JavaScript is required for this website to work.
Sport

De vuile onderbroek van Mohammed

ColumnJohan Sanctorum17/11/2019Leestijd 5 minuten

foto © Reporters / KETELS

Kan het dat een Marokkaanse jeugdtrainer een loopje neemt met de hygiëne en in een voetbalclub het naakt douchen van jonge spelers als een probleem ziet?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Niets zo belachelijk als douchen of baden met je kleren aan. Dat vinden ze ook bij Berchem Sport (spreek uit: den Baarchoem), waar het de regel is (was) dat de jeugdige spelers na een trainingsessie of wedstrijd in hun blootje collectief een douche nemen. Een ritueel dat al bestaat sinds het begin van het voetbal, maar dat is buiten jeugdtrainer Mo gerekend, voluit Mohamed Achahbar. Hij wil de optie op zedig douchen open houden, mét onderbroek aan, vooral ten gerieve van de spelers met  Marokkaanse roots. Vraag die op ieders lippen ligt: wat doen die dan als ze uit het stortbad komen? Met die natte onderbroek in de kleren duiken? Neen, zo blijkt: na de wasbeurt doen ook de Marokkaanse jongens hem gewoon af en wringen hem achter de rug van de trainer uit.

Het bestuur van Berchem Sport zit niettemin met de handen in de haar want Mo trok meteen naar de media om deze gedwongen zedeloosheid aan de kaak te stellen. Eerst negeerde het bestuur de onzinnige eis, wendde zich vervolgens in allerijl tot Unia, en besloot finaal om de keuze te laten. De helft van de jonge snaken doucht dus in onderbroek, de helft zonder. Beelden ontbreken uiteraard, maar men kan er zich iets bij voorstellen. Hoe komt het zover dat de Marokkaanse jeugdtrainer van een Antwerpse voetbalploeg de preutsheid van zijn eigen cultuur tot maatstaf verheft, en een loopje mag nemen met de hygiëne? Tijd voor een kleine cultuurhistorische wandeling rond het baden, hygiëne, vrijmoedigheid en schaamte.

Gymnasium

REPORTERS / Mary Evans PL

Toen was naakt sporten nog heel normaal

In de middeleeuwen was het bad een feest en de badhuizen enorm populair. Het was niet alleen een hygiënische kwestie, je kon er ook eten, drinken en de liefde bedrijven. Na 1500 kwam er een puriteinse wind over Europa gewaaid, moest het lichaam permanent bedekt worden en begonnen arm en rijk te stinken. Twee eeuwen lang werden kleren zo min mogelijk ververst en vieze luchtjes met parfums verdreven: de echte dark ages kwamen na de middeleeuwen. Pas in de verlichtingstijd, de 18de eeuw dus, werd aan het emancipatorische vrijdenken ook een idee gekoppeld van lichaamshygiëne en het bannen van preutsheid. Je hoefde je niet te schamen voor je mening en ook niet voor je lichaam. Het naakt symboliseert de bevrijde mens, ontwaakt uit zijn dogmatische sluimer, zoals de filosoof David Hume dat noemde. Dat staat allemaal te lezen in twee interessante boeken, beide in 2007 uitgegeven en door een vrouwelijke hand gepend: ‘Dirt on Clean – An Unsanitized History’ (Katherine Ashenburg), en ‘Clean – a History of Personal Hygiene and Purity’ (Virgina Smith). Twee aanraders.

Dat de (mannelijke) Grieken al in de oudheid naakt aan sport deden, heeft met dezelfde filosofische vrijmoedigheid te maken: ons lichaam is een geschenk van de natuur waar we dankbaar mogen over zijn. Het naakt symboliseerde bij de Grieken de zich manifesterende waarheid die in elk van ons aanwezig is, en het sportstadion was de tempel van die lichaamscultuur. Naar het schijnt begon het allemaal toen een hardloper in het zicht van de eindmeet zijn lendendoek liet vallen om alle ballast overboord te gooien. Sindsdien liepen alle atleten naakt, kwestie van het eerlijk te houden. Het gymnasium (γυμνάσιον, gymnásion, letterlijk: ‘de plaats om naakt te zijn’) werd sportschool en uiteindelijk zelfs school tout-court. Vandaag is het in Nederland nog steeds de benaming voor een middelbare school. In hun naaktheid zijn alle mensen gelijk en bestaat lelijkheid eigenlijk niet, we tonen ons gewoon zoals we geschapen zijn, en zijn daar best trots op. En zo werd de gezamenlijke douche van sportlui m/v behalve een hygiënische noodzaak ook een bezegeling van gelijkwaardigheid en zelfrespect.

De bruine streep

Reporters / Photoshot

De Kaäba: een doos met twijfelachtige inhoud

Maar hoe is de schaamte dan terug in onze cultuur geslopen? De onthaarde aap heeft kledij nodig tegen de kou, doch los daarvan is er het vijgenblad waarmee Adam zijn edele delen moest bedekken. Een ommetje langs Sigmund Freud, de grote denker rond cultuur en seksualiteit, is onvermijdelijk. Voor Freud worden alle gezagspatronen en opgelegde regels samengevat in een Uber-Ich, een inwendige regulator die eigenlijk de vertegenwoordiger is van de echte, grote gezagsdragers: de vader, de Mo-narch, de staat, God. We horen schrik te hebben voor hem, censureren onszelf, tot op het randje van de depressie. De welbekende politieke correctheid is een typisch voorbeeld van het moderne schaamtegevoel. Het zich bedekken is een uiting van onderdanigheid, wat ons meteen bij de islamitische dress codes brengt.

Het Arabische woord hsoema – in het Nederlands meestal vertaald als schaamte – is een sleutelwoord om uiteenlopende fenomenen te verklaren als de zwijgcultuur in allochtone milieus, vrouwen die geheel gekleed gaan zwemmen, lange bermuda’s die openluchtzwembaden terroriseren, de panische schrik voor openheid, het onvermogen om überhaupt een gesprek van mens tot mens aan te gaan, het vermijden van getoonde emoties en gevoelige thema’s, een mix van depressie en agressie die we bij het overgrote deel van allochtone jongeren aantreffen, het compleet rateren van de communicatiemaatschappij, het niet kunnen omgaan met humor en satire. En dus, last but not least, ook het puritanisme van trainer Mo.

Archaïsche patriarchale onderdrukkingsmechanismen zetten hier de toon. De islamitische schaamtecultuur staat in functie van repressie en zelf-onderdrukking, daarom moet alles ‘bedekt’ worden, ook en vooral de waarheid. We komen zo in het religieuze centrum van de islam terecht: de Kaäba, de grote zwart doos die in Mekka staat en waar een massa pelgrims zeven keer al biddend rond trekt. Volgens de overlevering bevat deze kubus in een uithoek een heilige zwarte steen die ooit wit was, zijnde een geschenk van de aartsengel Gabriël aan Ibrahim.

Bepaalde godsdienstwetenschappelijke hypotheses echter stellen dat het hier eigenlijk om de vuile onderbroek van Mohammed zou gaan, die de profeet verstopt had omdat profeten nu eenmaal niet vuil worden en zich ook niet moeten wassen. Dat leverde een vreemd effect op: naar analogie met de lijkwade van Turijn, waarin een afdruk van Jezus’ bezweet gezicht merkbaar is, zou het kledingstuk in de Kaäba ook een afdruk vertonen, namelijk een bruine streep, afgescheiden door een ander lichaamsdeel.

Micro-oorlog

FIFA

Respect… voor wie, voor wat precies?

Niet Allah, niet de Koran, maar het verbergen van deze waarheid is de kwintessens van de islam. De preutsheid is een neurotische attitude rond een geheim dat zelfs niet mag uitgesproken worden. Geen enkel moslim raakt nog uit die kramp, hij mag er zelfs niet aan denken. Maar hoe langer je met een vuile onderbroek rond loopt, hoe vuiler hij wordt, dat weten wij althans, en dat weten ook alle chiroleidsters die op kamp jonge knapen onder hun hoede hebben: de bruine streep is een teken dat die broek uit moet. Noteer ook dat de meest gezochte terrorist ter wereld, Abu Bakr al-Baghdadi, kon worden ontmaskerd dankzij… een vuile onderbroek, die een spion had buitengesmokkeld zodat een DNA-test kon worden uitgevoerd.

Als er één overblijfsel van de verlichting vandaag doorwerkt, is dat het verlangen naar waarheid,- ook en vooral in tijden van fake news,- en het uitdagen van de schaamte- en zwijgcultuur. De democratie waarborgt wel formeel de vrije meningsuiting, maar legt hem ook meteen weer aan banden. Omwille daarvan wordt er gescholden op Twitter, weerklinken er oerwoudkreten op het voetbalveld en worden er aangebrande grappen verteld. Niet toevallig ziet Freud humor als een van de grote ontsnappingsroutes uit de censuur en de omerta.

Daarom, hou dit goed in het oog, het lijkt maar een bagatel, die douches, maar het is via die ‘micro-oorlogjes’ dat we beetje bij beetje terrein verliezen. De extreme politiek-correcte houding van de voetbalbond en de FIFA , die van de zogenaamde strijd-tegen-racisme dé topmissie heeft gemaakt, sterkt lieden als trainer Mo in de overtuiging dat er nog veel rek zit op onze normen en waarden. Waar nodig zullen academische ‘experten’ hem van extra munitie voorzien.

‘Een sportclub kan zijn jonge spelers niet verplichten om naakt te douchen, dat behoort tot de persoonlijke integriteit van de jongeren’ aldus Simon De Vriendt van het Centrum voor Ethiek in de Sport. In een tijd dat iedereen met zijn foto’s op Instagram te koop loopt, is normale hygiëne blijkbaar onethisch geworden. De nieuwe douche-voorschriften van Mohammed vormen meteen een symbool voor dingen waarvan iedereen aanvoelt dat ze niet kloppen, maar waar ze ook in Berchem geen raad mee weten omdat het woord racisme maar eens zou kunnen vallen. Niemand van het bestuur wil een rel, dus buigt men en zwijgt: de schaamte verspreidt zich als de geur van een vuile onderbroek. Neusknijpers bij de hand houden, wordt vervolgd.

Categorieën

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties