JavaScript is required for this website to work.
Europa

Europese samenwerking sterft in de achterkamertjes

Pieter Bauwens5/7/2019Leestijd 4 minuten
Charles Michel, de politieke grijze muis die in het plaatje past.

Charles Michel, de politieke grijze muis die in het plaatje past.

foto © Reporters

De EU-leiders beseffen niet dat ze het draagvlak voor hun project bij de kiezer doen verschrompelen door hun achterkamerpolitiek.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De EU was een droom. Alles zou beter worden dankzij de EU, we zouden opgenomen worden in de vaart der volkeren. Sommigen zitten nog vast in die droom, ‘meer Europa’ is hun antwoord op elk probleem dat op ons afkomt, van milieu, tot werkloosheid over mobiliteit en defensie. Maar hoe precies maakt meer EU ons leven beter? Daar weten minder en minder kiezers een antwoord op te geven. Zo hebben de politici de kritiek gesmoord in een doemscenario: zonder de EU of zonder de euro, wordt het een ramp, en nog erger!

Onnevenwicht in de EU

Toen iedereen nog geloofde in die mooie nieuwe wereld die de EU ons zou brengen, moest de EU groter en meer en groter en meer. Met meer voluntarisme dan gezond verstand werden allerlei landen tot de EU en de euro toegelaten. Of ze daar nu klaar voor waren of niet. Dat zorgde en zorgt voor grote wrijvingen en onevenwicht. De eurocrisis was mee veroorzaakt door onvoldragen beslissingen, een muntunie zonder politiek-economische unie is vragen om problemen. Een echt politiek-economische unie is politiek niet haalbaar, dus er kwam een halve. Te veel voor de een, te weinig voor de andere; het was dan ook een halve oplossing.

De acties vanuit Brussel tegen Hongarije, Polen en Roemenië tonen aan dat er intern fundamenteel politieke wrijvingen zijn in de EU. Het laffe wegkijken van wat een groot land als Spanje doet met de Catalanen bewijst dat principes niet het enige criterium zijn voor beleid in de EU. Of hoe zou Frans Timmermans (‘senior ondervoorzitter’ van de EU-commissie, socialist) reageren als Orban politieke tegenstanders laat opsluiten en Hongarije het beroep tegen hun voorlopige hechtenis niet behandelt zodat er geen beroep kan worden aangetekend bij het Europese Hof?

EU-democratie?

Een ingewikkelde constructie zoals de EU centralistisch leiden kan enkel met strakke hand. En dat willen we niet. De achterkamertjespolitiek met regeringsleiders die nachtelijk onderhandelen tot ze de puzzelstukjes bijgesneden hebben om de puzzel te doen passen is de enige weg die de EU vandaag rest. Het is allesbehalve een garantie op goed beleid.

Dat is ook de zwakheid. Charles Michel en Ursula von der Leyen zijn niet de meest geschikte figuren voor de post, wel de meest passende. Het zijn compromisfiguren die weten dat hun bewegingsruimte beperkt zal zijn en zich daarbij neerleggen. Het is een mooie stap in hun carrière en bevestigt de status quo voor de EU. Hun visie op de toekomst van de EU doet er maar beperkt toe. Het is als politicus in Europa beter geen te uitgesproken visie te hebben, dan zijn er meer carrièremogelijkheden.

Het Europees Parlement kan moeilijk anders dan dat volgen. Gerolf Annemans noemde dat Europees Parlement op Doorbraak nog een ‘Eurofanatische machine’. Kritiek wordt er niet geapprecieerd. Dat was ook Derk Jan Eppink opgevallen in zijn boek Het rijk der kleine koningen  uit 2015. Eppink stelde zich de vraag of er nog een toekomst was voor het Europees Parlement, waarin hij sinds 1 juni 2019 opnieuw zetelt. Volgens hem is het geen echt parlement en is er geen toekomst als EU’ers doorgaan met de zelfbewieroking en er blijven vanuit gaan dat de enige oplossing gewoon meer Europa is. Het EU-parlement zal haar representativiteit nog meer verliezen en haar politieke fundering zal verdampen.

Landen of parlement

Het gedoe met de Spitzenkandidaten was het beste bewijs dat het parlement zich als Parlement van het EU-volk of -land wil tonen. Terwijl er geen Europees volk is, wel Europese volkeren en landen. Hier is de EU in hetzelfde bedje ziek als België. De structuren zijn een gevolg van een compromis waarin iedereen gelijk heeft. Het parlement kan zeggen dat het een echt parlement is en de regeringsleiders kunnen zeggen dat zij beslissen. Wat ze dan ook doen, allebei.

De EU bestaat uit landen. De nationale parlementen, zeker in dit land, zouden de EU strenger moeten controleren, op het principe van de subsidiariteit bijvoorbeeld. De EU moet zich geen bevoegdheden toe-eigenen die geen winst opleveren. EU-landen moeten samenwerken als landen en niet één groot land worden. Maar daar zijn de EU-federalisten genre Guy Verhofstadt radicaal tegen. Daarenboven hebben we meer kritische journalisten nodig in Europa en de Wetstraat, die politici kritisch volgen in plaats van relletjes te maken over hun tweets.

Parlementair toneel

Voor de façade zullen de sociaaldemocraten en Groenen nog wel even moord en brand schreeuwen, maar het zou verwonderen als zeker de eersten het spel niet zouden meespelen. De socialisten kregen de voorzitter van het EU-parlement. Als ze menen het compromis van de regeringsleiders de grond in te moeten boren, stevent de EU af op een machtsstrijd. Het parlement weet hoe die zou aflopen. En dus is het tijd voor politiek toneel. Hoe luider ze roepen, hoe meer onderhandelingsruimte ze hebben. Dat is het politieke spel op de voorgrond. In de achterkamers, waar ze mee onderhandelen, hoor je ze niet klagen.

Europa is zo meer en meer een België in het groot aan het worden. Compromissen dienen er dan niet om een stap vooruit te zetten of een probleem op te lossen. Ze dienen om de evenwichten te respecteren. Politici komen dan in een eigen compromis-logica terecht. Een buitenstaander ziet dat het nergens toe leidt, voor politici is het ‘het hoogst haalbare’. Maar de kritische afstand ontbreekt om te zien dat het niets wezenlijks oplost. Wie wint bij de benoemingsronde? Macron? En wat heeft hij gewonnen? Invloed? Geld voor Frankrijk?

Dit soort gedoe is kwalijk voor het draagvlak van de Europese samenwerking. Meer en meer zullen kiezers zich de vraag stellen wat voor zin het heeft. Minder en minder zal het doembeeld van ‘zonder EU zijn we slechter af’ angstwekkend zijn. De Brexit is een waarschuwing die de EU-bonzen in de wind hebben geslagen. In hun kritiekloze wereld treft enkel de Britten schuld.

Rusland en Oost-Europa

Ook in politiek kan goed weer snel omslaan in onweer. Wat als de Oost-Europese landen genoeg hebben van het West-Europese overwicht en vermanende vingertje? Wat als ze beslissen een eigen project op te starten? Complete fictie vandaag, misschien wel. Maar onevenwicht in een compromisgemeenschap als Europa is gevaarlijk.

De houding tegenover Rusland komt daarbij. Dat kan de EU uit elkaar spelen. Zoals het de Raad van Europa uit elkaar speelt. Daar opperde de delegatieleider van Oekraïne in de vergadering dat zijn land haar engagement wil evalueren, of eventueel met een aantal landen initiatieven zal nemen. Didier Reynders zal nog blij zijn dat hij niet verkozen werd tot Secretaris-Generaal van de RvE.

Het worden woelige tijden voor de Europese politiek. Gedreven door hun blind geloof in meer en groter Europa dreigen de Europese politici het draagvlak voor Europese samenwerking in hun achterkamertjes langzaam te verstikken. Dat zou een fout zijn. Vlaamse politieke partijen moeten waakzaam zijn in onze eigen Parlement én in het Europese Parlement. Dat onze volksvertegenwoordigers, zeker de Europese, maar beginnen met de boeken van Annemans en Eppink te lezen.


 

Doorbraak bezoekt in september het Europees Parlement en de omgeving van Straatsburg. Inclusief kritische bemerkingen. U kan nog mee.

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties