JavaScript is required for this website to work.
Politiek

Bismarck, de man die Duitsland ‘maakte’ – en onze sociale wetgeving

Luc Pauwels2/7/2022Leestijd 4 minuten

Bismarck is de landjonker die 20 jaar Rijkskanselier van Duitsland was en zowel de Duitse eenwording als de sociale wetgeving realiseerde.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Eigenaardig hoeveel er over Duitsland wordt geschreven, zonder dat men een woord verliest aan de man die in de 19de eeuw Duitsland ‘maakte’. En die terecht ook de vader van onze sociale wetgeving wordt genoemd: Otto von Bismarck (1815-1898), de legendarische IJzeren Kanselier. De historicus Sam van Clemen wijdde een boeiend boek aan deze unieke figuur. 

Niet iedere Pruisische landjonker werd Rijkskanselier. Waarom precies Otto von Bismarck?

‘Bismarck was zeker niet afkomstig uit de hoge Pruisische adel, integendeel zelfs. Hij was afkomstig uit de lage adel. Maar hij beschikte over belangrijke kwaliteiten die hem aan de top hebben gebracht. Hij was bijvoorbeeld een uiterst getalenteerde redenaar en een voortreffelijk schrijver. Hij was gewoon een erg getalenteerde politicus. Bovendien heeft hij erg zorgvuldig een groot netwerk weten op te bouwen.’

‘Daardoor beschikte hij op de juiste momenten over de juiste beschermheren. In 1862 wilde de invloedrijke minister van Oorlog, Albrecht von Roon, hem bijvoorbeeld als kanselier. Hij begon aan de job in een crisissituatie wegens een conflict rond een geplande legerhervorming. We mogen inderdaad niet vergeten dat het begin van Bismarcks kanselierschap erg bescheiden was. Velen dachten dat hij het niet lang zou uithouden in deze functie. Hij is maar doorheen de jaren, en dankzij de successen die hij behaalde, uitgegroeid tot de almachtige kanselier die iedereen kent.’

‘Het heeft hem geen windeieren gelegd. Hij kreeg als kanselier van de keizer de titel ‘prins’ en ging zo deel uitmaken van de hoge adel. Ook kreeg hij uitgestrekte landgoederen cadeau.’

Hoe stond Bismarck tegenover de revolutie van 1848 die toch de eenheid van Duitsland nastreefde?

‘De revolutionairen van 1848 streefden inderdaad naar de Duitse eenmaking. Maar deze revolutie streefde ook naar democratisering. Zo werd gewerkt aan het opstellen van een Duitse grondwet en kwam in Frankfurt een Duits parlement bij elkaar. Het was de periode dat Europa werd overspoeld door een revolutiegolf. Ook was deze revolutie gericht tegen het Pruisische koningshuis, dat niet meteen democratisch was ingesteld.’

‘Dat laatste kon de monarchist Bismarck niet aanvaarden. Hij vond dat deze revolutie inging tegen de Pruisische belangen. Een opgaan van Pruisen in een eengemaakt Duitsland, daar was hij tegen. Hij vond dat Duitsland moest worden eengemaakt met Pruisen als drijvende kracht. De revolutie werd uiteindelijk neergeslagen. Bismarck stond dus aan de kant van de winnaars. De beloning liet niet lang op zich wachten. In 1851 werd hij immers benoemd tot Pruisische afgevaardigde bij de Duitse Bond, een grote stap voorwaarts in de uitbouw van zijn politieke carrière.’

Heeft Bismarck eigenlijk veel gereisd tijdens zijn carrière?

‘Hij heeft inderdaad een groot aantal reizen gemaakt. In 1842 deed hij iets wat in die tijd nog erg zeldzaam was. Hij maakte een lange reis naar het buitenland. Zo leerde hij Engeland, Frankrijk en Zwitserland kennen. In de zomer van 1862 trok hij naar de mondaine badplaats Biarritz aan de Golf van Biskaje om er te genieten van het goede weer. Ook bezocht hij in de Londen de wereldtentoonstelling. Daarnaast was hij natuurlijk een tijd lang Pruisisch ambassadeur in Sint-Pietersburg.’

‘In Duitsland zelf heeft hij ook gereisd. Zo verbleef hij graag in het kuuroord Bad Kissingen in Frankenland. Het gebouw waar hij verbleef, is nu ingericht als museum om blijvend daaraan te herinneren.’

Wat was het ’Driekeizerverdrag’ ?

‘Het Driekeizerverdrag stamt uit 1881. Bismarck bouwde tijdens de jaren ’80 van de negentiende eeuw zijn systeem van bondgenootschappen verder op. Hij hoopte met dit verdrag Oostenrijk-Hongarije en Rusland nauwer aan het Duitse Rijk te kunnen binden.’

‘De geplande Driekeizerbond moest de vrede tussen de drie grootmachten blijvend verzekeren. In juni 1881 werd het betreffende verdrag ondertekend. De drie partijen verbonden zich tot drie jaar welwillende neutraliteit tijdens een eventuele oorlog met een vierde partij. Ze verbonden zich verder tot gezamenlijk overleg over hun agitatie in de Balkan. Het Duitse Rijk wist zich zo verzekerd van neutraliteit van de twee andere landen als er oorlog met Frankrijk zou uitbreken. Rusland wist zich van hetzelfde verzekerd in een mogelijk conflict met Groot-Brittannië of met het Osmaanse Rijk.’

‘In 1884 volgde een verlenging met drie jaar. Bismarcks systeem van bondgenootschappen is vaak geprezen als de bekroning van zijn staatsmanskunst. De Driekeizerbond zou standhouden tot in 1886. Toen kwam het tijdens de zogenaamde Bulgarijecrisis bijna tot een oorlog tussen Rusland en Oostenrijk.’

Bismarck wordt wel eens de ‘Vader van de sociale zekerheid’ genoemd. Is dat terecht?

‘Dat is geheel terecht. Bismarck was een felle bestrijder van de Duitse socialisten en de Sozialdemokratische Partei Deutschlands (SPD). Om hun wind uit de zeilen te nemen, besloot hij om in Duitsland de sociale zekerheid in te voeren.’

In 1883 introduceerde de kanselier de ziekteverzekering. In 1884 volgde de ongevallenverzekering en in 1889 een pensioenstelsel. ‘Wie een pensioen heeft, is veel tevredener en hanteerbaarder dan wie daarop geen vooruitzicht heeft’, verklaarde hij daarover. Het waren mijlpalen in de uitbouw van een moderne welvaarstaat. Ze hebben veel nood gelenigd. En hebben gediend als model in andere landen, ook bij ons.’

‘Het waren de modernste wetten voor een sociale zekerheid in Europa, die betaald werd door werkgevers en werknemers. Maar het doel om de socialisten de pas af te snijden door hun programma te verwezenlijken, werd niet gehaald. Integendeel zelfs, de SPD zou uitgroeien tot de sterkste fractie in de Rijksdag.’

Hoe was zijn relatie met keizer Wilhelm II? Waarom werd hij uiteindelijk de laan uitgestuurd?

‘Bismarck was jarenlang Pruisisch en Duits kanselier onder keizer Wilhelm I. Toen deze in 1888 overleed, was diens zoon kroonprins Friedrich terminaal ziek. Hij zou dan ook maar drie maanden keizer zijn.’

‘Zijn overlijden maakte de weg vrij voor de andere zoon, Wilhelm II. Bismarck had gehoopt om na diens overtreden als kanselier in het zadel te kunnen blijven. Maar tijdgenoten zagen dat de jonge keizer en de oude kanselier moeilijk samen aan het roer van het Duitse Rijk zouden kunnen staan. ‘Zes maanden wil ik der Alte tolereren. Dan regeer ik zelf’, schijnt Wilhelm te hebben gezegd.’

‘Al voor zijn troonsbestijging had Wilhelm II laten doorschemeren dat hij anders dan zijn grootvader de teugels zelf in handen wilde nemen. Bismarck anderzijds vreesde dat de jonge prins niet genoeg was voorbereid op zijn ingewikkelde taak. Hij was ‘een heethoofd, kan niet zwijgen, is amper toegankelijk en kan Duitsland in een oorlog storten zonder het te beseffen en het te willen’…’

‘Toch volgde na het aantreden van de jonge monarch een periode van kalme samenwerking met de kanselier. Maar na een half jaar kreeg Bismarck zijn ontslag naar aanleiding van enkele meningsverschillen met de keizer. Het was trouwens tijd voor Bismarck om op te stappen. Een nieuwe generatie was opgestaan.’

‘Later heeft Wilhelm II Bismarck nog uitgebreid eer bewezen. Maar Bismarcks tijd was voorbij. Na hem zou Duitsland onherroepelijk de weg inslaan naar de Eerste Wereldoorlog.’

Meer  over auteur Sam van Clemen vind je op zijn website www.samvanclemen.be

Luc Pauwels (1940) is historicus, gewezen bedrijfsleider en stichtte het tijdschrift 'TeKoS'.

Commentaren en reacties