JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

De kist van Reynebeau

Opinieonderzoek

Jan Van de Casteele16/3/2019Leestijd 5 minuten
Volgens Marc Reynebeau bestaat er niet zoiets als een Vlaamse meerderheid voor
een nieuwe staatshervorming.

Volgens Marc Reynebeau bestaat er niet zoiets als een Vlaamse meerderheid voor een nieuwe staatshervorming.

foto © Doorbraak

Meer Vlaamse autonomie, dat interesseert Marc Reynebeau niet. Ook al bestuurt dit land zich te pletter. Ook CD&V zal dit geweten hebben.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

CD&V wil een nieuwe staatshervorming voorbereiden. Marc Reynebeau raadt dat af. Meer Vlaanderen, dat willen alleen wat extremisten, schrijft hij nog maar eens in De Standaard. Waarom krult de historicus zich zo fanatiek rond de geschiedenis?

Waarom het niets wordt met het communautaire plan van CD&V: het hanteert slechts concepten en mythes uit de vorige eeuw. https://t.co/SsgMPMXYl0 via @destandaard

— Marc Reynebeau (@ReynebeauM) March 13, 2019

Hoeveel Belgische regeringen struikelden of vielen er over communautaire conflicten? Hoeveel kiezers verloren de traditionele partijen aan communautaire partijen? Een ‘kleine minderheid’? Stemt niet zo’n 40 procent van de Vlaamse kiezers voor Vlaams-nationale partijen? Ook CD&V wil meer Vlaanderen. N-VA, CD&V en Vlaams Belang hebben in het Vlaams Parlement samen 76 zetels. De drie paarsgroene partijen (sp.a, Open Vld en Groen) amper 47. Is voor de Vlaming zijn Vlaams Parlement niet de meest nabije democratie? Is de politieke, sociaaleconomische en culturele kloof tussen noord en zuid niet van die aard zijn dat federaal blijven voortbesturen een heksentoer wordt?

Ondeugdelijk precedent

Reynebeau verwijt CD&V dat de partij haar communautaire strategie (de vraag naar een nieuwe, zevende staatshervorming) baseert op de ‘ondeugdelijke’ methodes van de staatshervormers van 1999.

Wat een domkoppen toch, die tseven? Natuurlijk niet. Weliswaar met veel vertraging en minder ‘resoluut’ dan radicale Vlaamsgezinden het wensen, waren de Vlaamse resoluties van 1999 de aanloop naar stappen vooruit (Lambermontakkoord, Vlinderakkoord). Dat de socialisten toen maar gedeeltelijk volgden en Agalev onzijdig apathisch bleef, verandert niets aan de zaak.

Onderzoek

Reynebeau slooft zich al jaren uit om het communautaire debat stil te leggen. Of nog duidelijker: om dat debat van richting te doen veranderen, richting meer België. Sterker, ‘België geen taboe meer’, schreef zijn krant twee jaar geleden al.

Volgens hem staat het vast dat ‘veruit de meeste Vlamingen zich best kunnen vinden in de Belgische staatsstructuur’. ‘Veruit de meeste?’ Voor die stelling vermeldt hij geen bronnen, dus doen we dat zelf: het gaat om studies van de proffen Dave Sinardet en Marc Swyngedouw.

Parlementsleden

De opinie van de Vlaamse politici over de Belgische staatsstructuur werd onderzocht door Dave Sinardet en een paar Franstalige politicologen (CRISP, Centrum voor socio-politiek onderzoek en informatie, 2015, n° 2278).

Uit hun tabellen blijkt dat zowel in 2011 als in 2014 een ruime meerderheid  (62 procent) van de parlementsleden meer bevoegdheden wil voor gewesten en gemeenschappen (tabel 1) en zich meer Vlaming dan Belg voelde (tabel 2).

Bij de parlementsleden van sp.a, Open Vld en Groen is de identificatie met België gemiddeld sterker dan die met Vlaanderen. Maar slechts 38 procent van de Vlaamse verkozenen behoren tot de drie paarsgroene partijen (sp.a, Open Vld en Groen).

De stelling van Reynebeau (‘veruit de meeste…’) klopt alvast niet voor de parlementsleden.

staatshervorming

Bevolking

Hoe zit het dan met de opinie van de Vlaamse kiezers? Die is onderzocht door Leuvense proffen (Marc Swyngedouw, Koen Abts  e.a.,  Het communautaire in de verkiezingen van 25 mei 2014). Ook die auteurs proberen al jaren aan te tonen dat de Vlaming niet wakker ligt van welke staatshervorming dan ook. Met weinig succes overigens.

Vooreerst is hun methodiek nogal omstreden. Zo leggen ze Vlaamse kiezers een lijst voor van vijftien thema’s die hun stemgedrag zouden bepalen. Natuurlijk is een abstract politiek begrip als een ‘staatshervorming’ (9 procent)  een minder belangrijk stemmotief dan pakweg ‘werk’ (43 procent). Zelfs radicale nationalisten zullen het zo invullen. Een staatshervorming is bovendien niet meer dan een techniek om andere thema’s beter aan te pakken.

Uit onderzoek over de ‘gewenste toekomst” van dit land blijkt overigens dat maar 24,4 procent van de Vlaamse kiezers meer België of een unitair België wil. Terwijl een merkelijk grotere groep van 42,8 procent meer Vlaanderen of een splitsing van het land wil (zie hieronder figuur 1). Hierover zwijgt Reynebeau. In het kader van een actueel artikel over CD&V had hij in die studie zelfs kunnen vinden dat CD&V-kiezers toch vooral meer Vlaanderen willen (47,3 procent), en een veel kleinere groep meer België (19,5 procent). Ook hierover zwijgt Reynebeau.

staatshervorming

Als op een ernstige manier gevraagd wordt naar ’territoriale identificatie’ (voelt u zich enkel of meer Vlaming, enkel of meer Belg, of evenveel; vijf opties) dan scoren de eerste antwoorden (32,1 procent) beter dan de tweede (29,8 procent).

We herhalen nog even de boodschap van Reynebeau: ‘Veruit de meeste Vlamingen kunnen zich best vinden in de Belgische staatsstructuur.’ We denken dat dit niet klopt.

Laat ons iets correcter omgaan met de cijfers. Er is ook één cijfer dat de bovenstaande cijfers tegenspreekt. De vraag naar ‘het gewenste beslissingsniveau in het land’ zou aantonen dat in 2014 de voorkeur voor Vlaanderen als ultiem beslissingscentrum (32%) lager ligt dan de voorkeur voor België als het ultieme beslissingsniveau (45%). Swyngedouw en co moeten toch eens uitleggen hoe dat komt …

Anti CD&V

Van de cijfers naar de duiding. Reynebeau ergert zich eraan dat  CD&V de volgende staatshervorming koppelt aan ‘welvaart, welzijn en vooral levenskwaliteit’. Dat staatshervormen, dat zorgde toch voor ‘dramatisch lange regeringsvormingen’?

Welke studie toonde aan dat een lange regeringsvorming  dramatische gevolgen had voor onze welvaart, voor onze economie, voor onze levensstandaard? Dat ‘inzicht’ van Reynebeau is vooral luidop denken. Voorstanders van de hervorming van de staat (of meer) kunnen met gemak aantonen dat ze een dynamiek in gang zetten die – ondanks alle gebreken en het behoud van de inefficiënte geldstromen – Vlaanderen telkens weer wat meer autonomie gaven, en dat dit Vlaanderen geen windeieren heeft gelegd. Dat kan een uitstekende argument zijn om die trend voort te zetten.

Besluit

Reynebeau is voor meer België. Zijn krant gaat mee die toer op. Daarom zijn de ondertekenaars van het opiniestuk van Wouter Beke en co ‘coryfeeën’ die niet terugwillen naar meer België (herfederaliseren) en vasthouden aan ‘een nationalistisch dogma’.

Er volgt nog wel meer getreiter. Reynebeau denkt te weten dat CD&V als ‘redelijker broertje van de N-VA’ het thema staatshervorming wil ‘begraven’ in een commissie en zo ook de eigen flamingantische vleugel (’types’ als Pieter De Crem en Hendrik Bogaert) bij de les wil houden. Dus alle ondertekenaars zijn dogmatici. Maar eigenlijk zijn het valsaards?

Sta ons toe iets optimistischer te zijn. Er komen verkiezingen aan, en meer Vlaanderen is de electorale ambitie van heel veel CD&V’ers. Die willen een deel van het confederale speelveld bezetten.

Nieuw overleg zal nodig zijn, hoe dan ook.  Wie kan tellen, weet dat. De zogeheten vijf Vlaamse resoluties waren lang hét referentiepunt. Ze zetten de poort naar meer Vlaanderen op een kier. Vandaag is meer nodig.

De weg naar meer autonomie voor Vlaanderen hoeft niet elke Vlaming te bekoren.  En nog minder elke journalist. Ook over de vijf Vlaamse Resoluties van 1999 was er geen consensus. Die is ook niet nodig. Maar een democratische meerderheid voor meer Vlaanderen kan veel. De kans dat de kiezers die in mei uit de stembus schudden, is reëel.

Als de N-VA opnieuw goed scoort én incontournable is, zullen ze daar wel begrijpen dat het voorstel dat CD&V nu voorhoudt nog zo gek niet is. In de komende legislatuur zoveel mogelijk doen wat kan en de ‘communautaire vrieskist’ waar Reynebeau het over heeft, openwrikken. Hoe ver, dat bepaalt de kiezer. En daarna het Vlaams Parlement.

Jan Van de Casteele is historicus. Hij was journalist bij Het Nieuwsblad (1989-1999), werd stafmedewerker van de VVB (vanaf 1999) en hoofdredacteur van Doorbraak van 2003 tot 2012. Sindsdien is hij zelfstandig journalist.

Commentaren en reacties