JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Anders gaan bewegen?

3/11/2011Leestijd 7 minuten

“Di Rupo-akkoorden: niet in mijn naam” introduceert een andere vorm van Vlaams “bewegen” in 2011. Een stap vooruit of een stap opzij?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Van een Vlaamse Beweging mag in elk geval enige ‘beweging’ verwacht worden. Het arsenaal aan klassieke technieken voor maatschappelijk engagement zijn bekend. Plak een klever achter op de fiets, hang een affiche voor het venster, bus pamfletten bij dichte en verre buren, zwaai met een leeuw op een sportmanifestatie, ronsel voor een meeting, organiseer debatten en lezingen, doe mee aan een uilenspiegelactie, werf handtekeningen voor een papieren petitie en betoog. Van de verenigingsbesturen verwachten we een persmededeling, een studie, een krantenartikel, een interview, een tijdschrift, lobbywerk achter de schermen, aanwezigheid op de straten.

Sedert enkele weken voegt de Vlaamse Volksbeweging daar de ‘elektronische actie’ aan toe. Met ‘Di Rupo-akkoorden: niet in mijn naam’ mikt de VVB vooral en in eerste instantie op de virtuele (en soms draadloze) draad die alle computer-bezitters met elkaar verbindt. Natuurlijk worden ook papieren pamfletten en spandoeken voorzien, want de band met de vertrouwde aanpak wordt niet doorgeknipt.

Na een tweetal weken ‘niet in mijn naam’ past een eerste tussenrapport.

Het arsenaal

De actie loopt dus vooral elektronisch. Aanklikbaar vanaf de webstek van de Vlaamse Volksbeweging of rechtstreeks op http://www.vvb.org/kort/218/36259krijgt de belangstellende in drie lagen de kritiek op de akkoorden van Di Rupo voorgeschoteld, ten eerste via een elektronisch rondstuurbaar pamflet in 10-slogans, daarachter elk kort van een verklaring voorzien. Verder een lange lijst met aanklikbare artikels uit eigen huis en van derden, die de kritiek diepgaander stofferen. De webstek verwijst verder naar facebook (nl-nl.facebook.com/nietinmijnnaam), youtube (http://www.youtube.com/watch?v=dubNjmWA-8Q) en stelt de klaarzittende actieveling suggesties voor om mee in het virtuele strijdperk te treden. Oh ja, we zouden het haast vergeten: een rekeningnummer onderaan hoopt de vrijgevigen tot doneren te inspireren.

De actie maakt zeer intensief gebruik van facebook. Daar worden ‘vrienden’ voor de eigen pagina geworven, logo en slogan bekend gemaakt, teksten onder de aandacht gebracht en gedeeld, verbale speldenprikken rondgestuurd die inspelen op de actualiteit van de dag, mensen naar de webstek geleid.

Een filmpje op youtube biedt weer een andere weg om de boodschap uit te dragen in een omgeving waar de Vlaamse Beweging tot nu maar bescheiden aanwezig is.

De respons

De facebook-actie heeft als groot voordeel (of nadeel?) dat de directe respons dagelijks op de voet kan gevolgd worden. De eerste week groeide het aantal vrienden aan met enkele honderden per dag. Na een week zakte dat aantal uiteraard. Momenteel telt de groep 1623 vrienden. Enkele vergelijkingspunten kunnen helpen om de impact in te schatten. De facebook-groep van de zwaar door de pers ondersteunde G1000 (die op heel België mikt) staat na enkele maanden op 2991. Een initiatief als De Wakkere Burger moet het stellen met 462 vrienden, terwijl Greenpeace Belgium er bijna 15 000 telt. De IJzerwake komt aan 931 stuks, de IJzerbedevaart heeft er 21. De Vlaamse Volksbeweging zelf zit al enige tijd aan het maximum van 5000 en verkast momenteel naar een andere facebook-formule die geen bovengrens telt. Partijen als Vlaams Belang (ruim 9300 vrienden) en N-VA (bijna 7000) vonden die weg al eerder.

Na de eerste week werden de facebook-berichten van de groep ruim 100 000 keer weergegeven. Het aantal actieve gebruikers stijgt de eerste anderhalve week dagelijks boven de duizend, om daarna duidelijk af te nemen.

Het youtube-filmpje werd tot nu ruim 3650 keer bekeken. Soortgelijke youtube-filmpjes via Doorbraak-televisie konden elk zo’n duizend mensen lokken. Sommige politiek-inhoudelijke filmpjes moeten het stellen met enkele tientallen kijkers, maar persiflages komen dan weer af en toe aan enkele tienduizenden hits of breken zelfs door de grens van 100 000.

In de pers werd de actie in een klein stukje genoemd in De Standaard. ’t Pallieterke en Doorbraak besteedden er ruim aandacht aan. Anderzijds leert wat googlen dat de campagne vermeld wordt op talrijke webstekken, die elk weer nieuwe mensen bereiken.

Het oordeel   

Hoe moet deze actie beoordeeld worden na een tweetal weken? Het is wel nuttig op te merken dat het thema – de communautaire akkoorden van Di Rupo – volledig uit de persbelangstelling is verdwenen en plaats moest ruimen voor het proces-Janssens, de Dexia-affaire, de euro-crisis en de sociaal-economische regeringsonderhandelingen (die overigens ook duidelijk minder aandacht trekken dan het geval was voor de politieke gebeurtenissen van enkele weken geleden). De actie start dan ook op een technisch ongelukkig moment.

De actie kost relatief weinig geld, maar des te meer permanente persoonlijke inspanningen omdat er voortdurend nieuwe voeding gevraagd wordt. Het internet – en dat geldt in het bijzonder voor facebook – is een hongerig medium. Elk nieuwtje kan maar rekenen op een dag of zelfs maar enkele uren aandacht, gezien de voortdurende instroom van nieuwe informatie. Uiteraard geldt dat ook voor traditionele acties die persaandacht trekken. Een dagblad heet niet voor niets een dagblad.

Deze actievorm vraagt een degelijke technische aanpak. De eerste twee weken beperkten de technische problemen zich tot een minimum en werden ze meteen verholpen. Op dat vlak slaagde de Vlaamse Volksbeweging er in om aan de minimumeisen te voldoen. Er werden soms wel vragen gesteld bij de gebruiksvriendelijkheid van het aanbod, wat leert dat het terrein voor velen nieuw is.

Het internet biedt zeker ook het voordeel van de snelheid. Nieuws, berichten, citaten kunnen meteen worden doorgespeeld. De hele actie ging van start slechts vier dagen na het bekendmaken van de teksten van de akkoorden, wat zeker een record is. Het blijkt dat deze berichten op facebook ook ruim worden gedeeld, al blijken vele facebook-gebruikers ook op dat vlak het medium soms nog niet helemaal te beheersen. De ‘vind ik leuk’-knop wordt meer gebruikt dan de propagandistisch veel interessantere ‘delen’-knop.

De Vlaamse Beweging slaagt er met deze aanpak zeker ook in om een jonger publiek te bereiken. Uit de statistieken blijkt dat een kleine helft van de actieve gebruikers jonger is dan 35 jaar.

Welk publiek wordt met deze aanpak bereikt? De keuze om de actie vooral via facebook te voeren, beperkt de doelgroep uiteraard. Maar dat is het geval voor elke actietechnieken, zoals stukken in de krant (alleen krantenlezers) of klassieke pamflettenbedeling (alleen de bereikte brievenbussen). De mensen die actief inspelen op de actie zullen via hun fb-vrienden veel ‘overtuigden’ bereiken, maar via deze weg breken ze toch duidelijk ook deels uit de kring van Vlaamse Bewegings-bekenden en kunnen niet- of minder-geëngageerde belangstellenden bereikt worden. Een medium als youtube biedt zeker ook een weg naar mensen die anders nooit in contact komen met de boodschap.

Deze manier van actie voeren is ook erg direct en laagdrempelig. Een eerste poging om mensen uit te nodigen zich aan te melden om ook meer te doen dan de actie ‘leuk’ te vinden, kon snel en rechtstreeks worden opgezet, via facebook en mail. De respons was behoorlijk, maar leerde toch weer dat de vertrouwdheid met de nieuwe technieken niet mag overschat worden en dat er nog een kloof gaapt tussen de ‘leuk’-knop en de daadwerkelijke medewerking.

Leent internet zich voor diepe inhoudelijke informatieverstrekking? De mogelijkheden zijn in theorie enorm. Via de actie-webstek vindt de belangstellende grote hoeveelheid teksten. Maar die zullen zeker hun weg maar vinden naar een beperkte groep. Weer geldt dat ook voor klassieke acties, die echter niet dezelfde eenvoudige mogelijkheden bieden. Maar zeker ook internet vraagt korte en snelle communicatie. Dat soort berichten – de korte prikjes – scoort duidelijk het best bij de facebook-vrienden.

De persaandacht voor de actie is erg klein en kan zeker niet tippen aan hetgeen bijvoorbeeld een betoging teweeg brengt (al is die respons niet altijd positief). Terwijl straatacties kunnen zorgen voor ruime aandacht, vindt dit soort virtuele campagnes grotendeels onder de radar van de klassieke media plaats. Dat kan ontmoedigend werken.  

Anderzijds geeft deze campagne de kans om deels los te komen van de welwillendheid van de pers. Ook wanneer die de andere kant op kijkt, kunnen duizenden mensen worden bereikt door de medewerking van vele campagnevoerders, elk achter hun eigen pc of laptop. Op deze manier kan iedereen de rol van klein persmedium spelen voor de eigen groep ‘vrienden’.

Dit soort campagnes biedt de kans op een brede, moeilijk traceerbare verspreiding via talrijke lijnen. Een CD&V-parlementslid zei hierover in een gesprek met een fb-vriend van de campagne (die zich niet als zodanig bekend had gemaakt): ‘We weten niet hoe hiermee om te gaan. In de pers hebben we er weinig last van, maar op deze manier verspreiden ze het gifwel duizendvoudig via oncontroleerbare wegen. Daar kunnen we onmogelijk zelf op reageren. Zo beïnvloeden ze veel mensen, zonder dat we er veel weet van hebben.’

Uiteraard is de penetratiekracht ook moeilijk in te schatten door de actievoerders zelf en dat zorgt voor een gevoel van onzekerheid over het nut ervan. Daar komt bij dat de mensen individueel moeten inspelen op het aanbod, wat een grote verantwoordelijkheid legt bij ieder afzonderlijk.

Een voordeel is dan weer dat er een tweerichtingsverkeer kan plaatsvinden. Wie wil meedoen kan zelf ook suggesties doen aan de actieleiding en melding maken  van de wijze waarop ze er zelf mee omgaan. Deze vorm van actievoeren biedt ook een grote flexibiliteit aan de medewerkers. Zij kunnen activiteiten ontplooien terwijl het eten staat te pruttelen of tijdens de tien minuutjes dat nog moeten worden gewacht op het favoriete televisieprogramma en hoeven er niet eens de deur voor uit.

Voor ‘warmbloedigen’ kan deze aanpak wat zacht lijken en lijden aan een gebrek aan spektakelwaarde. Zoals elke vorm van actievoeren, zal ook deze meer of minder aanspreken naargelang het karakter van de sympathisanten. Hier wordt mogelijk meer gemikt op de ‘koelbloedigen’ die minder drijven op adrenalinestoten maar eerder heil zien in sluipende beïnvloeding door herhaling en argumentatie.  

De uitdaging

Dé uitdaging zal er in bestaan de vaart in de actie te houden om ‘vermoeidheid’ te vermijden, wat een voortdurende voeding vraagt. Het aangereikte materiaal dient voortdurend ververst, want verslijt snel. Dat legt een extra last op de actieleiding en ligt niet voor de hand in deze communautaire nieuwsarme tijden.

Daarnaast moet er rekening mee worden gehouden dat vele Vlaamse Bewegers niet of amper vertrouwd zijn met de nieuwe media. De communicatie moet duidelijk en eenvoudig zijn en het materiaal gebruiksvriendelijk worden voorgesteld.

Tenslotte kan dit soort campagne maar succes hebben indien er wordt op ingespeeld door vele mensen. De bal wordt gelegd in het kamp van de individuele Vlaamse Bewegers.

Balans

Deze bedenkingen zijn uiteraard onvolledig. Voor een eindbalans is het in elk geval veel te vroeg. De actie is uiteraard nog lang niet afgelopen, aangezien de regering formeel nog moet gevormd worden en de akkoorden op uitvoering wachten. Dat wordt een werk van lange adem en een zware uitdaging voor de campagne.

Deze actie-vorm is niet alles zaligmakend en moet zeker aangevuld worden met de klassieke methoden. Maar ze biedt nieuwe mogelijkheden en het is een grote uitdaging voor de Vlaamse Beweging om de bewegers zelf daar in mee te nemen.

Als 1600 actieve medewerkers kunnen worden aangezet om het medium (internet/facebook) intensief te gebruiken, biedt deze aanpak de kans het ‘gif’ honderdduizendvoudig te verspreiden en in persoonlijke naam bekenden aan te spreken. Eigenlijk krijgen alle sympathisanten de kans mee te werken aan de uitbouw van een eigen, breed verspreid persmedium. In theorie geeft dat een echte kwantiteitssprong. Of die ook echt wordt gezet, moet nog blijken.

Reacties graag: [email protected]

undefined

Commentaren en reacties