JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

ARMOEDEBESTRIJDING EN MUMBO JUMBO

Orthodoxie betekent: altijd uit hetzelfde vaatje tappen

Miel Swillens10/11/2016Leestijd 2 minuten

Uitleg gevraagd bij een moeilijke paragraaf

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Sinds de N-VA deel uitmaakt van zowel de federale als de Vlaamse regering verloopt het armoededebat in Vlaanderen bitser en gepolitiseerder dan ooit. Maar het probleem is ouder en zit dieper. De overgrote meerderheid van onze sociale wetenschappers heeft een politieke agenda, en ook wie die niet heeft, kan de agenda van zijn collega’s maar beter niet dwarsbomen.

De departementen sociologie aan onze universiteiten zijn ideologische hot spots. Ideologie primeert, wetenschap – of iets dat daarop gelijkt – is haar gewillige dienares. Zo is het ondenkbaar dat wetenschappelijk onderzoek tot resultaten zou leiden die niet stroken met de vigerende orthodoxie. Dit heeft een geestdodend conformisme tot gevolg.

Orthodoxie gaat gepaard met dogma’s, leerstellingen waarvan niet mag worden afgeweken. De academische wereld die zich over de armoede in ons land buigt, kent er heel wat. Ik zet ze op een rijtje:
– De arme is per definitie het slachtoffer van de maatschappij.
– Wie arm is draagt daar zelf geen verantwoordelijkheid voor.
– Verantwoordelijk is de overheid. Zij en zij alleen moet het probleem oplossen.
– Armoede is louter een economisch probleem. Bijgevolg kan het probleem alleen maar worden opgelost door grote sommen te investeren in armoedebestrijding. Blijven de resultaten uit, dan betekent dat dat er nog meer geld tegenaan moet worden gegooid.
– Dat armoede ook een morele en culturele dimensie heeft, wordt ontkend. Aan wie arm is mogen geen eisen worden gesteld.
– Dat de toename van armoede en kinderarmoede in ons land grotendeels het gevolg is van een decennialange import van armoede is onbespreekbaar.

Hogepriesteres van die orthodoxie is Bea Cantillon, directeur van het Centrum voor Sociaal Beleid van de Universiteit Antwerpen. Professor Cantillon wordt geregeld in de media opgevoerd als expert armoedebestrijding. Recent nog kapittelde ze de Vlaamse regering in verband met de hervorming van de kinderbijslag. Cantillon is voorstander van een verregaande inkomensherverdeling, waarbij het geld niet alleen bij de rijken moet worden gehaald. De armoedekloof dichten zal minstens drie procent van het inkomen van álle gezinnen kosten. Zo beweert Cantillon in een artikel In De Standaard (5/11) met de nog weinig verrassende titel: Inderdaad, armoede oplossen kost geld. Over hoe ze haar plannen wil realiseren zegt ze:
… (die inkomensherverdeling) alleen kan worden gerealiseerd met belangrijke structurele ingrepen in het geheel van de verdelingsprocessen. Dit wil zeggen: in de architectuur en de kwaliteit van het geheel van de welvaartsstaat, gaande van onderwijs over arbeidsmarkt, fiscaliteit en sociale bescherming. We moeten daarvoor een democratisch draagvlak creëren en daarvoor is vertrouwen nodig, dat wil zeggen een sterker sociaal weefsel, vooral in de grote steden.

Herlees die passage, lezer, en maak kennis met de taal van de activistische wetenschapper: een combinatie van academisch mumbo jumbo en holle politieke fraseologie. Ik betwijfel of de professor kan duidelijk maken wat haar woorden in de reële wereld betekenen. Het verwondert dan ook niet dat universitair onderzoek op almaar meer scepticisme stuit, en nog nauwelijks de status geniet van …zelfs opiniepeilingen. Tenzij dan bij de journalisten en opiniemakers die sympathiseren met de politiek correcte dogma’s van de onderzoekers. Zo berust de reputatie van Bea Cantillon vooral op het vuur waarmee ze in de media de geldende orthodoxie verdedigt. Ze heeft daar ook goede redenen toe. Die orthodoxie is onontbeerlijk voor de morele superioriteit die ze claimt, en de macht en het prestige die daarmee samengaan.

foto:©Reporters

Dit artikel kadert in het project ‘Armoede in Vlaanderen’ dat tot stand komt met de steun van de Vlaamse overheid.

Categorieën

Miel Swillens is een Vlaamse columnist en oud-medewerker van het weekblad Tertio. Hij studeerde Germaanse filologie aan de RUG en is een oud-leraar van het Sint-Jozef-Klein-Seminarie in Sint-Niklaas en ook van de Vrije Handelsschool Sint Joris in Gent. Hij schreef in het verleden teksten voor Miek en Roel, zoals Het Verdronken Land Van Saeftinge (1970) en Het Land Van Nod (1970). Miel overleed in augustus 2017.

Meer van Miel Swillens

De auteur van dit essay Jan-Werner Müller is hoogleraar politiek aan Princeton University, maar werkt momenteel als onderzoeker rond het thema populisme aan de universiteit van Wenen. Wat is populisme? is gebaseerd op lezingen die Müller gaf aan het Weense Institut für die Wissenschaften vom Menschen en draagt daar ook de sporen van. Een vlot leesbare tekst kan je het niet echt noemen. Daarvoor is de toon en de aanpak te academisch. Of wat dacht je van volgende zin?

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

‘Sick’ is een relevante en hilarische roman waarin Bavo Dhooge alle humoristische registers opentrekt, zonder daarbij ook maar een moment de vinger van de pols van de maatschappij te halen.