JavaScript is required for this website to work.
post

‘Engels moet meerwaarde kunnen bieden, maar het mag geen verengelsing worden.’

Meer Engels in het hoger onderwijs?

Harry De Paepe24/6/2014Leestijd 4 minuten

De rector van de universiteit van Gent, Anne De Paepe, hield recent een warm pleidooi voor meer Engels in het hoger onderwijs. Alleen zo zou het Vlaamse hoger onderwijs internationaal kunnen meetellen. Doorbraak sprak met professor Philip Roosen, verbonden aan de Gentse faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen. Hij beheerst het Frans, het Duits en het Engels vlot en hoeft niet bang te zijn voor de dromen van zijn rector. 

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Bij een warm kopje thee en onder een stralende Gentse zon liet deze wetenschapper echter een ander geluid horen. ‘Het Nederlands is een volwaardige taal en zeker ook een volwaardige onderzoekstaal.’ Het werd een boeiend en genuanceerd gesprek.

Doorbraak: Verrast het pleidooi voor meer Engels in het hoger onderwijs u?

Niet echt. Deze vraag leeft al meer dan tien jaar en af en toe wordt de discussie door beleidsmakers terug opgerakeld. De stelling gaat er echter van uit dat er momenteel te weinig Engels in het hoger onderwijs terug te vinden is en dat de huidige situatie niet goed is. Nochtans blijkt dit absoluut niet uit recente visitatierapporten.

Vanwaar die vraag dan?

De steeds toenemende internationalisering en mondialisering werkt de vraag naar meer Engels in de hand. Internationalisering levert extra opportuniteiten op hetgeen men niet kan en mag stoppen. Maar om nu te zeggen dat je daarvoor meer opleidingsonderdelen in het Engels moet doceren of meer opleidingen volledig in het Engels moet aanbieden is nogal kort door de bocht.

Is er op zich nood aan meer Engels in het hoger onderwijs?

De situatie is momenteel zo dat er slechts sporadisch Engelstalige bacheloropleidingen worden ingericht. Het aantal exclusief Engelstalige masteropleidingen stagneert rond de tien à vijftien procent. En voor Engelstalige programma’s is er vrijwel altijd een Nederlandstalige equivalent. Meer en meer opleidingen hebben bovendien een deel in het Engels. Men kan dus niet zeggen dat het Engels totaal niet ingeburgerd is in het hoger universitair onderwijs. De vraag is hoeveel Engels er moet gegeven worden om competenties rond internationalisering te behalen.

Zijn de studenten klaar voor Engelse colleges?

Ik kan je zeggen dat de studenten in onze faculteit nu ook al veel Engelstalige literatuur moeten lezen doorheen de ganse opleiding. Dit neemt nog sterk toe naarmate de opleiding vordert. Studenten zijn hier goed in en beheersen zeker de passieve kennis van het Engels. Studenten hebben daar bovenop ook de keuze om een internationale stage te lopen waar Engels de voertaal is. Opvallend is wel dat studenten zelf geen vragende partij zijn om meer vakken aan te bieden in het Engels, laat staan om ganse opleidingen in het Engels aan te bieden. Ze willen zelf de keuze kunnen maken om zich te verdiepen in een taal afhankelijk van hun carrièreplanning. Het is nog maar de vraag hoe groot de actieve kennis van het Engels moet zijn. Je mag niet vergeten dat heel wat studenten niet naar het buitenland gaan of niet in een internationale context gaan werken. Veel functies worden uitgeoefend in de Nederlandse taal. Een basiskennis van het Engels volstaat dan om je occasioneel actief uit te drukken in het Engels. Diegenen die zich een hoger niveau van het Engels willen aanmeten moeten dan de Engelse taal leren. En dit lukt niet door opleidingsonderdelen in het Engels te doceren. Zo werkt dat niet. Als men een taal wil leren dan moet men naar het talenonderwijs gaan en liefst een tijdje verblijven in het land zelf. Het is een sterke overschatting van menselijke mogelijkheden dat men een taal goed kan leren door enkel en alleen les te volgen in die taal.’

Wat zijn dan de valkuilen van meer Engels in de opleidingen?

Studenten die geen talenonderwijs volgen zijn de Engelse taal niet op zo’n niveau machtig waardoor lessen volgen in het Engels het studierendement kan verlagen. Vakken in het Engels geven vanaf het eerste bachelorjaar zal naast een groot verlies aan studierendement ook een bijkomende hindernis vormen voor sociaal zwakkeren en allochtonen om naar het hoger onderwijs te gaan. Bovendien heeft een student het recht om examen af te leggen in zijn moedertaal, net als elke jongere het recht heeft om een opleiding in zijn eigen taal te kunnen volgen. Er zijn dus heel wat nadelen als men onbezonnen of uit ‘academic drift’ per se meer Engels wil in de opleidingen. Met andere woorden de drempel voor het hoger onderwijs mag niet verhogen evenals de moeilijkheidsgraad niet mag verhogen. Het moet een meerwaarde of extra dimensie kunnen bieden maar het mag geen veralgemeende verengelsing worden. En dan hebben we het nog niet gehad van de devaluatie van de Nederlandse taal als er meer Engels zal komen. Het Nederlands is een volwaardige taal en zeker ook een volwaardige onderzoekstaal. Zoals ik al gezegd heb, slagen we er nu al meer dan behoorlijk in om de studenten een passieve kennis van het Engels bij te brengen zodat ze de internationale literatuur, die meestal in het Engels is, grondig kunnen screenen.’

Zijn de professoren en leerkrachten dan klaar voor meer Engels?

Ik denk dat diegenen die nu al les geven in een Engelstalige module de taal voldoende beheersen. Het recentelijk invoeren van een taaltest is een regelrechte aanfluiting van de capaciteiten van de professoren. Zo weet ik dan bepaalde collega’s in Vlaanderen, die internationaal gerenommeerd zijn in hun vakgebied, niet slaagden voor hun Engels taaltest. Dit kan toch niet? Hoe zou zo iemand ooit een internationale reputatie hebben kunnen opbouwen indien zijn Engels dan toch van zo’n bedenkelijk niveau zou zijn? Maar ik geef toe dat een verplicht vak Engels zou moeten aangeboden worden in de lerarenopleiding zodat het de toekomstige lesgevers en professoren gemakkelijker maakt om een basiskennis van de Engelse taal te verwerven.

Wat moet er dan in de praktijk gebeuren?

Vooreerst moet er een breed debat komen om tot een consensus te komen over deze problematiek, gebaseerd op cijfers en feiten en niet gebaseerd op drang naar vernieuwing onder invloed van de groeiende internationalisering. Het talenonderwijs moet extra faciliteiten krijgen en moet meer keuzevakken kunnen aanbieden waar studenten opleidingsoverschrijdend de Engelse taal echt kunnen leren, indien ze dit willen. Een beperkt aantal internationale masters, in die domeinen waar wij echt goed in zijn en die daardoor aantrekkelijk zijn voor buitenlandse studenten, moeten gestimuleerd worden. Ik denk hierbij aan een onderzoeksmaster. Maar studenten moeten altijd een basisopleiding in hun eigen taal kunnen blijven volgen. Dat mag zeker niet veranderen.

 

Foto (c) Reporters en Philip Roosen

 

Harry De Paepe (1981) is auteur en leraar. Hij heeft een grote passie voor geschiedenis en Engeland.

Commentaren en reacties