JavaScript is required for this website to work.
post

EU medeplichtig aan bloedbad in Gaza

Pieter-Jan Van Bosstraeten24/7/2014Leestijd 3 minuten

De oorlog in Gaza is al meer dan twee weken aan de gang, terwijl de Europese Unie (EU) passief aan de zijlijn blijft toekijken. De rol van de EU in het conflict met Gaza is niet miniem omdat ze al jaren genereuze subsidies uitdeelt aan Israëlische militaire- en veiligheidsbedrijven die rechtstreeks in het conflict betrokken zijn.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Europese onderzoeksprogramma’s: sluikse subsidiëring van de militaire industrie

Om het Europese concurrentievermogen te verhogen, pompt de EU sinds 1984 jaarlijks massaal geld in Onderzoek en Ontwikkeling (O&O). De budgetten van deze zogenaamde ‘Kaderprogramma’s voor Onderzoek en Technologische Ontwikkeling’ zijn sinds het begin exponentieel toegenomen. Onder het Kaderprogramma voor de periode 2007-2013 (‘FP7’) werd in zeven jaar tijd 53 miljard euro gespendeerd. Nu de opvolger voor de periode 2014-2020 eraan komt, ‘Horizon 2020’, wordt dat budget verder verhoogd tot maar liefst 77 miljard. Daarmee beschikt de EU over het grootste Onderzoek & Ontwikkeling -budget ter wereld.

Hoewel deze programma’s op papier louter civiel en niet militair van aard zijn, blijkt al jaren dat in de praktijk grote delen van de subsidies doorgesluisd worden naar de grote militaire bedrijven zoals Thales, AEDS en Saab. Een deel van de totaalbudgetten is bestemd voor onderzoek inzake interne veiligheid: onder het programma ‘FP7’ werd hieraan 1,4 miljard uitgegeven, onder de opvolger ‘Horizon 2020’ zal dat 1,7 miljard zijn. Door stevig lobbywerk slaagden deze grote militaire bedrijven er niet alleen in om via projecten met ogenschijnlijk civiele doeleinden hoogtechnologische wapens en drones te ontwikkelen met Europese subsidies. Ze slaagden er zelfs in om de bepaling dat de focus ‘uitsluitend’ civiel mag zijn te vervangen door ‘voornamelijk’ civiel. Zo zullen de militaire bedrijven in de toekomst hun militaire projecten niet meer als civiel moeten verpakken.

Subsidiëring Israëlische militaire- en veiligheidsbedrijven

Opvallend is evenwel dat niet enkel Europese bedrijven in aanmerking komen voor deze (nauwelijks) verdoken militaire subsidiestromen. Sinds Israël en de EU in 1995 een Associatieovereenkomst sloten, en dat land zo lid werd van de Europese Onderzoeksruimte, kunnen ook Israëlische bedrijven Europese onderzoekssubsidies binnenhalen. Uit cijfers van de EU is gebleken dat Israëlische militaire- en veiligheidsbedrijven daar dermate in slagen dat de EU – na de Israeli Science Foundation – de tweede grootste donor is van subsidies voor wetenschappelijk onderzoek in Israël. Tussen 2000 en 2013 werd 943 miljoen euro aan subsidies voor onderzoek toegekend aan Israëlische bedrijven, waaronder meerdere actief in de wapenindustrie en vaak rechtstreeks betrokken bij het Israëlisch-Palestijns conflict. Bovendien werkten verschillende van deze bedrijven actief mee aan werkzaamheden die in strijd zijn met het internationaal recht. Enkele voorbeelden ter illustratie. Israeli Airocraft Industries, het grootste Israëlische wapenbedrijf en een globale leider op het vlak van de ontwikkeling van drones. Elbit Systems, een Israëlisch wapenbedrijf dat de illegale scheidingsmuur mee hielp bouwen en dat wapens levert aan het Israëlische leger. Motorola Israel, dat apparatuur levert aan het Israëlisch leger en de surveillance camera’s plaatst in de illegale nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever.

Via deze programma’s sluist de EU bijgevolg Europees belastinggeld – dat bedoeld is voor onderzoek met civiele doeleinden – door naar Israëlische militaire- en veiligheidsbedrijven waarvan men wel degelijk weet dat deze rechtstreeks betrokken zijn bij het interne conflict, of dit zelfs actief faciliteren. Het maakt zichzelf hiermee medeplichtig. Medeplichtig aan de instandhouding van het Israëlisch-Palestijns conflict, de bouw van de scheidingsmuur en de uitbouw van de illegale nederzettingen. Medeplichtig ook aan de huidige militaire actie in Gaza die gevoerd wordt met apparatuur van bedrijven die de EU zelf subsidieert. De EU ondergraaft zo één van haar eigen voornaamste bestaansredenen: het ontwikkelen van een civiel vredesproject. Bovendien versterkt het verder de onevenwichtige machtsverhouding tussen Israël en Palestina.

Opzeggen associatieovereenkomst

Echter, meer dan twee weken na de start van de oorlog, blijft de EU passief aan de zijlijn toekijken hoe mensen worden gedood, verwond en ontheemd. Het vergoelijkte recent zelfs het buitensporige Israëlische militaire optreden, er weliswaar meteen aan toevoegend dat men bezorgd is om het hoge aantal burgerslachtoffers. Als de EU zichzelf als waardengedreven gemeenschap nog in de spiegel wil kunnen kijken, moet het snel de middelen waarover het beschikt inzetten om Israël onder druk te zetten om het disproportionele geweld in Gaza een halt toe te roepen. Aangezien Israël niet voldoet aan de bepaling dat respect voor de mensenrechten en democratische beginselen – zowel in het intern als het internationaal beleid – een kernpunt van de overeenkomst vormt, kan de EU  conform artikel 82 dreigen de Associatieovereenkomst eenzijdig op te zeggen.

Bovendien kan het naar de toekomst toe de regels inzake civiele onderzoekssubsidies aanscherpen om zo uit te sluiten dat deze nog langer aangewend worden voor militaire doeleinden of in handen  terechtkomen van bedrijven die betrokken zijn in conflicten of bij mensenrechtenschendingen.

 

De auteur is Master in de Europese Studies

Foto © Reporters

Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.

Commentaren en reacties