JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Corona als katalysator voor polarisatie

Karel Mortier 8/7/2021Leestijd 3 minuten

foto © Pixabay.com

Meningsverschillen worden steeds minder geaccepteerd in het politieke debat, zelfs in apolitieke kwesties als de mondmaskerplicht.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het moet me van het hart. Het stoort me mateloos hoe het politiek-maatschappelijke debat steeds opnieuw en steeds vaker wordt dood geklopt. Terwijl meningsverschillen er de essentie van zijn, is het steeds meer de norm andersluidende meningen de toegang te weigeren tot de bunker van het eigen gelijk. Tegenargumenten worden steeds minder toegelaten en maken plaats voor afweerstrategieën die ieder zinnig debat gewoon onmogelijk maken. Dit is al veel langer aan de gang, maar de coronacrisis heeft zich een katalysator getoond voor dit proces.

Stel je kritische vragen over het nut en/of de proportionaliteit van bepaalde coronamaatregelen, dan behoor je tot ‘de versoepelbrigade’ of ben je ‘corona-ontkenner’. Uit je deze kritiek als politicus of als politieke partij, dan ben je daarenboven ‘een populist’ en ‘speel je politieke spelletjes rond corona’. Koren op de molen van de extreme partijen die leven bij gratie van de onvrede van de burgers? Misschien. Al laten ook de partijen die de mond vol hebben van verbinden geen enkele gelegenheid onbenut om deze tweedeling te gebruiken om zichzelf steeds opnieuw in de markt te zetten als ‘het verbindend alternatief’ voor alles wat ‘polariserend en populistisch rechts’ is.

Corona, het doet wat met een mens

‘Wat is de virologische winst van het dragen van een mondmasker als je op een regenachtige zondagmorgen door een verlaten Bondgenotenlaan in Leuven fietst?’ Deze vraag stelde ik me, na acht maanden algemene mondmaskerplicht in het handelscentrum van Leuven, begin maart op Twitter. De reacties logen er niet om: een deel van de bevolking is het kritisch denken verleerd. ‘Ah, klaag / zaag niet zo. Doe het gewoon aan’, ‘Clown, Wat is het verlies door het wél te dragen?’ of ‘Dat je met je zever niemand besmet’, zijn maar enkele van de reacties die ik ontving. Eén persoon vond het zélfs nodig om me – anoniem uiteraard – op mijn persoonlijk emailadres te mailen en met mij te delen dat ik ‘met mijn gevaarlijke ideeën (…) wellicht een hoop doden op mijn geweten had, maar er wellicht geen zier om gaf’.

Corona, het doet wat met een mens… In de pandemie is er voor sommigen blijkbaar maar één goede houding: totale overgave aan de overheid, zonder vragen te stellen over het nut en de proportionaliteit van de maatregelen. Ben je wél kritisch, dan behoor je tot ‘de versoepelbrigade’ en ben je een slechte burger zonder verantwoordelijkheidszin. In deze coronacrisis is er duidelijk geen ruimte voor de spreekwoordelijke gulden middenweg. Het is zwart of wit. Grijs bestaat niet.

Verbinden boven verdelen?

Een kwalijke evolutie als je het mij vraagt, te meer omdat we moeten vaststellen dat politici maar graag inspelen op deze trend, zij die de mond vol hebben van verbinden op kop. Zo was burgemeester Mohamed Ridouani (Vooruit) er als de kippen bij om N-VA in de hoek van ‘de versoepelbrigade’ te duwen toen de partij eind mei, op een ogenblik dat er onder virologen eensgezindheid over bestond dat mondmaskers in de buitenruimte en bij lage drukte weinig tot geen zin hadden, in Leuven voorstelde om een stappenplan uit te werken om de mondmaskerplicht af te bouwen op het publiek domein.

Nochtans was de mondmaskerplicht in zowat alle andere Vlaamse (centrum)steden en gemeenten – ongeacht de politieke kleur – op dat ogenblik al versoepeld… En ook bij de Leuvense eerste schepen, David Dessers (Groen), werkte het stellen van een kritische vraag als een rode lap op een stier. Hij spreekt vandaag nog steeds over ‘dat gedoe rond die mondmaskers’ en ‘een onnozel spelletje’.

Wij-zij frame

Het stellen van een kritische vraag is ook in een slimme ‘verbindende’ universiteitsstad als Leuven al voldoende om vanuit de bunker van het eigen gelijk ten aanval te trekken en de kritische mening uit te sluiten uit het debat. Het debat doodkloppen, heet dat in Wetstraatjargon. Op het antwoord op de vraag naar het nut en de proportionaliteit van de verplichting een mondmasker te dragen op plaatsen en tijdstippen waarop het niet druk is, is het evenwel nog steeds wachten…

Oh ja… Guess what… Amper drie weken later werd de algemene mondmaskerplicht dan toch versoepeld. En iedereen die daags voordien nog moord en brand schreeuwde bij de gedachte aan een versoepeling van de mondmaskerplicht, stond nu op de eerste rij om de afschaffing toe te juichen. Zelfs in een niet-gepolitiseerde kwestie zoals de versoepeling van de mondmaskerplicht in de buitenlucht hebben tegenargumenten aldus plaats moeten maken voor afweerstrategieën. Een mooi, maar spijtig voorbeeld van hoe de coronacrisis het polariserende wij-zij frame verder heeft bestendigd en versterkt.

Karel Mortier is advocaat, vader, echtgenoot en ondervoorzitter van N-VA Leuven en schrijft in eigen naam

Commentaren en reacties