JavaScript is required for this website to work.
Multicultuur & samenleven

Een burgervader moet geen allemansvriend zijn

Niet de persoon van de burgemeester moet verenigen

Klaas Cobbaut5/4/2015Leestijd 3 minuten

‘De boel bij elkaar houden’, dat is inderdaad de opdracht van een burgemeester. Maar daar volstaat zijn/haar persoontje niet voor.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De ‘berberrel’ gaat zowaar een derde week in – wat zelfs naar de normen van een BDW-dispuut ietwat buitensporig is. Als het debat over racisme en (vooral) De Wever al ietwat verschoven is naar de marge, dan is dat alleen te wijten aan het onverwachte overlijden van Steve Stevaert, wat weer nieuwe relletjes met zich meebracht. Alleen fervente BDW-haters en enkele beroepsallochtonen houden nog staande dat De Wever racistisch zou zijn. Een breder gedragen conclusie lijkt te zijn dat De Wever als burgemeester van een grote stad  te veel verdeling zaait. 

De nieuwe mantra lijkt te zijn dat burgemeesters verenigde figuren moeten zijn, die vooral geen enkele bevolkingsgroep voor het hoofd mogen stoten. Politici van de oppositie, burgers en wetenschappers hebben vrij spreekrecht, maar burgemeesters moeten zich op de vlakte houden, om ‘de boel bij elkaar te houden’. Zelfs Etienne Vermeersch, die De Wever goedgezind is, vindt dat een burgemeester van een stad als Antwerpen geen te harde waarheden mag verkondigen, als die kwetsend kunnen zijn voor een deel van de bevolking in die stad. 

Het is eigenaardig dat van burgemeesters nu een soort neutraliteit gevraagd wordt. Vaak zijn de voorstanders van deze politieke kleurloosheid dezelfde mensen die ook vinden dat je overheidspersoneel geen uiterlijke neutraliteit mag opleggen. Een hoofddoek aan het loket is geen probleem, maar oh wee als de verkozen burgemeester een gekleurde stellingname inneemt. Een burgemeester kan maar verkozen worden door politiek heel uitgesproken én eenzijdig te zijn. Maar eenmaal verkozen moet hij/zij zich aansluiten bij de Bond Zonder Naam. 

Het is natuurlijk waar dat de ‘superdiverse’ steden van vandaag samenhang nodig hebben, en burgemeesters hebben daar zeker een belangrijke rol in te spelen. Maar het is niet de taak van de burgemeester om de stad te incarneren in zijn eigen persoontje. Want als de burgemeester de stad persoonlijk verenigt, wat gebeurt er dan met de stad als de burgemeester wegvalt? Wat gebeurt er als de burgemeester in diskrediet gebracht wordt? Kan de burgemeester wel nog weggestemd worden, of is een stem tegen de burgemeester een stem tegen de stad? 

Hele steden verenigen rond een enkele sterveling is niet duurzaam en niet slim. Je kan steden wél verenigen rond een project. Gemeenschappelijke normen, waarden en idealen overstijgen personen en overstijgen gemeenschappen. Het is dus niet de taak van politici om ongevaarlijke allemansvrienden te zijn – nee, politici moeten een project articuleren en een duidelijke standaard zetten waar iedereen zich rond kan scharen. Burgemeesters moeten de dragers zijn van een scherp afgelijnd én scherp verwoord stadsproject. 

Je kan veel zeggen over De Wever, maar hij schuift wel een duidelijk project naar voor. Het gaat over samenleven, integreren en inclusief burgerschap. Het is misschien niet het enig denkbare model, maar het is een haalbaar model én een model dat vandaag over een duidelijk democratisch draagvlak beschikt. De Wever verdeelt zijn Stad inderdaad in een ‘wij’ en een ‘zij’, maar de ‘zij’ zijn geen Berbers – het zijn wel al die mensen die geen zin hebben om zich te schikken naar hun nieuwe Vlaamse thuis, en naar enkele algemene principes die daar gelden. 

Ten slotte nog dit: ‘verenigen’ doe je nooit door te verzwijgen. Een burgemeester die niet spreekt over reële samenlevingsproblemen zal misschien niet op zere tenen gaan staan, maar zal met al dat zwijgen wel degelijk sommige mensen kwetsen. Heel wat slachtoffers van samenlevingsproblemen hebben zich jaren miskend en verwaarloosd gevoeld door politici die deden alsof hun problemen onbestaande waren. Uit frustratie kozen heel wat van die burgers dan maar voor protestpartijen zoals het Vlaams Blok/Belang. Dat was een prijs die veel progressieven wel wilden betalen. Maar een duurzaam samenlevingsmodel was zwijgen en verwijgen nog nooit. 

Klaas Cobbaut (1979) is ambtenaar. Hij heeft weleens gehoord dat zijn thuisstad Aalst niet de mooiste plek ter wereld is, maar dat doet hij af als laster van jaloerse kwatongen. Vanuit zijn ajuinenstad overschouwt hij lokale en vaderlandse politiek.

Commentaren en reacties