JavaScript is required for this website to work.
post

Een Belgisch recept uit de crisis

12/9/2011Leestijd 3 minuten

Zakenman Roland Duchâtelet kiest voor België en een ‘gedurfd’ politiek model.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Aanhangers van België passen er doorgaans voor zich van Vlaanderen af te zetten. Oh ja, ze zijn voor een staatshervorming, vinden Vlaanderen belangrijk, maar zien geen tegenstelling met hun gehechtheid aan België. Voor hen is het een of/of-verhaal.

Onversneden belgicisten outen zich slechts zelden, al zeker in Vlaanderen, één of andere losgeslagen artiest die op weinig inhoud kan betrapt worden niet te na gesproken. Maar in De Standaard van 10 en 11 september wordt dan toch een volbloed-Belg ten tonele gevoerd. ‘Toch valt het op als een Vlaamse zakenman een Waalse club in handen krijgt’, gooit de krant Roland Duchâtelet voor de voeten. Duchâtelet, een van de rijkste mensen van het land, ruilde onlangs de eersteklasseclub Sint-Truiden in voor Standard Luik. Hij reageert fel (‘windt zich op’, schrijft de krant) op de vraag: ‘Ik ben geen Vlaming. Ik ben Belg.’

Haat kweken

Voila, eindelijk nog eens een onversneden Belg aan het woord. Duchâtelet richtte ooit de politieke partij Vivant op, liet die dan opgaan in Open VLD, is nu voor die partij schepen in Sint-Truiden en hoopt er volgend jaar burgemeester te worden. Hij ziet zijn aankoop van Standard ook als een politiek statement: ‘Zo kan ik ook het Belgische karakter van het land benadrukken.’

Duchâtelet stoort zich heel erg aan ‘de haat die wordt gekweekt in Vlaamse scholen tegenover Franstaligen’. Hij verklaart zich nader: ‘Nee, mijn dochter die tweetalig wordt opgevoed, leert op school dat men in de negentiende eeuw het Frans heeft verplicht en dat de Vlamingen geen Nederlands mochten spreken. Allez, dat klopt niet. In de negentiende eeuw was het Frans de enige manier voor een Limburger om met een West-Vlaming te spreken. Er bestond nog geen Algemeen Beschaafd Nederlands.’ Tot zo ver de geschiedenislessen, zoals Duchâtelet ze in het onderwijs zou willen aangeleerd zien.

Beste tijd gehad

Spijtig toch dat zo’n geprofileerde zakenman zich niet voor de Vlaamse zaak uitspreekt, zou een mens kunnen denken. Tja, dat valt nog te bezien, want zijn kijk op het politieke gebeuren is toch wel op z’n minst bijzonder te noemen en niet echt iets waar je graag mee geïdentificeerd wordt. We tikken braaf en letterlijk over: ‘Ik vraag me af of politieke partijen hun beste tijd niet gehad hebben.’ <Misschien bedoelt hij: ‘Ik vraag me af of de politieke partijen die mijn standpunten delen hun beste tijd niet gehad hebben.’> ‘Is het niet beter om een aantal managementteams samen te stellen die zich presenteren aan de kiezer? Bijvoorbeeld een team met Verhofstadt, die mensen rondom zich verzamelt over taal- en partijgrenzen heen. Ik vergelijk het een beetje met presesverkiezingen in mijn studententijd.’

Dat worden leuke verkiezingscampagnes, met de nodige gratis vaten ter ronseling van het stemvee. Een concurrerend managementteam kan het tij proberen keren met worsten en compote. Verschillende maatschappelijke visies op de maatschappij? Nooit van gehoord. We denken toch allemaal hetzelfde. Bespaar de Vlaamse zaak in elk geval pleitbezorgers die dergelijke homogeniteit als politiek uitgangspunt nemen.

Kijk naar China

Duchâtelet heeft zo zijn model voor ogen. We halen weer letterlijk aan: ‘Kijk naar China. Die zijn al jaren bezig met een economische groei van tien procent. En China is geen democratie hé. Dat is zo’n managementteam. Die worden niet gehinderd door al dat gezever in de gazetten en de politieke spelletjes.’

Als er moet gekozen worden tussen economische groei en democratie, weet de trotse Belg wel waar zijn voorkeur naartoe gaat. Geen ‘gezever in de gazetten’ daar, dat klopt, want dat kost de zeveraar van dienst de nodige jaren opsluiting. Het politieke debat is toch maar een vorm van spelletjes spelen. Afschaffen die boel.

Kennedy

Nu staat in dezelfde krant een vraaggesprek met de Brits-Amerikaanse historicus Paul Kennedy afgedrukt. Die zorgt, onbedoeld, voor wat extra informatie. We halen aan wat hij antwoordt op de vraag ‘Zal China’s opgang niet worden afgebroken door een gebrek aan democratie en zware sociale spanningen?’

Kennedy: ‘Absoluut. De Chinese leiders zijn heel bang. Ze maken zich grote zorgen over het uiteenrafelende sociaal weefsel. Wie zich in Sjanghai en Peking vergaapt aan de dure Gucci-winkels, ziet de fragmentatie of de sociale onrust niet, maar er zijn jaarlijks honderden lokale opstandjes die door de politie hardhandig worden neergeslagen. Vooral de westelijke grensstreek doet bij het Politburo het angstzweet uitbreken.

De Chinese leiders streven met zo veel hardnekkigheid economische groei na omdat ze hopen dat groeiende welvaart de sociale spanningen zal oplossen. Maar China kampt met problemen van bestuur en gezag. Het is verstijfd door deze problemen.

Ik denk dus niet dat China een immer rijzende reus is. Het krijgt in de toekomst wellicht af te rekenen met heel ernstige problemen en massale sociale onrust…’

Maar deze visie moet wellicht geklasseerd worden onder de noemer ‘gezever in de gazetten’.

undefined

Commentaren en reacties