JavaScript is required for this website to work.
post

Bart Maddens: Di Rupo I heeft iets van een hegemonie

Bart Maddens5/12/2011Leestijd 3 minuten

Bart Maddens analyseert in De Tijd waarom een federale regering zonder meerderheid in Vlaanderen een probleem is. Het hangt ervan af hoe je kijkt, maar je moet wel consequent zijn.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Tot voor kort was het ondenkbaar, maar maandag wordt het werkelijkheid: een nieuwe federale regering zonder Vlaamse meerderheid. Vanuit democratisch oogpunt is een regering zonder meerderheid niet zo problematisch. Integendeel. In de Scandinavische landen zijn minderheidsregeringen schering en inslag. En deze democratieën blaken van gezondheid. Maar die vergelijking is misleidend.

Een echte minderheidsregering moet altijd een meerderheid zien te vinden in het parlement. De regering moet onderhandelen met de oppositie om haar begroting of haar wetsontwerpen goedgekeurd te krijgen. Een voortdurend spel van geven en nemen, met vaak wisselende meerderheden. Zo ontstaat een gezond machtsevenwicht tussen parlement en regering. Di Rupo I daarentegen zal niet op zoek moeten naar een meerderheid in Vlaanderen, behalve voor de uitvoering van het institutionele akkoord. Of je daarmee kan leven, hangt af van de manier waarop je kijkt naar het Belgische politieke systeem. Voor wie België beschouwt als één democratie, is er geen vuiltje aan de lucht. In die democratie steunt Di Rupo op een zeer ruime meerderheid van 93 op 150 zetels. Voor federale aangelegenheden maakt het niet uit of er al dan niet een meerderheid is in de afzonderlijke deelstaten. In Spanje zijn ook deelstaten waar de nieuwe regering van Mariano Rajoy geen meerderheid heeft. Maar daarom is die regering niet minder legitiem.

14 ZETELS

Vanuit dat perspectief is het ook niet belangrijk hoeveel zetels er tekort zijn voor een Vlaamse meerderheid. Er is enkel de formele ondergrens van 14 Vlaamse zetels: zoveel zijn er nog nodig om aan een meerderheid te komen als alle Franstalige partijen (62 zetels) front zouden vormen. De federalisten zijn dan ook consequent wanneer ze soms regeringen proberen te vormen die bij lange na geen meerderheid hebben in Vlaanderen. Zo wilde Guy Verhofstadt eind 2007 eerst een paarsgroene regering vormen met slechts 36 van de 88 Vlaamse zetels. Half juli van dit jaar was er opnieuw de nauwelijks verholen dreiging van Open VLD, sp.a en Groen! een regering te vormen met slechts 31 Vlaamse zetels. In beide gevallen was het dreigement geloofwaardig genoeg om CD&V overstag te doen gaan.

ONDEMOCRATISCH

Voor wie België ziet als de optelsom van twee democratieën – en dat zijn er nogal wat blijkt uit de verkiezingsuitslag – is er natuurlijk een groot probleem. Vanuit dat meer confederalistische perspectief is de regering-Di Rupo I ronduit ondemocratisch. In de Vlaamse democratie komt een minderheid van electorale verliezers aan de macht. Een minderheid die steunt op een overweldigende meerderheid in een andere democratie. Die situatie heeft iets weg van een hegemonie. Een hegemonie van Franstalig België over Vlaanderen, welteverstaan. Dat is des te meer het geval omdat het omgekeerde, een regering zonder meerderheid in Franstalig België, volstrekt ondenkbaar is. Met wat slechte wil zou je Vlaanderen kunnen vergelijken met Hongarije of Tsjecho-Slowakije onmiddellijk na de Tweede Wereldoorlog. Daar kwamen na democratische verkiezingen communistische regeringen aan de macht. Die regeringen hadden geen meerderheid in eigen land, maar putten hun macht uit de steun van een externe mogendheid, de Sovjet-Unie. Voor wie België ziet als één enkele democratie, komt die vergelijking absurd en provocerend over. Voor wie twee democratieën ontwaart, klinkt ze, alle verhoudingen in acht genomen, vrij logisch. Dat illustreert mooi hoezeer de regering-Di Ru- po I de politieke tegenstellingen over België zal aanscherpen en het communautaire conflict in Vlaanderen zal aanwakkeren.

PREMIER

Overigens is dat niet louter een tegenstelling tussen de oppositie en de meerderheid. Ook de Vlaamse regeringspartijen lijken daarover niet met zichzelf in het reine. Dat blijkt uit de heisa rond de vraag of Elio Di Rupo moet worden meegeteld als Franstalig minister, dan wel communautair aseksueel is. Bekijk je de politieke situatie door een federale bril, dan moet je de Franstaligen gelijk geven. De Belgische premier vertegenwoordigt de hele federatie. Eender uit welke deelstaat hij komt. Ook dat er minder Vlaamse dan Franstalige ministers zijn mag geen punt zijn. Want zijn het niet allemaal federale ministers, die het belang van de hele federatie voor ogen hebben ? De Vlaamse regeringspartijen hebben het echter moeilijk met die redenering. Als puntje bij paaltje komt dragen ze kennelijk toch een confederale bril. Ze beschouwen de federale ministers, inclusief de premier, als vertegenwoordigers van de eigen deelstaat. Maar het is het één of het ander. Je bent federalist, en dan aanvaard je dat er meer Franstalige dan Vlaamse ministers zijn. Of je bent confederalist en dan vorm je geen – vanuit dat oogpunt – ondemocratische regering. Want wie als confederalist akkoord gaat met deze regering, is geen echte democraat.

Bart Maddens (1963) is germanist en politieke wetenschapper. Als student was hij actief in het KVHV van Leuven en in de Volksunie-Jongeren. In de jaren 1990 was hij lid en bestuurder van het IJzerbedevaartcomité. Vandaag publiceert hij regelmatig opiniestukken over de Vlaamse Beweging en de staatshervorming. Hij is auteur van onder meer 'Omfloerst separatisme. Van de vijf resoluties tot de Maddens-strategie'. 

Commentaren en reacties