JavaScript is required for this website to work.
post

Elvis en Nixon

Het verhaal van een vreemde ontmoeting

Harry De Paepe29/12/2020Leestijd 4 minuten
Elvis en Nixon in 1970

Elvis en Nixon in 1970

foto © pixabay.com

Op 21 december 1970 schudde Elvis Presley de hand van president Richard Nixon tijdens een geheime, maar bovenal vreemde ontmoeting.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Op 21 december 1970 schudde Elvis Presley de hand van president Richard Nixon tijdens een geheime, maar bovenal vreemde ontmoeting.

In 1997 verscheen de film Elvis meets Nixon en negentien jaar later de bijna gelijknamige prent Elvis & Nixon. Die film had onder meer Kevin Spacey als president Richard Nixon in de hoofdrol. Ik moet bekennen dat ik alleen de versie van 1997 zag. Zoals de titels duidelijk maken, ontmoette een van de meest iconische artiesten uit de 20ste eeuw een van de meest beruchte Amerikaanse presidenten van die eeuw. Dat gebeurde vijftig jaar geleden

Een bizar bericht van de King

Op de website Politico doet de verantwoordelijke voor de ontmoeting het hele verhaal uit de doeken. Dwight Chapin was secretaris van Richard Nixon en regelde de afspraken voor de president. Hij deed ook meer voor ‘Trickie Dickie’ wat hem later een veroordeling van negen maanden celstraf opleverde tijdens het Watergateschandaal. Maar dat is een ander verhaal.

Chapin vertelt hoe hij in de morgen van 21 december van het jaar 1970 werd opgebeld. ‘Je gaat dit niet geloven. Er is een briefje achterlaten aan de poort. Het is van Elvis Presley.’ De koning van de rock ‘n roll had op briefpapier van American Airlines een brief geschreven aan de president van de Verenigde Staten. ‘Beste meneer de president, eerst wil ik me aan u voorstellen. Ik ben Elvis Presley en ik bewonder u en ik heb een grote eerbied voor uw ambt.

De ‘Pelvis’

Elvis was in 1970 al uitgegroeid tot een onbereikbaar icoon. Led Zeppelin trok naar zijn optredens en The Beatles gedroegen zich als pubers toen ze hem kort ontmoetten. Veertien jaar eerder had hij de muziekwereld en bij uitbreiding de hele populaire cultuur dooreengeschud met zijn muziek en wiegende heupen. Elvis schokte de natie. Op tv wilde men alleen zijn bovenlichaam filmen om zijn ‘seksuele bewegingen’ te verhullen. Hij ging in 1958 het leger in waar men letterlijk zijn lange vetkuifharen en bakkebaarden afschoor.

Twee jaar later keerde Elvis ‘the Pelvis’ terug en leek hij getemd. De zanger maakte populaire Hollywoodfilms die zich afspeelden in Hawaii, Las Vegas en Acapulco. Elvis schokte niet langer en met de komst van The Beatles geraakte hij op de achtergrond. Tot hij in 1968 in een leren jekker rockte als nooit tevoren in een kerstspecial op de zender NBC. Het werd een van de meest opzienbarende comebacks van een artiest. Voortaan noemde men hem gewoon The King. In 1970 schopte Elvis al lang niet meer tegen de schenen. Hij trad op in Las Vegas tijdens ‘late night dinner shows’.

‘Positieve antidrugsboodschap’

Voor de jeugd van 1970 was The King al een van de oudjes, de held van de vaders en de moeders. Voor de grootouders was Elvis nog altijd die wilde rocker. De 57-jarige Nixon behoorde tot die groep. De pijp rokende Bing Crosby was de held van zijn generatie. En nu schreef die rocker Elvis hem. De zanger uitte in zijn brief aan Nixon zijn bezorgdheid dat het land bedreigd werd door een ‘drugscultuur’. Hij wilde de president helpen door bij de jeugd een ‘positieve antidrugsboodschap’ te verspreiden.

Dwight Chapin beschrijft zijn vroegere baas als een bijzonder ernstige man. Hoe zou zo’n ontmoeting overkomen bij de conservatieve achterban van de politicus? Ook al verwierp Elvis zelf hippies in zijn brief, toch beschouwde Nixon de zanger Elvis zelf als een soort van hippie. Maar anderzijds kon een gesprek het imago van de president bij de jeugd een duw in de rug geven, luidde de redenering. ‘Regel het’, luidde het bevel tot Chapin.

De impulsen van de King

Elvis reed vanuit zijn hotel in Washington naar het Witte Huis, vergezeld door enkele leden van de beruchte ‘Memphis Maffia’. Zo werd de vrienden- en lijfwachtkliek rond de zanger genoemd. Hoe was Elvis, die in de staat Tennessee woonde, in dat hotel in Washington beland? Elvis had in Graceland, zijn woning in Memphis, geruzied met zijn vader Vernon over zijn financiën. De King had dan wel een eigen residentie en een hofhouding, hij had ook een ferm gat in zijn hand. In zijn woede reed Elvis naar de luchthaven van Memphis en besloot impulsief om naar Washington te vliegen. Hij checkte in in het hotel en kwam dan op het volgende impulsieve idee om naar Los Angeles te vliegen om er een vriend op te pikken.

Op de terugvlucht van LA naar Washington, met die vriend aan zijn zijde, ontmoette hij de republikeinse senator van Florida, George Murphy. Murphy had een succesvolle carrière als musicalacteur achter de rug. Het geanimeerde gesprek met George Murphy inspireerde Presley tot een nieuwe impulsieve gedachte. Zodra het vliegtuig landde, stapte hij in zijn limousine en dook ermee op aan het Witte Huis en gaf er zijn brief af. Toen Nixons medewerkers hem later die ochtend in zijn hotelkamer opbelden, reageerde de King dolenthousiast.

De revolver en de badge van de King

De stafchef van Nixon wilde echter zeker zijn of de ontmoeting toch wel zo’n goed idee was. Daarom zou hij eerst Elvis spreken voor hem naar de Oval Office, het kantoor van de president, te leiden. De ontmoeting dreigde eerst helemaal spaak te lopen toen bleek dat de in paars fluweel geklede Elvis gewapend het Witte Huis was binnengewandeld. Hij wilde de president een automatisch pistool en zeven kogels schenken.

Het kennismakingsgesprek met de gerustgestelde stafchef verliep uiteindelijk goed. Die concludeerde dat het bezoek van Elvis, die een grote met goud omrande zonnebril op de neus had, oprecht was, net als diens voornemen om het drugsgebruik bij de jeugd te bekampen.  Om kwart voor twaalf ’s middags wandelde de King de Oval Office binnen.

De knuffel van de King

Superster Elvis Presley bleek bijzonder onder de indruk. Richard Nixon verwelkomde de zanger vriendelijk. Ze praatten over hun families – Elvis toonde foto’s van zijn vrouw Priscilla en zijn dochtertje Lisa-Marie – en hadden het ook over hoe zwaar optreden in Las Vegas wel was. Nixon begreep de zanger. Ze spraken vervolgens over het gevaar van het communisme en over de kritische uitlatingen van The Beatles ten overstaan van Nixon en de Vietnamoorlog. Ten slotte kwam de drugsproblematiek aan bod.

Elvis vertelde Nixon dat hij niet wilde preken tegen de jeugd, maar dat hij haar ging bereiken via zijn muziek. Nixon vond dat een prima idee. De zanger vroeg of hij een officiële badge kon krijgen als agent voor drugsbestrijding. Elvis verzamelde, naast revolvers, Cadillacs en televisies, ook politiepenningen. ‘Get him a badge’, beval Nixon, ‘I want him to have one.’ The King omhelsde daarop een bijzonder oncomfortabel ogende mister President.

De vreemde ontmoeting was na ongeveer 35 minuten voorbij. Hoewel er foto’s genomen werden, bleef het bezoek van Elvis Presley aan het Witte Huis een tijdlang geheim. De twee mannen vonden het beter dat de buitenwereld niet op de hoogte was. Het zou de antidrugsmissie van de zanger immers kunnen bezwaren.

De president en de King

Elvis keerde terug naar Graceland met zijn gloednieuwe penning. Hij ondernam nooit iets tegen het drugsprobleem. De zanger was pillenverslaafd. Elvis nam op voorschrift Diazepam, Methaqualone, Phenobarbital, Etchlorvynol, ethinamate, codeïne: uppers, downers, en krachtige pijnstillers en kalmeringsmiddelen zoals Dilaudid, Quaaludes, Percodan en Demerol. Zijn pillengebruik werd, samen met zijn overgewicht, in 1977 zijn ondergang. Zijn voortijdige dood, hij was 42, maakte van hem een haast mythische figuur. Zijn Graceland is, na het Witte Huis, de meest bezochte residentie van de Verenigde Staten.

En Richard Nixon? Die sloeg nooit aan bij de jeugd. Hij ging ten slotte de Amerikaanse geschiedenis in als de corrupte president die ten val kwam door het Watergateschandaal.

Harry De Paepe (1981) is auteur en leraar. Hij heeft een grote passie voor geschiedenis en Engeland.

Commentaren en reacties