‘We hebben een Churchill nodig!’, las je niet zo lang terug her en der. Het ging daarbij over leiderschap in tijden van crisis. Het coronavirus stelt de wereldeconomie bijzonder zwaar op de proef. De Bank of England waarschuwt met onheilspellende berichten voor een gigantische inkrimping van de Britse economie. Het is voor Groot-Brittannië zeker driehonderd jaar geleden dat het tegen zo’n economische terugslag zat aan te kijken. Covid-19 overtreft de crisis na de Eerste Wereldoorlog. Maar de crisis van 1706, die was…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
‘We hebben een Churchill nodig!’, las je niet zo lang terug her en der. Het ging daarbij over leiderschap in tijden van crisis. Het coronavirus stelt de wereldeconomie bijzonder zwaar op de proef.
De Bank of England waarschuwt met onheilspellende berichten voor een gigantische inkrimping van de Britse economie. Het is voor Groot-Brittannië zeker driehonderd jaar geleden dat het tegen zo’n economische terugslag zat aan te kijken. Covid-19 overtreft de crisis na de Eerste Wereldoorlog. Maar de crisis van 1706, die was erger. En toen hadden ze een Churchill.
Britse Unie
In 1706 werd het Engelse koninkrijk, net als vandaag, geregeerd door een vrouw. Zij was Anne Stuart, de dochter van de afgezette koning James II en zus van koningin Mary. Die was getrouwd met Willem III van Oranje.
Mary en William voltrokken in de late 17de eeuw de overschakeling naar een constitutionele monarchie in Engeland. Dat gebeurde in Banqueting House, onder de prachtige plafondschildering van Pieter Paul Rubens. Een schilderij dat — o ironie — het absolute koningschap bejubelt van de eerste Stuartkoning. De Stuarts waren de vorsten van Schotland en kwamen op de Engelse troon. Ze bewerkstelligden een personele unie tussen de twee koninkrijken. In 1707 zou het tot een politieke unie van Engeland en Schotland komen met één parlement onder de naam Great Britain. Anne klaagde met grote regelmaat dat haar koningschap slechts ceremonie was.
Churchill
Bij Oxford trok architect John Vanbrugh — een afstammeling van Bruggelingen — Blenheim Palace op voor John Churchill, de hertog van Marlborough en voorouder van Winston. De hertog kreeg bij Woodstock een landgoed ‘van de natie’ als dank voor zijn vroege overwinningen in de uiteindelijk dertien jaar durende Spaanse Successieoorlog. In samenwerking met de Hollanders, de Pruisen en de Habsburgse gebieden bestreed men de Franse plannen om de troon van Spanje te bekleden.
Churchill verkocht de Fransen, de favoriete vijand van de Engelsen, een flinke pandoering op de slagvelden van Ramillies en Blenheim. Churchill speelde ook mee in de landelijke politiek die in volle verandering was. Het tweepartijenstelsel kwam tot volle bloei met de aristocratische Tory’s aan de ene zijde en de eerder burgerlijke Whigs aan de andere kant.
De hoge kosten van ‘Churchills oorlog’ zette kwaad bloed en zijn veelvuldige afwezigheden boden kansen voor zijn tegenstanders. Hij viel uit de gratie van de koningin en ze bevoordeelde zijn tegenstanders, de Whigs. Churchill was een Tory. Sir Robert Walpole voer er wel bij. Hij zou in de jaren twintig van de 18de eeuw de eerste echte prime minister van het koninkrijk worden.
Grote klappen
Het ging het koninkrijk voor de wind. Maar de agrarische economie — de Industriële Revolutie kwam decennia later — kreeg fikse klappen. Zeker de helft van de landbouw in het land was nog volop afhankelijk van het drieslagstelsel. De Britse agrarische revolutie — gebaseerd op kennis uit de Nederlanden waar men het vierslagstelsel toepaste — liet nog een goeie veertig jaar op zich wachten. In 1706 leed het land onder enorme misoogsten en zwakke handelsresultaten met erbovenop de hoge kostprijs van de oorlog.
Dat laatste werd een van de beweegreden voor de groeiende kritiek op John Churchill. Deze cocktail van omstandigheden zorgde voor een economische terugval van 15%. Drie jaar later, in 1709, na een strenge winter en een extreem natte lente, kreeg het land nog eens een ferme opdoffer.
Maar de crisis van 2020 lijkt die van 1709 te overtreffen.
1706 was erger.