaal ten onrechte het streven van zijn ‘eigen’ Azeri’s om zich te verenigen met Azerbeidzjan.

Verwevenheid
Dat het Songfestival in Bakoe wordt georganiseerd, drukt ons in het Westen met de neus op het kluwen van interne politieke en externe geopolitieke problemen en spanningen. Als we die problemen willen zien tenminste. Een oplossing vinden we niet met een paar vingerknippen, daarvoor zijn de problemen op zich en door hun onderlinge verwevenheid te complex. Vanuit de kant van het Westen komt daar nog de drang naar veiligheid en energie bovenop, de drang naar politieke stabiliteit en het veiligstellen van de energietoelevering. Bakoe bevindt zich tussen twee vuren, dat van de ‘democratie’ en dat van de ‘geopolitiek’, maar in feite geldt dat ook voor het Westen. Het is het eeuwige spagaat tussen stabiliteit en democratie waarmee de Westerse wereld wordt geconfronteerd. Hoe ziet de rangvolgorde eruit? Om dit spagaat te illustreren werd bijvoorbeeld over het Turkije van de woelige jaren ’90 gezegd dat Amerika op ‘a stable and democratic Turkey’ en Europa op een ‘democratic and stable Turkey’ stond.
Hameren op de democratie betekent voor het Westen vaak ook snijden in eigen vlees, het slopen van een beschermingswal tegen gevaren die in dit geval ‘islamfundamentalisme’ en ‘Iran’ heten. Daarom waren Westerse landen niet geneigd om toe te geven aan oproepen tot boycottering. Een doekje voor het bloeden is dan de oproep om alvast ‘niet de ogen te sluiten’ voor de mensenrechtenkwestie.

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties