JavaScript is required for this website to work.
Communautair

De pot, de ketel en de moord

Colette Eerdekens4/10/2014Leestijd 2 minuten

Alles in dit land is communautair. Zelfs het taalgebruik van columnisten als Béatrice Delvaux dit weekend in De Standaard en Le Soir.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

In de aanloop naar de federale verkiezingen van mei jl. is er hier al eens op gewezen dat Franstalige landgenoten gemakkelijker naar barok taalgebruik grijpen dan nuchtere Vlamingen. Soms maakt dat zelfs indruk op die brave Vlamingen, soms dreigt het contraproductief te worden, soms is het gewoon pijnlijk of meelijwekkend.

Dat werd tijdens het voorbije weekeind weer fraai geïllustreerd door mevrouw Béatrice Delvaux, ‘éditorialiste en chef’ van Le Soir en tevens columniste bij De Standaard, die andere staatsdragende krant. Aanleiding was het ietwat megalomane project om in de Vlaamse Rand rond Brussel een zoveelste cultureel centrum te bouwen. Of dat echt nodig is, of zelfs maar zinvol wanneer tegelijk op alles en nog wat moet bespaard worden, daarover kan men van mening verschillen. En aangezien democratie ‘het georganiseerde meningsverschil’ is, had De Standaard alvast geen ongelijk die kwestie aan te kaarten.

Waarop mevrouw Delvaux fors van leer trok tegen het project. Uitvoerig in de altijd gastvrije Standaard, korter maar nog feller in ‘haar’ Soir. De boodschap is duidelijk: dit project is manifest gericht tégen Brussel. Waarom dat zo zou zijn is minder duidelijk, maar de pientere ‘editorialiste-en-chef’ heeft wel door wat daarachter steekt. Want laten we wel wezen: eigenlijk willen de Vlamingen van Brussel af. Brussel kan ‘de pot op’ heet het dus in het Nederlands.

In de Soir grijpt de eminente editorialiste echter naar bloeddorstiger jargon: men wil Brussel vermoorden! Jawel: vermoorden. Iets minder genuanceerd dan de titel in De Standaard, en ongetwijfeld nauwer aanleunend bij de geesteshouding van het Franstalige lezerspubliek.

Qua taalgebruik herinnert het woord trouwens aan een al even eminente Franstalige historica (u leest goed: historica, niét hysterica) die vindt dat men het Frans in Vlaanderen wil uitroeien, aangezien daar alleen nog het Nederlands als officiële taal geldt. Wat inzake rechtspleging niet eens klopt, maar daarover wordt door alle partijen liefst zedig gezwegen. Vermoorden, uitroeien … voor nuchtere Vlamingen klinkt dat allemaal erg onheilspellend. Maar Franstalige intellectuelen zijn blijkbaar nog altijd verslingerd op de terminologie die destijds door Charles Rogier werd gehanteerd, die het ‘élément germanique’ in België systematisch wou uitroeien en dat ook letterlijk schreef aan een lid van de regering. De pot en de ketel, quoi.

Hoe dan ook is hiermee nog maar eens bevestigd wat generaties bewindslieden al grijze haren heeft bezorgd: in dit land is àlles ‘communautair’ geladen. Van bijzondere jeugdzorg over plantentuin tot werkgelegenheidsbeleid: àlles. Met de ‘culturele vuurtoren’ in Ruisbroek zal het niet anders gaan: als Franstaligen dit project als een  ‘onvriendelijke daad’ beschouwen – pardon: als een heuse moordpoging – dan volstaat dat als motivering om er mee door te gaan. Geld voor meer Nederlandstalige scholen in Brussel moet dan maar elders worden gevonden.  Er zijn ten slotte prioriteiten en bijzaken, nietwaar. En er zijn, zo citeert mevrouw Delvaux een uitspraak van cdH-voorzitter Lutgen ‘mille et une façons de faire du communautaire’. Dat hebben ze bij De Standaard en Le Soir in elk geval goed begrepen.

 

Foto: (c) Reporters

Meer van Colette Eerdekens

‘Re-thinking Belgium’ organiseerde een studiedag over het Belgische perslandschap, dat weinig Blegisch blijkt te zijn. 

Commentaren en reacties