JavaScript is required for this website to work.
post

België is wereldkampioen

Hendrik Cammu30/5/2020Leestijd 4 minuten

foto © Photo by Free To Use Sounds on Unsplash

België is, los op kop, wereldkampioen coronasterfte: 810 doden per miljoen inwoners. Dr. Hendrik Cammu gaat na hoe dat komt.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

België is, los op kop, wereldkampioen coronasterfte: 810 doden per miljoen inwoners. Daarmee laten we de nummers twee tot vijf, Spanje (580/mln), VK (552/mln), Italië (547/mln) en Frankrijk (438/mln) ruim achter ons. Dat komt, lees je wel eens, omdat wij zo goed tellen.

Het is juist, wij tellen goed. Het bewijs is dat in België de cijfers van oversterfte sinds de coronaepidemie gelijklopen met het aantal coronadoden. Wij kastijden onszelf met die hoge cijfers, hoor je ook, we stellen onszelf in een slecht daglicht. Tja, indien we geen enkele rekening zouden houden met de 40% niet-bevestigde coronadoden in de woonzorgcentra dan hebben we geen 808 maar 485 doden/mln en staan we wereldwijd op de even weinig benijdenswaardige vierde plaats.

Onvoorbereid en te laat

Onze grote bevolkingsdichtheid speelt zeker in ons nadeel. Duitsland, dat vrij snel testte, tracete en isoleerde, doet het goed met 102 doden per miljoen inwoners. Nederland 345/mln (met lockdown) en Zweden (zonder lockdown) 423/mln behoren tot de zwakke leerlingen, Denemarken (met lockdown) 98/mln tot de goede. De beste leerling van de Europese klas is Slowakije dat slechts vijf doden/mln inwoners telt. Waarom heeft ons land meer dan 9000 doden en Slowakije, met half zoveel inwoners als België, 28? Een reden is dat de Slowaken, nog voor de WHO en de Slowaakse overheid opriepen tot maatregelen, onmiddellijk en op grote schaal mondmaskers begonnen te dragen, u weet wel die prullen die een vals veiligheidsgevoel geven.

België was niet voorbereid en de maatregelen kwamen laat. Dat heeft waarschijnlijk veel Belgen het leven gekost. Is dat een ‘j’accuse’? Neen. Achteraf, met kennis van de feiten, kritiek leveren is iets te gemakkelijk. Een magere troost is dat we niet de enige waren. Volgens een editoriaal in British Medical Journal waren de meeste landen door hybris ‘schandalig onvoorbereid’.

Club tegen Cercle

In de Pano-reportage van 27 mei 2020 zeggen zowel minister De Block als microbioloog Herman Goossens dat ze de pandemie hebben onderschat. Enkele weken geleden reeds verklaarde klinisch bioloog Emmanuel André, KU Leuven (in HLN) dat België niet voorbereid was: ‘we hadden niet de logistiek om die eerste patiënten te testen en te isoleren.’ En volgens klokkenluider van het eerste uur, coronaspecialist Marc Wathelet (ULB) was dat precies wat nodig was.

Er werd veel te weinig getest, de testresultaten lieten op zich wachten. We hadden ook niet de juiste beschermingskledij onder meer maskers (ik bespaar u de soap rond de maskers) om huisartsen en zorgverstrekkers, zeker in de woon-zorgcentra, te beschermen. Onze strategische reserves waren vernietigd en niet vervangen. En er was de krokusvakantie van 15 tot 21 februari: skiërs die terugkeerden uit besmette gebieden in Italië, massamanifestaties gingen gewoon door.

Volgens Marc Wathelet waren er in België na de krokusvakantie al duizend mensen besmet. De voetbalcompetitie kwam in een beslissende fase en op 7 maart, een week voor de totale lockdown, telde men 275.000 supporters op de Belgische eersteklasse voetbalvelden. Vooral de match tussen Club en Cercle Brugge voor een full house, kan problematisch zijn geweest. En dan waren er een week later nog de lockdownfeestjes: veel mensen in een kleine besloten ruimte met weinig verluchting, een paradijs voor covid-19…

Er moeten héél wat besmette mensen hebben rondgelopen zonder dat ze dat wisten. En die konden dan anderen besmetten. In het begin van de pandemie was het reproductiegetal R = 3, dit wil zeggen dat elke besmette patiënt drie andere mensen besmette en dat loopt snel aardig op.

We mogen trouwens de rol van het voetbal niet onderschatten. Het Lombardische (Italië) gezondheidssysteem is gekraakt ten gevolge van de massale virale besmetting tijdens de Champions League wedstrijd Atalanta Bergamo tegen Valencia op 19 februari in San Siro in Milaan. 40.000 (1 op 3 inwoners van Bergamo) supporters woonden die wedstrijd bij en feestten nadien door tot in de vroege uren. Een groot aantal geïnfecteerde mensen, dat dat zelf niet wist, bood zich aan bij de gezondheidsdiensten en overbelastte het systeem. Volgens The Times was het ook onverantwoord om Liverpool-Atlético met publiek (52.000 supporters waaronder 3000 Spanjaarden) af te werken. Spanje was toen al in een semi-lockdown. De match zou voor 41 rechtstreekse coronadoden hebben gezorgd.

Kent de WHO haar eigen voorzorgsmaatregelen niet?

De WHO zou te terughoudend zijn geweest in haar richtlijnen om covid-19 aan te pakken. Is dat zo? Volgens Harvard professor en kinderarts Donald Berwick (1946) verhoogde de WHO haar advies over covid-19 tot ‘zeer hoge urgentie’ reeds begin februari. Waarom reageerden de naties niet, vraagt hij zich af? Hij denkt dat de kans bestaat dat beleidsmakers zich in een groot aantal landen zullen moeten verantwoorden tegenover de bevolking.

De WHO heeft zich de voorbije jaren niet verstopt. Na de SARS-epidemie van 2003 bracht de WHO 196 landen samen die allemaal toezegden om te werken aan een melding en evaluatie van uitbraken van virussen. In 2014 had slechts 1 op 3 landen de voorschriften nageleefd. Onder impuls van onder meer Bill Gates werd in Davos in 2017 de publiek/private Coalition for Epidemic Preparedness and Innovation (CEPI) opgericht, om nieuwe, slimme vaccins te maken tegen ‘ziekte X’. Covid-19 zou een goede kandidaat X zijn geweest.

En in 2018 stelde de WHO een commissie samen om te kijken hoe voorbereid de wereld was op een pandemie. Haar rapport: 2019, A world at risk: annual report on global preparedness for health emergencies beschreef zelfs de weerslag op de economie en de manieren van financieren van een pandemie. De impact van dat rapport was minimaal. Omdat men nooit weet wanneer een pandemie komt, hebben nogal wat natiestaten, waaronder België, hun ‘preparedness’ voor zich uitgeschoven ‘naar later’.

Snelheid

Een hele rist landen deden het uitstekend. Snelheid van het nemen van agressieve maatregelen zijn de sleutel om het niet tot een exponentiële groei van covid-19 te laten komen. Twee voorbeelden die allebei ervaring hebben gehad met SARS. Het arme Vietnam, 100 mln inwoners, heeft geen officiële coronadoden. Reeds op 23 januari 2020 riepen ze, na amper twee coronabesmettingen, de noodtoestand uit. Ze hebben namelijk een goed uitgebouwde eerstelijnszorg en richtten onmiddellijk een task force op. Testen kon niet in het begin. Het land ging in lockdown, sommige dorpen in quarantaine en passagiers die uit het buitenland kwamen werden gescreend.

De rijke Australische provincie New South Wales (acht miljoen inwoners) met als hoofdstad Sydney heeft een vijftigtal coronadoden. Al op 21 januari 2020 opende de overheid het ‘Public Health Emergency Operations Centre’. Vier dagen later werden de eerste vier gevallen, die uit Wuhan kwamen, in isolatie gezet. Reizigers uit China werden niet meer toegelaten. Het centrum coördineerde, testte, tracete en isoleerde de contacten. Grenzen, ook binnengrenzen, werden gesloten. NSW heeft de hoogste testing rates van de wereld, een goed geoliede Task Force en een zeer medewerkende bevolking.

Slotsom: België heeft veel tijd verloren.

Hendrik Cammu (1956) is als arts verbonden aan UZ Brussel en is docent gynaecologie aan de VUB. Als publicist, populariseert hij medische wetenschap o.a. voor De Tijd en Eos. Hij schreef eerder drie boeken over zeer uiteenlopende medische onderwerpen voor een breder publiek.

Meer van Hendrik Cammu
Commentaren en reacties