JavaScript is required for this website to work.
Europa

Europa afhankelijk van de ‘genade van Erdoğan’

Dirk Rochtus4/11/2015Leestijd 3 minuten

Het valt op met wat voor een fluwelen handschoenen de Europese Unie Turkije aanpakt nu ze zelf zoveel hoofdbrekens heeft.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het verlangen naar veiligheid heeft altijd een grote rol gespeeld in het denken van de Turken. Telkens de natie bedreigd is, scharen de burgers zich rond een sterke leider. Dat was zo begin jaren ’20 van vorige eeuw – toen de Turken hun hoop stelden op Mustafa Kemal Atatürk – en dat is nu anno 2015 ook zo met Recep Tayyip Erdoğan. Nauwelijks hadden de Turken bij de verkiezingen van 7 juni de teerlingen zo geworpen dat alleen nog een coalitieregering mogelijk was of Turkije werd meegezogen in een maalstroom van bomaanslagen en schermutselingen tussen het leger en de Koerdische separatistenbeweging PKK. President Erdoğan wierp zich op als de man die de rust en de veiligheid weer zou doen terugkeren, ook al had hij mee de hand in de politieke turbulentie.

Recepten

Heel even hadden de Turken op die 7de juni Erdoğan op zijn plaats gewezen, maar toen sloeg hen de schrik om het hart. Ze herinnerden zich weer de dagen dat coalitieregeringen gepaard gingen met chaos en geweld. Was het niet de conservatief-islamitische AK partij van Erdoğan die door alleen te heersen Turkije vanaf 2002 weer gouden dagen van vrede en welvaart had bezorgd? Het succes van Erdoğan teerde op een krachtige economische groei, een versterkt ethisch reveil in eigen land en politiek aanzien in het Midden-Oosten. Maar naarmate de ingrediënten van dat succesverhaal aan werking inboetten, begon Erdoğan zich meer en meer autoritair te gedragen uit vrees de controle over de maatschappij te verliezen. Economisch groeiden de bomen immers niet meer tot in de hemel. Op het internationale toneel zaten de onderhandelingen met de Europese Unie (EU) in het slop en de politiek tegenover het Midden-Oosten leverde Turkije niet de verhoopte status van dominerende regionale macht op. Ook de opvang van miljoenen vluchtelingen uit Syrië en daarmee samenhangende spanningen aan de Turks-Syrische grens verontrustten vele gewone Turkse burgers. De aanzet tot een vredesproces met de Koerdische separatistenbeweging PKK stootte Turkse nationalisten tegen de borst. De verstrakking van het morele klimaat en de beknotting van de persvrijheid joegen seculier en liberaal ingestelde Turken in het harnas tegen een als ‘sultan’ verketterde Erdoğan. Bij de verkiezingen van juni verloor de AKP dan ook kiezers aan zowel de ultranationalistische MHP als de pro-Koerdische HDP die de oplossing van de Koerdische kwestie koppelde aan de democratisering van Turkije. Ook de plannen van Erdoğan voor de invoering van een sterk presidentieel systeem hadden vele Turken angst ingeboezemd. Die angst bleek niet zo groot te zijn als de angst voor de instabiliteit die volgde op de verkiezingen van juni. De Turkse kiezer ging op 1 november weer voor de beproefde recepten van de AKP en voor de veiligheid die de alleenheerschappij voorspiegelt.

Godsgeschenk

Voor de democratie is het an sich niet gezond dat de macht al meer dan 13 jaar in handen van een en dezelfde partij is en dat die toestand nog een termijn voortduurt. De vraag is dan ook welke houding de EU zal aannemen tegenover zo een Turkije. Voor de EU geniet democratie principieel voorrang op stabiliteit, maar nu ze Ankara nodig heeft voor de oplossing van de vluchtelingencrisis, lijkt ze zich meer en meer te kunnen vinden in het Amerikaanse standpunt van ‘eerst een stabiel, dan een democratisch Turkije’. Dat bewees het bezoek van de Duitse bondskanselier Angela Merkel aan Erdoğan amper twee weken voor de verkiezingen. De toegevingen die ze aan hem deed in naam van de EU waren in volle kiescampagne een godsgeschenk voor de AKP. Ook het feit dat de Europese Commissie de publicatie van haar jaarlijks en weeral kritisch Vooruitgangsrapport over kandidaat-lidstaat Turkije uitstelde tot na de verkiezingen, spreekt boekdelen. Het valt op met wat voor een fluwelen handschoenen de EU Turkije aanpakt nu ze zelf zoveel hoofdbrekens heeft. Het is natuurlijk veel gemakkelijker om je gading te vinden bij een gesprekspartner die stevig in zijn schoenen staat dan bij een wankele reus.

‘realpolitik’

Het lijkt wel alsof de EU de realpolitik herontdekt. Uit lijfsbehoud heeft ze bij monde van Merkel de deur op een grotere kier gezet in de toetredingsonderhandelingen. Na de knieval van Merkel vindt de Turkse president nu dat de wereld respect moet tonen voor de verkiezingsuitslag. Maar zijn streven naar een presidentieel systeem en de onopgeloste Koerdische kwestie belasten de democratie en dus op lange termijn ook het toenaderingsproces van Turkije tot de EU. Van haar rechtsstaatprincipes wijkt de EU beter niet af, hoe afhankelijk ze volgens EU-parlementslid Elmar Brok nu ook moge zijn van de ‘genade van Erdoğan’.

Dit artikel verscheen eerder in De Tijd.

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

Mathijs Schiffers beschrijft in ‘Brexit, Brussel, Brabant’ op een verstaanbare manier het reilen en zeilen van de Europese Unie. Het werk is ons boek van de week, verkrijgbaar tegen een voordeelprijs.