JavaScript is required for this website to work.
Zonder categorie

50 jaar VNJ: maakt het een verschil?

Pieter Bauwens28/2/2011Leestijd 3 minuten

Vijftig jaar geleden richtte Jaak Van Haerenborgh het Vlaams Nationaal Jeugdverbond (VNJ) op. Eén van de doelstellingen van de stichter-verbondsleider was dat oud-VNJ’ers kaderleden van de verschillende verenigingen in de Vlaamse Beweging zouden worden. Is dat nu zo?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Volgens Elke Serpieters, huidig verbondsleidster van het VNJ, valt dat mee. ‘Veel oud-VNJ’ers vinden hun weg naar een actieve plaats in de Vlaamse Beweging, zeker de oud-leiding. Maar ik weet niet of dat enkel de verdienste is van het VNJ. Ook de thuis speelt een grote rol, denk ik. Wat wel zo is, VNJ’er zijn, vraagt een groot engagement. Er zijn er die voor het VNJ veel opgeven. Dat is natuurlijk een bepaalde mentaliteit die je meedraagt en ervoor zorgt dat je elders ook engagement opneemt.’ Een voorzichtige opener. Hoe denken andere oud-VNJ’ers, actief in de Vlaamse Beweging, daarover?

Jo Van Bever is stafmedewerker van de Vlaamse Volksbeweging. Volgens hem is het oud-VNJ’er zijn een groot voordeel want ‘het opent makkelijk een deur naar andere oud-VNJ’ers’. Zijn er veel oud-VNJ’ers als kaderlid actief in de Vlaamse beweging? ‘Tot op zekere hoogte wel. Het is jammer dat het VNJ zo klein is geworden. Het VNJ kan de motor zijn, je wordt in het VNJ opgevoed met idealisme, een ingesteldheid die in een vrijwilligersbeweging van pas komt.’ Volgens Jo Van Bever mag de rol van het VNJ in de Vlaamse Beweging zeker niet worden onderschat: ‘Het VNJ is een bron voor andere verenigingen waar ze talent en jongeren kunnen putten.’

Bij IJzerwake vinden we heel wat oud-leden. Dat is niet verwonderlijk als je weet dat de eerste IJzerwake ooit een organisatie was van het VNJ. Een ervan is woordvoerder en regisseur Gino Smits. Hij leidt een regieploeg die op enkelen na bijna volledig uit ex-VNJ’ers bestaat. Volgens Gino Smits vind je in de brede Vlaamse Beweging heel wat oud-VNJ’ers. ‘Voor mijn generatie is de bedoeling van Vanhaerenborgh wel gelukt, vind ik. Kijk maar naar IJzerwake of de VVB. Je ziet ook op allerlei gelegenheden mensen die je al lang niet meer zag. Dan denk ik altijd “er is toch iets blijven hangen”. Maar ik weet niet of die doorstroming vandaag nog zo vlot loopt.’ En is het een voordeel om oud-VNJ’er te zijn? ‘Een groot voordeel. Het schept een band die je nergens anders in de Vlaamse Beweging kan terugvinden.’

Ook in de partijpolitiek vinden we oud-VNJ’ers. Senator Piet De Bruyn (N-VA) was ooit actief in het VNJ, dat hij in 1991 verliet uit onvrede met het gevoerde beleid en de onmogelijkheid tot inspraak. ‘Het VNJ heeft me geholpen in de opbouw van mijn netwerk, het heeft me enkele vrienden voor het leven opgeleverd, dus dat is een duidelijk voordeel. Maar het heeft me niet echt geholpen om mijn politieke carrière uit te bouwen. In de tijd dat ik actief was in het VNJ ging 95 % op het pad van het Vlaams Blok. Zeggen dat het mij politiek geholpen heeft, is dus overdreven.’

Een van de oud-VNJ’ers die naar het – toen nog – Vlaams Blok stapten, was Koen Bultinck. Via de studiedienst van het VB kwam hij in de Kamer. Heeft zijn jeugdbewegingsverleden hem geholpen? ‘Enerzijds was het een voordeel omdat je gewoon bent in ploegverband te werken, in het openbaar te spreken, leiding te geven, vergaderingen voor te zitten, te organiseren. Maar anderzijds ook een nadeel omdat je vanuit het VNJ een erecode, noem het een leidraad, meekreeg van trouw aan het gegeven woord, trouw aan een ideologische kameraad, trouw aan de ideeën. En dat is nu juist jammer genoeg niet altijd de praktijk in de partijpolitiek.’ Is er een netwerk? ‘Een echt netwerk van oud-VNJ’ers is te sterk uitgedrukt. Maar er is zeker een sterke band van respect en kameraadschap. De magie van samen dezelfde jeugdbewegingsidealen te hebben gedeeld, gaat niet verloren. Het zorgt ervoor dat die oud-VNJ’ers goed kunnen samenwerken en contact onderhouden binnen de Vlaamse Beweging.’

Voor een objectievere kijk gaan we te rade bij een andere oud-VNJ’er, historicus Bruno De Wever. Hij reageert zoals het een wetenschapper betaamt: ‘Eigenlijk is daar nooit grondig wetenschappelijk onderzoek over gevoerd. Er is een reeks lokale studies gevoerd over het VNJ, maar nooit over de impact bijvoorbeeld. Met een beetje schroom zou ik zeggen dat die doelstelling niet echt geslaagd is. Het VNJ is een relatief kleine jeugdbeweging, maar topfiguren van de Vlaamse Beweging heeft ze toch nog niet voortgebracht. Er zijn ongetwijfeld veel oud-VNJ’ers actief in het middenkader, maar echt de kaders van de Vlaamse beweging, dat betwijfel ik.’

Categorieën

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties