JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

AK-VSZ aanvaardt institutioneel akkoord over de sociale zekerheid niet

Pieter Bauwens6/12/2011Leestijd 2 minuten

Het Aktiekomitee voor een Vlaamse Sociale Zekerheid (AK-VSZ) onderzocht het institutioneel akkoord van de regering Di Rupo over de bevoegdheidsoverdrachten in de Sociale Zekerheid (SZ). En maakt de balans op, een aanpassing is nodig zeggen voorzitter Dr. Gui Celen en secretaris Erik Stoffelen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het AK-VSZ begint de analyse met een positieve noot. Voor de kinderbijslagen wordt het volledige federale budget (5,9 miljard euro) naar de deelstaten overgeheveld. Dat is positief. Maar er zijn ook negatieve aspecten en vragen. Het akkoord spreekt over een “communautarisering”, doch voor Brussel gaat de volledige bevoegdheid naar de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Dat komt neer op een regionalisering: zo wordt de band tussen de Vlamingen in Brussel en die in de rest van Vlaanderen doorgeknipt. Volgens het AK-VSZ gaat dat in tegen een basisprincipe van de Resoluties van het Vlaams Parlement van 3 maart 1999. De deelstaten krijgen geen financieringsautonomie en worden dus niet geresponsabiliseerd voor de inkomsten. Uit de tekst van het akkoord kon het aktiekomitee niet opmaken of de deelstaten normeringsbevoegdheid krijgen, dan wel een simpel doorgeefluik worden.

Voor de gezondheidszorgen worden bevoegdheden, goed voor 4,2 miljard euro, overgeheveld. Die bevoegdheden zijn interessant volgens het AK-VSZ en een aantal ervan leidt tot meer homogene bevoegdheidspakketten voor de deelstaten. Het is ook positief dat de deelstaten via samenwerkingsakkoorden met de federale overheid inspraak krijgen op een aantal beslissingsniveaus. Daar staat dan weer tegenover, stelt het AK-VSZ, dat het overgehevelde budget, volgens verschillende berekeningsmethodes, slechts tussen de 10,5 à 13,4 % van het totale RIZIV-budget bedraagt. Meer nog, de inhoud van het akkoord raakt niet aan de kern van de RIZIV-uitgaven voor geneeskundige verzorging en invaliditeit. Een belangrijk deel van de overgehevelde gezondheidszorgen gaat naar de gewesten en niet naar de gemeenschappen. De deelstaten krijgen geen financieringsautonomie. En wat de deontologische orden betreft, suggereert de tekst dat de artsen in de zes Vlaamse faciliteitengemeenten rond Brussel mogen kiezen tussen de Orde van Vlaams- en Waals-Brabant.

Inzake werkloosheidsvergoedingen en pensioenen voor werknemers en zelfstandigen is van overheveling naar de deelstaten geen sprake. Er is evenmin sprake van een afbouw van de geldtransfers in de SZ uit Vlaanderen naar Wallonië en Brussel.

Om al die redenen aanvaardt het AK-VSZ het institutioneel akkoord Di Rupo inzake de SZ in zijn huidige vorm niet. Het AK-VSZ vraagt dat het akkoord aangepast wordt en dat tenminste de kinderbijslagen, de gezondheidszorg, de RIZIV-uitkeringen en de sociale bijstand volledig overgedragen worden naar de gemeenschappen. En dit zowel inzake normerings-, uitvoerings- als financieringsbevoegdheid. Dat sluit overleg en samenwerking niet uit.

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties