JavaScript is required for this website to work.
Communautair

Een belangrijke politieke test

Bart Maddens11/6/2015Leestijd 2 minuten

De Brusselse minister-president Rudi Vervoort heeft een concreet plan klaar voor de Communauté Métropolitaine de Bruxelles (CMB).

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het plan lekte gisteren (11 juni 2015) uit in Le Soir. Ter herinnering: de CMB is een door de zesde staatshervorming gecreëerd adviesorgaan dat pas operationeel wordt als de drie gewesten een samenwerkingsakkoord sluiten over de werking ervan (zie hierover ook mijn bijdrage van vorige maand).

Nu legt Vervoort dus zijn langverwachte voorstel van samenwerkingsakkoord op tafel. Volgens Le Soir zou Waals minister-president Paul Magnette al akkoord zijn gegaan met de tekst. Het komt er enkel nog op aan om Geert Bourgeois te overtuigen, aldus de krant. En dat zal niet gemakkelijk zijn. Want als het van Vervoort en Magnette afhangt, dan zal het Franstalige paradepaardje van de zesde staatshervorming uitgroeien tot een volwaardige politieke instelling, met alles erop en eraan. Een instelling die klaar is om bij een volgende staatshervorming échte beslissingsbevoegdheid te krijgen.

Vervoort wil een dubbele structuur opzetten, bestaande uit een ‘intergouvernementeel comité’ en een ‘metropolitane raad’. Het comité (de CMB-regering zeg maar) zou bestaan uit vijftien ministers: vijf van elk gewest. Dit comité zou bij consensus beslissen, zodat elk gewest een vetorecht heeft. Het comité zou zoveel keer bijeenkomen als nodig. Het wordt afwisselend voorgezeten door de drie minister-presidenten. Daarnaast zal de metropolitane raad fungeren als een soort CMB-parlement, waarin alle deelnemende overheden vertegenwoordigd zijn: de drie gewesten, de federale overheid, alle 111 gemeenten van de vroegere provincie Brabant, en (als ze wensen deel te nemen) de provincies Vlaams- en Waals-Brabant. Hoe die raad precies zal worden samengesteld is niet duidelijk. Ik kan me bijvoorbeeld moeilijk voorstellen dat de vertegenwoordiging van, pakweg, Geetbets daarin even zwaar zal doorwegen als het die van het Vlaams Gewest. Evenmin is duidelijk wat de taakverdeling zal zijn tussen het comité en de raad. Er is wel sprake van dat de CMB-regering een sturende rol zal spelen. Het CMB-parlement wordt eerder een soort van overlegforum waar informatie kan worden uitgewisseld, een beetje zoals de Senaat. 

Er komt geen aparte administratie voor de CMB, wel een klein secretariaat met één of twee medewerkers. Maar de drie gewesten moeten er zich toe engageren om hun administratie ter beschikking te stellen van de CMB. Belangrijk is ook dat de CMB rechtspersoonlijkheid krijgt. Daarvoor haalt Vervoort twee argumenten aan. Ten eerste krijgt de instelling zo een groter gewicht, groter alvast dan het federale Overlegcomité, dat geen rechtspersoonlijkheid heeft. Ten tweede zou de CMB op die manier ook in aanmerking komen voor Europese subsidies.

Over dit voorstel van samenwerkingsakkoord zouden er al informele voorbereidende gesprekken zijn geweest met de Vlaamse Regering. De formele onderhandelingen zouden nog vóór het zomerreces van start gaan. 

In haar hoofdartikel toonde Béatrice Delvaux zich gisteren uitermate verheugd over het feit dat de Vlaamse regering meer en meer geneigd is om Brussel te erkennen als ‘région à part entière’. Dit leidt ze af uit het feit dat er een steeds intensere samenwerking is tussen de twee gewesten op het vlak van tewerkstelling en mobiliteit. Dat zijn hoopvolle signalen, aldus Delvaux, maar de echte test staat nu voor de deur: de bespreking van het CMB-voorstel. ‘Als deze tekst ook wordt goedgekeurd door de Vlaamse Regering, dan kan men pas echt zeggen dat er iets aan het veranderen is in dit koninkrijk.’

Delvaux heeft overschot van gelijk. Dit wordt inderdaad un test politique important, maar dan vooral voor de politieke geloofwaardigheid van de N-VA.

Foto © Reporters

Bart Maddens (1963) is germanist en politieke wetenschapper. Als student was hij actief in het KVHV van Leuven en in de Volksunie-Jongeren. In de jaren 1990 was hij lid en bestuurder van het IJzerbedevaartcomité. Vandaag publiceert hij regelmatig opiniestukken over de Vlaamse Beweging en de staatshervorming. Hij is auteur van onder meer 'Omfloerst separatisme. Van de vijf resoluties tot de Maddens-strategie'. 

Commentaren en reacties