De recente goedkeuring van het meest ambitieuze pakket Europese klimaatmaatregelen ooit was de aanleiding voor een lang interview in De Tijd met Kurt Vandenberghe de Vlaamse directeur-generaal Klimaat bij de Europese Commissie. Het leest als een vreselijk recept voor hoge inflatie, een drastische verarming van de middenklasse en een zichzelf bedienende en verder uitdeinende overheid. Niet alleen wordt de emissiehandel voor de industrie verstrengd, er komt ook een uitbreiding van die handel naar het wegtransport en de verwarming van gebouwen.…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
De recente goedkeuring van het meest ambitieuze pakket Europese klimaatmaatregelen ooit was de aanleiding voor een lang interview in De Tijd met Kurt Vandenberghe de Vlaamse directeur-generaal Klimaat bij de Europese Commissie. Het leest als een vreselijk recept voor hoge inflatie, een drastische verarming van de middenklasse en een zichzelf bedienende en verder uitdeinende overheid.
Niet alleen wordt de emissiehandel voor de industrie verstrengd, er komt ook een uitbreiding van die handel naar het wegtransport en de verwarming van gebouwen. De inkomsten zijn voor de overheid. Een koolstofgrensmechanisme voor producten die buiten de EU worden geproduceerd, brengt nog meer geld in het laadje. Als toemaatje wordt er ook een sociaal klimaatfonds ter ondersteuning van de ‘kwetsbaarste’ gezinnen en kleine bedrijven ingevoerd.
Geen wonder dat de trotse EU-bureaucraat het heeft over het ‘vermijden van een sociale revolutie’ als hoogste nevendoel. Verder klopt hij zich op de borst als ‘climate doer’: ‘Wij werken aan het beleid om onze economie structureel te hervormen, zodat we klimaatneutraal worden tegen 2050.’ Een centrale sturing van de EU-economie via een 30-jaren plan dus. Dat wordt ongetwijfeld een groot succes.
‘Climate utopists’
Mensen die het niet eens zijn met die drastische en centralistische aanpak, worden zonder verpinken ondergebracht in twee categorieën: defaitistische ‘climate doomers’ en dwaze ‘climate delayers’. Die laatsten vinden dat we moeten wachten op de technologie van de toekomst.
Ik zou nog een vierde categorie willen invoeren: ‘climate utopists’. Dat zijn mensen die blijkbaar denken dat we de heilige graal van de mondiale net-zero-emissie tegen 2050 gaan kunnen bereiken zonder die technologie van de toekomst of zonder massale hoeveelheden CO2 weer uit de atmosfeer te halen. Ze blinken met zijn allen evenzeer uit in ontkenning als die vijfde, ei zo na uitgestorven categorie: de klimaatontkenners.
‘The transition delusion’
Zoals de Britse ingenieur Bryan Leyland onlangs nog uit de doeken deed, zijn de stokpaardjes van de klimaatutopisten, windmolens en zonnepanelen, ‘completely pointless’ wegens het beruchte Dunkelflauteprobleem en de onmogelijkheid om voldoende elektriciteit op te slaan.
Zelfs als we abstractie maken van dat enorme probleem, dan nog is de energietransitie die het rijke Westen wil implementeren pure wishful thinking. De energieexpert Mark Mills is wat dat betreft categoriek. Zoals het er nu naar uitziet vergt die transitie om te beginnen dat honderden nieuwe mijnen geopend worden. Binnenkort. Terwijl het gemiddeld zestien jaar duurt vooraleer een nieuwe mijn in gebruik genomen kan worden.Zoveel mijnen zitten niet eens aan het begin van die lange pijplijn. Meer nog: investeringen in nieuwe mijnen zullen de komende jaren sterk dalen. Anderzijds is de opbrengst van bestaande mijnen al jaren aan het dalen wegens een lager gehalte mineraal of metaal per ton grond.
Prijskaartje
Als we even abstractie maken van zowel het Dunkelflauteprobleem als het mijnprobleem, dan is er natuurlijk nog het astronomische prijskaartje van het 2050 net-zero-scenario. Onlangs kwam een klimaatexpert in de Amerikaanse senaat in dit verband op de proppen met de duizelingwekkende som van 50 duizend miljard dollar. Helaas bleef hij het antwoord schuldig op de vraag hoeveel de gemiddelde temperatuur op aarde zou dalen, gesteld dat de rijke Verenigde Staten een dergelijk bedrag zouden kunnen ophoesten.
De vraag is echter of ze dat effectief gaan of zouden kunnen doen: het land bezwijkt nu al bijna onder een gigantische en snel stijgende schuldenlast van 31,5 duizend miljard dollar. Daarbij zwijgen we dan nog eens zedig over de ‘unfunded obligations’ ten belope van 79,5 duizend miljard dollar.
Toch zouden de utopische en dus per definitie desastreuze plannen van de klimaatbureaucraten een belangrijke rol kunnen spelen in de transitie. Enter de ‘sleeping beauties’ van de Zwitserse bioloog Andreas Wagner: biologische en culturele innovaties die soms pas na zeer lange tijd en in specifieke omstandigheden helemaal tot hun recht komen en/of verder ontwikkeld (kunnen) worden. Gras is zowat het meest diverse en dominante meercellige organisme op de planeet. Het moest echter wel een dikke veertig miljoen jaar wachten tot de juiste omstandigheden (lees: een droger klimaat) zich aandienden. Zoogdieren? Honderd miljoen jaar (tot de dinosauriërs het loodje legden). Dieren zelf? Zowat een half biljoen jaar (tot er eindelijk voldoende zuurstof voorhanden was voor een explosie van dierlijk leven).
Stoommachine
De stoommachine, het wondermiddel dat redelijk efficiënt hitte kan omzetten in beweging, is een mooi voorbeeld van een culturele slapende schoonheid. De eerste, rudimentaire versie werd immers eind zeventiende eeuw al gepatenteerd. In combinatie met waterpompen liet ze toe om rijke, diepere koollagen aan te boren. Wegens haar inefficiëntie was ze echter zeer duur. Dat was voldoende stimulans voor ene James Watt om vele jaren te werken aan een veel efficiëntere machine. Die ontpopte zich tegen het eind van de achttiende eeuw tot het polyvalente werkpaard van de industriële revolutie.
Naarmate de energietransitie duurder wordt en haar utopische karakter duidelijker, gaat er, om vergelijkbare redenen, een grote stimulans ontstaan om ze los te koppelen of minder afhankelijk te maken van al die batterijen, windmolens en zonnepanelen. Toyota, dat koppig blijft zweren bij de (groene) waterstofauto, zou dus wel eens visionair kunnen blijken te zijn. In die omstandigheden gaan er zonder de minste twijfel een aantal slapende schoonheden wakker worden. Zoals massale energieopslag via vloeibare lucht of modulaire kerncentrales. Of – mijn favoriete kandidaat – de gyrotron, een hoogvermogenmicrogolfstraling machine, destijds ontwikkeld door de Sovjet-Unie.
Ze wordt traditioneel ingezet bij onderzoek naar kernfusie (om plasma te verhitten), maar blijkt nu ook van dienst te kunnen zijn bij het boren van kilometers diepe gaten in de aardkorst. Dat gaat het misschien mogelijk maken om wereldwijd diepe geothermische energie aan te boren. Zoals de stoommachine destijds toeliet om steeds diepere koolreserves te ontginnen. Op die manier gaan bovendien heel wat bestaande kolen- of gascentrales in relatief korte tijd omgebouwd kunnen worden tot elektriciteitscentrales die draaien op groene stoom.
Ultieme schone slapers
Daar gaat het echter niet bij blijven. Aangezien we nog zeer lang massale hoeveelheden fossiele brandstoffen gaan gebruiken, gaan we ook mineralen, al dan niet gemodificeerde organismen en machines (artificiële bomen) moeten inzetten om massaal CO2 en allicht ook methaan weer uit de lucht te halen.
Ook bacteriën gaan daarbij gebruikt worden. Meer nog, er werden recent al microben ontdekt in vulkanische hete waterbronnen die van nature razendsnel CO2 kunnen omzetten in biomassa. Omwille van hun onwaarschijnlijke versatiliteit worden ze door Wagner dan ook omschreven als de ultieme schone slapers: confronteer hen met een probleem en ze komen steevast en binnen de kortste keren met een oplossing. Alsof ze die altijd al hadden.
Zoals hij ook opmerkt, moet het menselijk cultureel innovatievermogen echter niet onderdoen. Het komt bovendien het best tot zijn recht in de hoogste en meest acute nood, zoals oorlogen. In zoverre bureaucratische overheidsmachines erin slagen de opwarming van de atmosfeer een halt toe te roepen, zal dat dan ook vooral zijn doordat ze gaan bijdragen tot dat soort acute noodtoestand.