JavaScript is required for this website to work.
post

Assad moet weg

Robert Vandemeulebroucke24/11/2015Leestijd 4 minuten

Assad mag geen rol meer vervullen op het ogenblik dat de conclusies van de onderhandelingen in Wenen uitvoerbaar worden.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het bilan na bijna vijf jaar burgeroorlog in Syrië met 250.000 doden – het merendeel onder de burgerbevolking –  twaalf miljoen ontheemde Syriërs, vier miljoen Syriërs in vluchtelingenkampen in de naburige landen en een vluchtelingenstroom die Europa via Turkije en de Middellandse Zee overspoelt, is hallucinant. Van de zogenaamde ‘strijd tegen het terrorisme’, is Assad nooit afgeweken. Het was de mantra vanaf dag één na de vreedzame, maar bloedig onderdrukte protestmanifestaties in de provinciestad Deraa in maart 2011, die de aanleiding waren tot de burgeroorlog.

Er waren de conferenties van Genève (1 en 2) om de oorlog te beëindigen door een nieuwe politieke structuur op te zetten, gevolgd door een halfbakken conferentie in Moskou, die niets hebben opgeleverd. Twee VN-bemiddelaars hebben er hun tanden op stukgebeten (Annan en Brahimi). Een derde VN-onderhandelaar, Staffan de Mistura, probeert discreet een minimum te bekomen namelijk de strijdende partijen tot een lokaal staakt-het-vuren te bewegen. Zonder veel of langdurig succes. De complete machteloosheid in de VN-Veiligheidsraad door de blocage van Rusland is, gezien de afmetingen die het conflict thans heeft aangenomen ongezien sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog.

Men noteert de aarzelende tegenacties van het Westen – VS en bondgenoten – die het pokerspel met Moskou al in augustus 2013 verloren hadden toen de westerse tegenmaatregelen na een gasaanval van het regime met meer dan duizend dodelijke slachtoffers succesvol door Rusland geneutraliseerd werden: Syrië stemde er toen ‘vrijwillig’ mee in zijn voorraad gasgranaten onder internationaal toezicht te laten vernietigen. Met de bombardementen vanaf 30 september laatsleden in Syrië, mengt Rusland zich in de strijd en dreigt het Westen zijn kwakkelende leiderschap te verliezen.

De status van Assad in een mogelijke overgangsregering werd eerst kordaat verworpen door het Westen (Genève 1 en 2), dan toch bespreekbaar geacht, zij het voor een niet nader gepreciseerde “beperkte periode “. Dat is sinds 30 oktober het voorstel van de internationale conferentie in Wenen.

Om morele redenen

Hoe kan voor het Westen een genocidair staatshoofd, van nabij betrokken in het vergassen, doodmartelen en afslachten van zijn eigen bevolking, die zijn land tot op zijn grondvesten heeft vernield, met enige internationale legitimiteit aanblijven, zelfs in een overgangsregering? Assad is ook indirect verantwoordelijk voor terroristische aanslagen buiten zijn eigen territorium, met name in Libanon en Turkije, voor het neerhalen van een Russisch passagierstoestel in de Sinaï-woestijn en voor de recente moorddadige aanslag in Parijs. Hoeft het gezegd dat zulke aanslagen aan onze voordeur mischien niet de laatste zullen zijn?

Mijn Syrische en Libanese contacten zeggen mij dat de grote meerderheid van uitgeweken Syriërs niet beter vraagt dan naar hun vaderland terug te keren en het herop te bouwen, maar zonder Assad opnieuw aan het roer. Dat is hun enige conditie. De ballingschap weegt de Syriërs zwaar. Net zoals alle Arabieren zijn zij aan hun grond verknocht, veel meer dan wij, westerlingen ons kunnen indenken. Het succesvol blokkeren van de politieke aspiraties van Assad, zelfs het verhinderen van zijn zogenaamd voorlopig aanblijven in een overgangsregering, zou een reuzestap in de goede richting zijn en zou ook het Europese eigenbelang dienen want vele vluchtelingen zullen bij het heengaan van Assad huiswaarts willen keren.

Om politieke redenen

De redenering gaat als volgt: Assad is onmisbaar in een overgangsregering, want anders tuimelt het land helemaal de dieperik in (net alsof dit niet allang het geval is). Daarmee kan hij de link leggen met zijn opvolger die, na verkiezingen zal worden geïnstalleerd. In feite bedoelt men: er is niemand anders van de status van Assad nu beschikbaar om het roer over te nemen, en tot die iemand gevonden wordt, blijft hij beter aan.

Dit is een te verwerpen uitgangspunt.

Ten eerste is een overgangsregering een rekbaar begrip, en in het vernielde Syrië reikt het verder dan de pakweg zes maanden die men voorspiegelt om de publieke opinie te paaien. Rusland en Iran hebben er het meeste baat bij deze ‘overgang’ zeer lang te laten aanslepen.

Ten tweede is Syrië nog lang niet bevrijd van de zogenaamde Islamitische Staat die ruwweg driekwart van het territorium heeft ingelijfd. De oorlog duurt dus nog voor onbepaalde tijd voort en hoe kan men in deze omstandigheden aanvaardbare, correcte verkiezingen organiseren? Ergo: de zogenaamde overgangsregering krijgt een nog langer leven toebedeeld.

Ten derde: zelfs als de wapens zwijgen is het organiseren van internationaal aanvaardbare verkiezingen in een platgebombardeerd land, met de helft van de bevolking intern op de vlucht en miljoenen anderen opgevangen in vluchtelingenkampen in de nabuurlanden of op weg naar Europa een waandenkbeeld. Men moet dan kiezerslijsten opstellen en nakijken, logistieke vraagstukken van allerlei aard oplossen, fraude voorkomen, en het nodige budget vinden. Intussen kunnen één of meerdere partijen van binnen- of buitenuit nog voor bijkomende moeilijkheden en bloedvergieten zorgen, of het hele opzet blokkeren. Het is een titanische onderneming, ondenkbaar in een geruïneerd land. Daardoor kan de zogenaamde overgangsregering met Assad voor een onbepaald lange tijd aanblijven.

Ten vierde: wat indien Assad zich opnieuw verkiesbaar stelt? Want niets verhindert hem dat te doen. Hoe gaat men die ambitie kortwieken? En wat indien hij opnieuw wordt verkozen? Dan keert men terug tot de status quo ante, naar 2011, net alsof er nooit een bloedige burgeroorlog in Syrië was geweest. Het scenario zou in elk geval niet slecht uitkomen voor de stokebranden Rusland en Iran. Assad krijgt dan een nieuwe legitimiteit en daarmee zou het Westen voor de derde keer, dit keer definitief, voor schut staan.

Hoe kan het dan verder?

Assad kan of mag onder geen beding nog een rol vervullen op het ogenblik dat de conclusies van de onderhandelingen in Wenen uitvoerbaar worden, zelfs niet in een overgangsregering. Alle Syrische politieke instellingen en infrastructuur hebben heel de oorlog lang op een aanvaardbare manier gewerkt en zij doen dat nog. Ook de Baathpartij is grotendeels intact en zij bestuurt nog wat van Syrië territoriaal overblijft, namelijk grosso modo westelijk Syrië of twintig procent van ’s lands oppervlakte, maar tegelijkertijd ook het dichtsbevolkte gebied. Dat is een goede vertrekbasis.

Hier ligt een mogelijke oplossing: bij hoogdringendheid een technokratische regering zonder Assad samenstellen, met een dienstdoend staatshoofd wiens politieke aspiraties niet noodzakelijk verder reiken dan de volgende verkiezingen. Het model Tunesië komt daarbij voor de geest: na de moord op twee oppositieleden ruimde de toenmalige verkozen Tunesische regering er in 2013 plaats voor een technocratisch overgangskabinet dat het land een nieuwe grondwet heeft bezorgd en het op succesvolle wijze naar de volgende verkiezingen heeft geloodst. De vier organisaties die zich achter het project hadden geschaard (syndikaten, nijverheidsassociaties, mensenrechtenorganisatie en advocatuur) hebben voor hun inspanningen dit jaar de Nobelprijs voor de Vrede gekregen. Het is, mijns inziens, een scenario dat vóór verkiezingen met succes kan worden overgeënt op Syrië. Het is een a-politiek voorstel waarmee westelijke onderhandelaars het niet moeilijk zullen hebben, het kan ook Rusland en Iran bekoren en aldus misschien nog het minst tegenwind opleveren. Indien daarover goed wordt onderhandeld, kan het voldoende positieve elementen bevatten om het land op termijn met succes uit het moeras te helpen trekken.

De auteur is oud-ambassadeur.

Foto: (c) Reporters

Commentaren en reacties