JavaScript is required for this website to work.
post

Een hervorming van het secundair onderwijs is nodig

Elisabeth Meuleman2/5/2014Leestijd 3 minuten

Elisabeth Meuleman (lijsttrekker in Oost-Vlaanderen voor het Vlaams Parlement – Groen) argumenteert waarom het onderwijs wel gebaat zou zijn met een doorgedreven onderwijshervorming.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Ons onderwijs heeft sterke punten, en is nog steeds erg kwaliteitsvol. Maar er zijn een aantal bedreigingen. Zoals een dalende kwaliteit voor zwakke, maar ook voor sterke leerlingen. Dat blijkt duidelijk uit de PISA-onderzoeken. Ons onderwijs is sterk hiërarchisch. Na een te bruuske overgang tussen basisonderwijs en secundair, kiezen leerlingen voor ASO, TSO of BSO. Een ASO-opleiding heeft prestige, het TSO al veel minder en het BSO is voor veel leerlingen een ongewenst eindstation. Als gevolg van die ‘waterval’ kiezen te weinig sterke leerlingen vanuit een positieve motivatie voor technische richtingen. Dat vormt een bedreiging voor onze arbeidsmarkt. De ‘waterval’ in ons onderwijs zorgt ook voor demotivatie en een laag welbevinden in technisch en beroepsonderwijs. Heel wat leerlingen lopen schoolachterstand op.

In ons onderwijs heeft één op vier leerlingen op de leeftijd van 15 jaar een schoolachterstand opgelopen. Eén op zeven leerlingen verlaat het onderwijs zonder diploma en hypothekeert zo zijn kansen op een job. Bovendien heeft niet iedereen heeft evenveel kans om in die waterval terecht te komen. Kinderen van moeders met een universitair diploma hebben 95% kans dat ze ASO zullen volgen, kinderen van moeders met een diploma lager onderwijs hebben 80% kans dat ze BSO volgen. Een kind van een ongeschoolde arbeider heeft 19 keer meer kans op BSO dan een kind van een kaderlid.

Deze cijfers duiden voor Groen zeer duidelijk de problemen waarmee ons secundair onderwijs te kampen heeft, en bewijzen dat we falen hier als maatschappij een tegengewicht te bieden. Natuurlijk is Groen ook gevoelig voor de argumenten van de tegenstanders van een grote hervorming van het secundair onderwijs: ‘iedereen over de lat’ zou betekenen dat de lat lager zal liggen. Een brede eerste graad zou slecht zijn voor de topleerlingen, enzovoort. Maar dat hoeft niet zo te zijn. Onderzoek wijst dat uit. Wel is er dan binnen de klas een zo groot mogelijke ruimte nodig voor individuele trajecten, ruimte voor niet determinerende keuzes binnen een gezamenlijke brede vorming.

Brede basisvorming

Groen is voorstander van een echt comprehensive eerste graad. ASO of ‘algemeen vormend onderwijs’ is nu niet algemeen vormend, maar eerder ‘abstract vormend onderwijs’. De nadruk ligt vooral op het cognitieve. Kinderen zijn niet in staat hun talenten te ontdekken, en een studierichting te kiezen die aansluit bij die talenten. Zo laten we een hoop technisch en creatief talent liggen, een verlies voor de arbeidsmarkt. Veertienjarigen zullen beter kiezen, op basis van hun interesses en talenten. Als we bovendien meer leerlingen over dezelfde meet krijgen op veertien jaar, en die kiezen vervolgens voor technisch of beroepsonderwijs, zullen we het imago van die richtingen serieus opkrikken. Maar de keuze zal ook minder sociaal bepaald zijn. Zo kunnen we de hoge kwaliteit van ons onderwijs combineren met een hogere rechtvaardigheidsgraad.
Als we voor zo’n brede eerste graad kiezen, moet dit echter wel consequent gebeuren. Wanneer we onder de noemer van de broodnodige differentiatie achterpoortjes openlaten om leerlingen toch keuzes te laten maken die bepalend zijn voor hun verdere schoolloopbaan, tussen richtingen waarin zich een duidelijke hiërarchie opdringt, zal er in de praktijk weinig veranderen in deze eerste graad.

Differentiëring binnen de klas

Wanneer we alle leerlingen samen zetten, betekent dit natuurlijk niet dat zij automatisch over hetzelfde niveau beschikken. Daarom moeten we inzetten op differentiëren, een modewoord dat soms verschillende termen dekt. Ons huidig onderwijs doet aan differentiëring tussen verschillende klassen: op basis van leercapaciteiten kom je in een andere ASO, TSO of BSO terecht. Binnen de klas wordt niet veel gedifferentieerd.

Groen kiest voluit voor een model van ‘samen uit, samen thuis’, waarbij iedereen onderweg wel zijn of haar eigen rol binnen de klas kan spelen. Sommigen moeten de kans krijgen om te worden bijgestuurd en de zwakkere punten weg te werken, anderen om te verdiepen en te verbreden.

Leerkrachten moeten onderwezen en ondersteund worden dit proces te begeleiden. Maar er zijn al heel wat succesvolle projecten die bewijzen dat het kan.

Balans tussen theorie en praktijk

De middenschool moet een goede balans vinden tussen theorie en praktijk. Wanneer de middenschool enkel theoretisch onderwijs biedt, zal een bepaalde groep leerlingen afhaken, zeker in de laatste jaren. Het is belangrijk dat techniek en andere praktische vaardigheden hun plaats krijgen binnen de middenschool, voor iedereen. We vragen niet alleen van de zwakkere leerlingen om toch voldoende bezig te zijn met taal en rekenen, maar ook van de cognitief knappe koppen om hun handen uit de mouwen te steken.

Conclusie

We legden ons vooral toe op een structuurhervorming. Maar dat alleen zal niet volstaan. Om de veranderingen te bewerkstelligen, om welbevinden op te krikken, ongekwalificeerde uitstroom aan te pakken en beroeps- en technische richtingen te herwaarderen zal ook het lesgeven zelf mee evolueren. De brede school hoort een intensievere relatie te krijgen met haar omgeving, leerlingen moeten meer in aanraking komen met de realiteit buiten de schoolmuren, nieuwe pedagogische technieken, gestoeld op differentiatie, moeten maximaal benut worden. Daarvoor moeten eerst en vooral de leerkrachten meer en betere ondersteuning en opleiding krijgen. Alleen, indien dit zonder een structuurhervorming mogelijk zou zijn, dan was dit natuurlijk al lang gebeurd.

 

Foto © Groen

 

Elisabeth Meuleman trekt de Vlaamse lijst in Oost-Vlaanderen voor Groen!. Zij was de fractieleidster voor haar partij in de voorbije legislatuur en is tevens de onderwijsspecialist van de partij.


Dit artikel maakt deel uit van de onderwijsdiskussie: ‘met Doorbraak naar school’ de andere meningen vindt u via de overzichtspagina.

Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.

Commentaren en reacties