JavaScript is required for this website to work.
post

Excuses eisen is zich blijven wentelen in koloniaal paternalisme

Erik Bruyland27/2/2019Leestijd 4 minuten
Koning Boudewijn I op bezoek in Congo, 24 mei 1965.

Koning Boudewijn I op bezoek in Congo, 24 mei 1965.

foto © Reporters

Excuses aanbieden voor onze koloniale geschiedenis, vindt Erik Bruyland overbodig. Meer zelfs: Europa zou zich beter niet (meer) moeien in Afrika.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Waarom zou ik mij moeten verontschuldigen voor wandaden waarmee ik niets te maken heb?’

Als vanzelfsprekend valt die pavloviaanse mantra bij de minste verwijzing naar het stilzwijgen van moslims wanneer tientallen onschuldige slachtoffers vallen – niet honderd jaar geleden, maar na de terreuraanslagen in Parijs van 2015, in onze hoofdstad op 22 maart 2016 of na recentere terreurdaden van Islamitische Staat: ‘Excuses? – niets mee te maken!’

Voor de meeste moslims en opiniemakers is dat een terecht argument. Maar als een Working Group of Experts on People of African Descent namens de Verenigde Naties vindt dat ‘België excuses moet aanbieden voor zijn koloniaal verleden’ is diezelfde ‘logica’ niet langer van toepassing. Dan moet ‘het lijden van de (groot)ouders van Afrikaanse Belgen erkend worden’; is het ‘tijd voor échte verontschuldigingen’; ‘hebben de huidige Belgische overheid en de Belgische bedrijfswereld een morele verantwoordelijkheid om zich te verontschuldigen voor de koloniale misdaden van hun voorgangers’.

Gratuite excuses

In Doorbraak van 17 februari pende Michael Domen een actieplan neer om met ons koloniaal verleden in het reine te komen, of zoals hij het zelf formuleert: ‘de eerste voorzichtige stappen in het erkennen van de koloniale schuld die België nog steeds met zich meetorst’. Eerder reageerde ik in Doorbraak – ‘Koloniaal schuldgevoelen en slachtofferschap vertroebelen Congo-debat’ – dat dergelijke excuses geheel vrijblijvend zijn, een soort moreel narcisme.

Vrijblijvend voor diegenen waarvan de voorouders inboorlingenwaren van de toenmalige Belgische staat en al dan niet rechtstreeks betrokken bij de wandaden in de ‘Vrijstaat van Leopold II’ of tijdens het Belgische koloniale bewind tussen 1908 en 1960. Gratuit voor u en mij dus, maar ook de nieuwe Belgen van Afrikaanse afkomst geraken niet verder bij het oppoken van dat – in onze perceptie van vandaag (!) – inhumaan verleden. De arrogante pretentie van westerse imperiale machten dat sommige volkeren minder humaan waren, die houding van (blanke) superioriteit is nu toch wel helemaal verleden tijd – behalve voor een minieme minderheid van achtergebleven geesten.

Feitelijk komt het zich blijven wentelen in slachtofferschap om wat hun ouders en voorouders meer dan een halve eeuw tot één eeuw geleden is aangedaan, voor Congolese Belgen en Afrikanen in het algemeen neer op het blijven kleven aan het verfoeide koloniale paternalismevan weleer. Dit zijn niet mijn woorden, maar van zelfbewuste Afrikanen zoals Venance Konan, Axelle Kabou of Kamel Daoud, die komaf willen maken met ‘een dekolonisatie zonder einde’: ‘C’est un drame que d’être enfermé dans cette décolonisation sans fin, cette jérémiade perpétuelle ou ce complexe de la périphérie’ (Daoud in Mes Indépendances).

Recht voor de raap

Ook de Afro-Amerikaanse journalist Keith B. Richburg van The Washington Postschreef in Out of America, A Black Man Confronts Africa, dat al dat vingerwijzen naar schuldige kolonialen ‘het ware thema waar het werkelijk om zou moeten gaan telkens opnieuw alleen maar verdonkeremaant, met name: de behoefte aan kritisch onderzoek naar de interne oorzaken van het falen van Afrika’. Hij pleit voor een open debat daarover: ‘What’s missing is the straight talk’.

Straight talk, aan het adres van Belgische Congolezen. Zoals Idesbald Goddeeris in De Standaard (26 februari) bepleitte, kunnen we eerder dan gratuite excuses of onmogelijke discussies over compensaties beter discriminaties wegwerken in de publieke ruimte en het onderwijs. En de Belgische Congolezen ook duidelijk maken dat een ‘beeldenstorm’ organiseren tegen standbeelden en straatnamen schrappen die deel uitmaken van een historisch verleden, praktijken zijn van regimes die rechtmatige verzuchtingen van nieuwkomers in de samenleving meteen zouden fnuiken.

Economische leegroof

Straight talkook aan het adres van onze Congolese vrienden die zich al verheugen op gigantische herstelbetalingen. Zeer zeker moet de waarheid over de omvang van de leegroof door Belgische bedrijven van de Société Générale vóór en na de onafhankelijkheid van Congo boven water komen. Maar er mag evenzeer op gewezen worden dat de leegroof door dictators zoals beschreven in Dictatorland, The Men Who Stole Africa – het jongste boek van Paul Kenyon met Mobutu op de cover – helemaal verbleekt tot een amateuristisch afkooksel van de structurele plundering in de mijnbouw die vandaag georganiseerd wordt door de eigen Congolese machthebbers.

Al voeg ik hier meteen aan toe dat Europa zich beter niet meer bemoeit met de interne zaken van Afrikaanse staten. Gelet op de demografische ontwikkelingen in Afrika en de groeiende politieke en economische invloed van Aziatische en andere grootmachten die het oude continent geleidelijk reduceren tot een gemarginaliseerde uithoek voor de geopolitieke krachten die er in de wereld van morgen wel toe doen, zou de impact ervan toch verwaarloosbaar zijn.

Excuses van de VN?

Ludo De Witte schreef al dat de Verenigde Naties zich zelf zouden mogen verontschuldigen. Of zullen we moeten wachten tot een of andere VN-werkgroep over een aantal decennia excuses eist van de Congolese regering en van de landen die Blauwhelmen aanleverden voor Monuscoin Oost-Congo? Van die VN-troepenmacht, de grootste en duurste VN-operatie ooit, zegt dr. Denis Mukwege, Nobelprijswinnaar voor de Vrede, ‘dat het lijkt alsof niemand een definitieve oplossing wil’ voor de nu al decennialange systematische verkrachtingen van duizenden vrouwen, criminele misdaden tegen de lokale bevolking en de plundering van grondstoffen!

Men zou ook nog kunnen verwijzen naar het rapport uit 1962 van 46 geneesheren over moordpartijen van VN-Blauwhelmen in Katanga – ‘46 Hommes en colère – Violations par l’ONU au Katanga’ – waarvoor de VN zich nooit ‘excuseerde’. Tussen 1960 en vandaag vielen in Congo trouwens al meer doden dan onder het Belgische koloniale bewinden ja, westerse grootmachten waren daar medeplichtig aan, maar niet alleen zij!

Straight talkdus evenzeer aan het adres van de VN-werkgroep. Laat de experts in grieven van mensen van Afrikaanse afkomst grondig werk maken van het blootleggen van discriminaties in onze hedendaagse samenleving– voor zover althans hun definitief verslag aan de Belgische regering later dit jaar niet verzuipt in een alomvattende klaag- en verontwaardigingscultuur.

Maar wat excuses en boetedoening betreft, staat het de Saksen-Coburgs uiteraard vrij om dat te doen voor de periode waarin Congo het privébezit was van Leopold II. Van de latere koloniale misdaden kunnen we ons alleen maar distantiëren, zoals Britse moslims die niet onverschillig bleven tegenover misdaden van moslimextremisten en massaal op straat kwamen met borden: ‘not in my name’.We moeten, met historische inzichten van vandaag, koloniale misdaden identificeren en ondubbelzinnig veroordelen, maar excuses? ‘Niets mee te maken’!

Erik Bruyland is beroepsjournalist en auteur van 'Kobalt blues - de ondermijning van Congo (1960-2020)', Uitgeverij Lannoon. Hij is genoren en getogen in Congo, waar hij van 1978 tot 1984 de familiale onderneming leidde en woont nu deels in Indonesië en België.

Commentaren en reacties