JavaScript is required for this website to work.
post

1042 academici tegen Theo Francken

Maar de argumenten zijn zwak

Philippe Clerick10/6/2018Leestijd 4 minuten

De verwijten van ‘deshumanisering’ en ‘beperking van vrije meningsuiting’ zijn grotesk en hysterisch.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

1042 academici hebben een opiniestuk ondertekend waarin ze de ‘deshumanisering van vluchtelingen’ en de ‘beperking van de vrije meningsuiting’ aanklagen. Als actoren van die deshumanisering en die beperking citeert men Theo Francken (N-VA), Tom van Grieken (Vlaams Belang), de media, het politieke debat en het publieke discours. Maar toch vooral Theo Francken.

Over stromen en golven

Waar ziet men die ‘deshumanisering’ in het publieke discours? De auteurs halen aan dat er over immigranten gesproken wordt in termen van (a) vluchtelingenstrómen; (b) migratiególven; en (c) illegalen. Dat zijn, ondanks de 1042 academische ondertekenaars, zwakke argumenten. Die ‘stromen’ en die ‘golven’ zijn algemeen aanvaarde woorden om grote menselijke verplaatsingen of evoluties aan te duiden. Als onze directeur over leerlingenaantallen spreekt gebruikt hij woorden als a-stroom, b-stroom, instroom, uitstroom en zij-instroom. En een feministe spreekt vlot over de eerste, de tweede en de derde golf. Noch onze directeur, noch die feministe heeft daarbij als doel om de leerlingen of de zusters te deshumaniseren. 

Illegalen en sans-papiers

En dan ‘illegalen’. In het Frans noemt men die mensen ‘les sans-papiers’. Het Franse woord vind ik iets te hol. Het klinkt alsof die mensen er helemaal niets aan kunnen doen dat ze geen papieren hebben, alsof ze die ergens op straat verloren zijn, alsof ze ze die ergens hebben gelegd en nu vergeten zijn wáár ze die hebben gelegd. Het Nederlandse woord ‘illegaal’ vind ik dan weer te beladen, omdat het doet denken aan illegale wapenhandel, illegale vakantiewoningen, illegaal vuurwerk, illegaal kamperen, illegaal films downloaden en illegale huiszoeking – allemaal zaken die je ook om morele redenen kunt afkeuren. Maar dat mensen het land binnenkomen zonder de wettelijke procedure te volgen, en dat ze in het land blijven nadat ze het wettelijke bevel kregen het land te verlaten, dat kan ik die mensen eigenlijk niet kwalijk nemen.  Hoe zou ik zelf zijn als ik in hun plaats was?

Geen crimineel feit

‘Illegaal’ is dus een enigszins beladen woord. De hysterie in het opiniestuk kan ik evenwel niet vatten. ‘Migreren zelf,’ lees ik,  ‘wordt als een te vervolgen crimineel feit beschouwd, getuige het gebruik van het woord ‘illegaal’.’ Maar dat is helemaal niet zo. Je kunt het woord ‘illegaal’ best gebruiken zonder migreren als een crimineel feit te beschouwen, waar een straf op moet volgen. Niemand wil die illegalen een boete opleggen of ze in onze gevangenissen houden. Integendeel. Het enige wat men wil is die illegalen het land uitwijzen. Dat is geen straf uit het strafwetboek.

Een prijs plakken op mensen

Stromen, golven en illegalen – is dat alles wat het opiniestuk aan ‘deshumanisering’ te bieden heeft? Ongeveer wel. Er wordt nog iets gezegd over het ‘ontzeggen van emoties aan rouwenden bij het graf van een kind’. Dat is geloof ik een verwijzing naar het doodgeschoten meisje Mawda en een uitspraak van Bart De Wever daarover. Hoe hier emoties ‘ontzegd’ werden, is mij niet duidelijk, ook al heb ik de betekenis van het woord ‘ontzeggen’ nog eens opgezocht. Ook wordt vermeld dat ‘sommigen het zelfs nuttig [vinden] om een prijs op hen [vluchtelingen] te plakken’. Ja, zo kan ie wel weer. Jarenlang kon ik stukken lezen over vluchtelingen die geld zouden opbrengen, maar nu men dat eens ernstig wil berekenen, is het weer niet goed. Een economische berekening uitvoeren wordt nu ‘een prijs plakken’ op een mens. Nou, nou. En zou die gedachtegang dan niet moeten gelden voor álle economische berekeningen, want die gaan altíjd over mensen.

Bedreiging van vrije meningsuiting

Dat hele gedoe over deshumanisering is wat mij betreft grotesk. Maar het meeste heb ik mij gestoord aan het tweede deel van het opiniestuk, onder het kopje ‘Beperking van de vrije meningsuiting’. Francken had gereageerd op een open brief van de rectoren waarin ze bedekte kritiek gaven op zijn beleid. Francken had daarop getweet ‘Als de rectoren een politiek spelletje willen spelen over immigratiedossiers, zullen ze de boomerang in hun gezicht krijgen. Zowel inhoudelijk als publiek.’ Volgens het opiniestuk is dat ‘niet mis te verstaan als een dreigement aan het adres van de rectoren en bijgevolg aan de hele academische gemeenschap’ en als een ‘discours van intimidatie’. 

Intimidatie

Ik heb een radicaal-linkse vriend die ook elke polemische uithaal van N-VA naar een politieke tegenstander, naar een journalist of naar een open-grenzenadvocaat als ‘intimidatie’ opvoert. Maar als dat zo is, dan zou elke uithaal náár N-VA – van een politieke tegenstander, van een journalist of van een open-grenzenadvocaat – ook een intimidatie moeten zijn. Je kunt redelijkerwijze maar van intimidatie spreken als er een machtsrelatie bestaat tussen de degene die intimideert en degene die geïntimideerd wordt. En die machtsrelatie bewijs je niet door erop te wijzen dat N-VA de machtigste partij in het land is. Die machtigste partij van het land heeft geen macht over de pers, over advocaten, en over hun politieke tegenstanders, en al zeker niet over de universiteiten. Wat stelt men zich bij die laatste intimidatie eigenlijk voor? Dat de regering, op aandringen van N-VA de rectoren uit hun functie ontheft? Dat ze weerspannige universiteiten belangrijke subsidies ‘ontzegt’ (als ik dat woord ook eens mag gebruiken?).

Onduidelijke dossiers

Eerlijk gezegd, ik heb mij zelf ook het hoofd gebroken over de tweet van Francken. Wat bedoelde hij toch met die ‘boomerang’? Pas bij de vervolgtweet ging mij een licht op. ‘Rectoren mogen zich uiteraard uitspreken,’ schreef Francken in die tweede tweet, ‘maar over individuele migratiedossiers waarover nog zoveel onduidelijkheden zijn, is men beter wat voorzichtig. Dat is wat ik met die ‘boomerang’ bedoelde.’ Ik lees dat als volgt: buitenstaanders weten een aantal dingen niet die ik wel weet maar niet mag zeggen; als die dingen na het onderzoek geopenbaard worden, zou wel eens kunnen blijken dat hier en daar te voortvarend werd gereageerd.

Philippe Clerick (1955) studeerde romanistiek en germanistiek en is leraar Nederlands. Politiek ongebonden na een extreemlinkse jeugd. Hij houdt een Clericks weblog bij van wat hem te binnen valt over Karl Marx, Tussy Marx en Groucho Marx. En al de rest.

Commentaren en reacties