JavaScript is required for this website to work.
Communautair

De twee dimensies van N-VA

Tex Van berlaer8/3/2016Leestijd 3 minuten

Heeft de N-VA twee gezichten? Een zwart-geel en een donkerblauw? En welk daarvan primeert?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

In De Standaard kregen we afgelopen maandag de twee dimensies van de N-VA te zien. Waar Geert Bourgeois een zachte vorm van Vlaams-nationalisme propageert, bepleit Sander Loones een uitgesproken (neo)liberaal model. Welke van de twee primeert?

De nieuwsweek van De Standaard begon met twee prominente N-VA’ers. Op de voorpagina speelt minister-president Geert Bourgeois openlijk de communautaire kaart. Hij oppert een wederkerende wens van de Vlaamse Beweging: de creatie van een Vlaamse grondwet. De voorlaatste pagina van diezelfde editie werd getooid met de opinie van EU-parlementslid Sander Loones. Hij trekt van leer tegen Mario Draghi, de voorzitter van de Europese Centrale Bank (ECB). Het lagerentebeleid en het injecteren van geld in de economie maakt ons allen verslaafd aan cash: ‘monetaire doping’ noemt de ondervoorzitter van ’s lands grootste partij het. 

Zacht Vlaams

Reeds in de inleiding van het artikel over Bourgeois’ streefdoel vermeldt men dat hij in eigen naam spreekt. Vlaams fractieleider Matthias Diependaele was er snel bij om dat aspect te echoën: ‘Het gaat om een persoonlijk standpunt, (…) het is niet verboden om na te denken’. Elke gelijkenis met bestaande meningen van een bepaalde partij berust op louter toeval. Dit maakt dat de droom van de minister-president oké is, niet dwingend, eerder luidop denken dan concrete plannen smedend. De eerste dimensie van de N-VA is dat van een gematigde Vlaams-nationalistische overtuiging – wat het eerste artikel van de partijstatuten ook moge beweren. 

Tot zover de ‘zachte’ Vlaamse dimensie van N-VA. De invulling ligt in de lijn met de belofte van communautaire stilstand om de lieve vrede te bewaren in de federale regering. Af en toe steekt het nationalistisch spook de kop op. Vanaf we weten dat het ‘maar’ een persoonlijke overtuiging betreft en geen tastbaar project, keren we terug naar business as usual. Kwatongen zouden het als symbool- of aankondigingspolitiek kunnen bestempelen, bedacht om de Vlaamsgezinde stemmen niet te verliezen. 

Deregulering

De beweging van uitgesproken naar zacht Vlaams-nationalisme staat in contrast met de evolutie naar een uitgesproken economisch (neo)liberalisme. Deze vervelling is natuurlijk al meermaals becommentarieerd. De meeste critici van De Wever en de zijnen bevinden zich aan de linkerkant van het politieke spectrum. Ze schrijven de partij een hardvochtig en asociaal karakter toe. Voorheen kon men die kritiek soms wijten aan paniek; de angst van links om de macht te verliezen aan Vlaams-nationalisten leek de stoppen te doen doorslaan. Uitspraken van N-VA’ers werden op die manier uit de context getrokken of moedwillig verkeerd begrepen. Meer en meer komt er echter een gestroomlijnd ideologisch geheel bovendrijven. Loones’ conclusies, hoe vaag ook, zijn tekenend hiervoor. 

Sander Loones stelt dat enkel deregulering (minder regels, minder controle) en een kleinere overheid een uitweg bieden uit de crisis. Het is opvallend dat de ondervoorzitter net in het kader van de financiële crisis dergelijke hervormingen voorstelt. In de Europese context geldt de liberalisering immers niet als een reactie op decennialang socialistisch beleid zoals in België. Het EU-parlementslid pleit voor minder regulering en toezicht maar specificeert niet waar of hoe. In het opiniestuk noemt hij het absurd om de crisis te bestrijden met één van haar aanleidingen, namelijk goedkoop geld. Hij vergeet de ware les te trekken uit 2008: te weinig regulering en toezicht leidden tot het catastrofale casinokapitalisme dat de gewone burger uiteindelijk duur kwam te staan. Zie Joris Luyendijk, John Cassidy, de films Margin Call en The Big Short. Maar wat baten kaars en bril …

De Wevers opvolger

Deze tweede dimensie van de N-VA, de rigide liberale koers, vervolledigt het plaatje. Het kan amper duidelijker, zo voor- en achteraan in De Standaard. Het frappante verschil tussen de dimensies zit ‘m in de nuance. Geert Bourgeois, met diens zeer gematigde Vlaamsgezinde uitspraken, spreekt ‘vanuit het hart’. Het is zijn eigen mening, niet die van zijn partij. Loones kan onomwonden oplossingen aanreiken aan de lezer. Het betreft hier niet de eigenzinnige kronkels van een ijverige EU-parlementariër: deze koers is die van de N-VA.

Natuurlijk, Loones heeft niet dezelfde macht als die van een minister-president. Hij kan minder forceren vanuit afwisselend Brussel en Straatsburg. Maar hij is wel ondervoorzitter van de grootste politieke partij van het moment én – naar het schijnt – gedoodverfde opvolger van Bart De Wever. Of hoe de tweede dimensie wel eens definitief de belangrijkste kan gaan worden.

Foto (c) Reporters 

 

Tex Van berlaer is freelance journalist voor o.a. Knack, Mondiaal nieuws en Periodista político.

Commentaren en reacties