JavaScript is required for this website to work.
Politiek

Filip Watteeuw (Groen) reageert op kritiek: ‘Een duidelijke visie en beleid, daar is niets mis mee’

'Men kan me veel verwijten, maar niet dat ik niet met de mensen heb gesproken.’

Winny Matheeussen1/12/2020Leestijd 4 minuten
Filip Watteeuw: ‘Het feit dat de mensen nu kunnen reageren, onder andere via de
digitale sessies die komend weekeinde doorgaan, toont aan dat we openheid
nastreven en dat we echt proberen de mensen te betrekken.’

Filip Watteeuw: ‘Het feit dat de mensen nu kunnen reageren, onder andere via de digitale sessies die komend weekeinde doorgaan, toont aan dat we openheid nastreven en dat we echt proberen de mensen te betrekken.’

foto © Jesse De Meulenaere (CC BY-SA 4.0)

Gents schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw reageert op de kritiek op het beleid van het stadsbestuur inzake het circulatieplan en de LEZ.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Vorig weekend verscheen op Doorbraak een stuk over de onvrede bij de Gentenaars over het beleid van het Gentse stadsbestuur. Schepen van Mobiliteit, Publieke Ruimte en Stedenbouw Filip Watteeuw (Groen) reageert op de kritiek. Hij weerlegt de teneur dat burgemeester Mathias De Clercq (Open Vld) zich te weinig laat horen en het feitelijke burgemeesterschap aan hem overlaat.

Misplaatste kritiek

‘Ik vind dat een misplaatste kritiek. Wanneer een schepen een duidelijke visie heeft en daar ook een beleid rond voert, is daar niets mis mee. De burgemeester speelt zijn rol en tracht die ook goed te spelen. Wat ik in het artikel vooral merk is dat men etiketten kleeft op mij en de burgemeester, waardoor het makkelijk is om het gevoerde beleid aan de kant te schuiven. Men noemt me dogmatisch, maar ik mis een fundamentele en correcte kritiek op mijn beleid.’

‘Men kan me veel verwijten, ik heb fouten en gebreken. Men kan me echter niet verwijten dat ik in het kader van het circulatieplan niet met de mensen zou hebben gesproken. De eerste schets van dat plan werd op zeventien oktober 2014 gepresenteerd. Van dan tot drie april 2017 ben ik de boer op gegaan en heb ik met de mensen gediscussieerd. Op basis van die discussies is het plan nog fundamenteel gewijzigd, ook door de inspraak van verschillende groepen en gemeenteraadsleden. Er is dus wel degelijk inspraak geweest.’

Wél evaluatie circulatieplan

‘Men zegt dat er geen evaluatie is gebeurd van het circulatieplan’, vervolgt Watteeuw, overgaand naar het volgende punt van kritiek. ‘Er zijn twee evaluatierapporten opgemaakt, met bevragingen van de burgers. Die rapporten werden overgemaakt aan de gemeenteraad, die zijn openbaar. Misschien is het wel zo dat het resultaat van die rapporten niet was wat sommigen graag hadden gezien, maar dat is natuurlijk wel iets heel anders dan dat er geen evaluatie zou zijn gemaakt.’

Dampoortwijk en Oud-Gentbrugge: niet vooruitlopen op de feiten

‘Wat betreft de plannen voor de Dampoortwijk en Oud-Gentbrugge: hier loopt men vooruit op de feiten. Men gaat uit van mijn vermeende reputatie, van de manier waarop ik aan politiek doe, de kracht die ik in mijn werk tracht te leggen. Men zegt dat alles al beslist is. Dat is niet zo. We zijn een jaar geleden aan de plannen begonnen. Sindsdien hebben we met heel veel mensen en organisaties contact gehad. Er zijn twintig knelpunten opgesomd voor die twee wijken. Twintig knelpunten waar zich een mobiliteitsprobleem voordoet. Twintig punten ook waar er een probleem is met de leefkwaliteit.’

‘Met die knelpunten zijn we aan de slag gegaan. Zo hebben we nu drie scenario’s gepresenteerd. Die zijn de basis waarop we het gesprek aangaan. Er is dus nog niets beslist. We hebben ons huiswerk gemaakt en gaan nu het gesprek aan met de burger. We proberen ervoor te zorgen dat de leefkwaliteit in deze wijken beter wordt. Ik denk dat dat een nobele doelstelling is.’

Wél inspraak, ondanks corona

‘Het feit dat de mensen nu kunnen reageren, onder andere via de digitale sessies die komend weekeinde doorgaan, toont aan dat we openheid nastreven en dat we echt proberen de mensen te betrekken. We hebben niets te verbergen. Men gaat ervan uit dat alles al beslist is, maar dat is dus onterecht. We hebben een aantal zaken naar voor geschoven om het gesprek te kunnen aangaan.’

Inspraakmomenten organiseren tijdens een lockdown roept natuurlijk ook vragen op. Niet iedereen is in de mogelijkheid om via digitale kanalen deel te nemen. Dreigt men zo niet een groep mensen te verliezen? Zou het niet beter zijn alles op te schuiven tot de situatie terug genormaliseerd is?
‘De coronacrisis is nu eenmaal een realiteit. We trachten zoveel mogelijk te zorgen dat de mensen hun opmerkingen kunnen aanvoeren. De stad Gent heeft momenteel een structuur die maakt dat de burgers hun mening kwijt kunnen. Men kan mailen, men kan bellen naar Gentinfo. De Gentenaar kan op vele manieren laten horen hoe hij of zij naar deze zaken kijkt. Ik heb al brieven gekregen. Daar is niets mis mee, al die mogelijkheden bestaan en die kan men benutten.’

‘Maar je kan natuurlijk de werking van een stadsbestuur niet stilleggen omwille van de coronacrisis. We proberen dit alles zo goed mogelijk te organiseren en we staan open voor iedereen. Iedereen heeft de papieren brochure over het wijkmobiliteitsplan in de Dampoortwijk en Oud-Gentbrugge in de bus gekregen. De mensen kunnen hun reacties kwijt: geschreven, via e-mail of telefonisch.’

Inspraak is nooit perfect

‘Het is niet zo dat we denken dat wij de perfecte inspraakformule hebben uitgevonden. Daar moet je voortdurend aan sleutelen. Je moet steeds openstaan voor nieuwe mogelijkheden om met de burger te spreken. Ik heb door mijn ervaring met het circulatieplan geleerd dat mensen vaak op een emotionele manier hun mening geven over mogelijke mobiliteitsplannen. De kunst bestaat erin om al die opmerkingen, die soms wat brutaal zijn verwoord, even te laten rusten om dan tot de essentie van hun boodschap te kunnen komen.’

‘Ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk dat is. Ik heb in de tijd van het circulatieplan een hele storm over me heen gekregen, tot doodsbedreigingen toe. Ik kan zeggen dat dat er zwaar inhakt. Maar desondanks moet je als politicus de boodschap die erachter schuilgaat trachten te bevatten en daarmee aan de slag gaan. Dat is niet altijd even makkelijk, maar dat is je taak als beleidsmaker. De raadsleden moeten ook goed beseffen dat de manier waarop ze spreken over de plannen een invloed heeft op het publieke debat. Als raadslid — van de meerderheid of van de oppositie — heb je ook de taak om ervoor te zorgen dat het debat constructief en correct verloopt.’

Verder verloop

Watteeuw legt uit hoe het nu verder loopt met de plannen. ‘Dinsdag staan er een aantal vragen van Anneleen Van Bossuyt (N-VA) op de agenda. Ik ga daar graag op antwoorden. Volgend weekend zijn er de digitale infomarkten. Tot dertien december kan de burger reacties binnensturen. Daarna gaan we met alle reacties — positief of negatief — aan de slag. Nieuwe suggesties, nieuwe ideeën, gaan we samenbrengen en die trachten we dan in een coherent geheel te gieten. Ergens in april 2021 willen we dat voorstellen. Dan gaan we het debat aan in de gemeenteraad. Het overeengekomen plan willen we dan tegen begin 2022 ten uitvoer brengen.’

Uitbreiding LEZ komt er

Dan rest er nog de commotie over de uitbreiding van de Lage Emissiezone (LEZ). Die staat op zich los van de circulatieplannen, maar ze worden wel vaak in één adem genoemd. Watteeuw benadrukt dat dit niet zijn bevoegdheid is, die ligt namelijk bij schepen Tine Heyse (Groen). Hij wil er echter wel wat over kwijt.

‘In het bestuursakkoord is opgenomen dat de LEZ gaat worden uitgebreid. Die overeenkomst hebben alle partijen van de meerderheid ondertekend. Ondertussen is ook gebleken dat een LEZ een groot effect heeft. Er is eveneens gebleken dat de sociale tegemoetkomingen die we in Gent hebben vooropgesteld, effectief zijn. Die ontbreken in Antwerpen.’

‘Er loopt nu een studie rond de modaliteiten van de uitbreiding. Eens die afgerond is gaan we kijken hoe we verder gaan. De vraag is niet of we al dan niet gaan uitbreiden. De vraag gaat over de manier waarop de gefaseerde uitbreiding dient te gebeuren om zoveel mogelijk effect te hebben met zo weinig mogelijk nadelige gevolgen. Dit staat dus in het bestuursakkoord, maar was ook terug te vinden in de programma’s van de partijen van de meerderheid. Zelfs bij bepaalde oppositiepartijen was dit punt in het programma opgenomen. Dat wil ik toch even benadrukken.’

Winny Matheeussen (1973) noemt zichzelf misantroop, hondenvriend en bergzitter.

Commentaren en reacties