JavaScript is required for this website to work.
post

De vita beata, op zoek naar een gelukkig leven

Philip Roose8/5/2018Leestijd 3 minuten

gelukkig, Seneca

gelukkig, Seneca

foto © Reporters

Iedereen is op zoek naar geluk.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Ik kocht onlangs De Vita Beata van Lucius Annaeus Seneca in een bui van intellectuele hoogmoed. Dat heb ik wel vaker wanneer ik een boekenwinkel binnenstap. Al die wijsheid op één plek! Dan voel ik me direct twee keer slimmer. Een beetje zoals Kris Peeters wanneer die een televisiecamera ziet. Of wanneer hij weer eens één van zijn ‘cunning plans’ ten berde brengt. De Black Adder van de Antwerpse politiek wordt hij ook wel genoemd op het ‘Schoon Verdiep’. Nullum magnum ingenium sine mixtura dementiae fuit. Geen groot genie zonder een scheut waanzin. Volgens de peilingen zal op 14 oktober alleen nog dat laatste overblijven.

Nooit te oud om te leren

De voorbije maanden gaat mijn interesse vooral uit naar de Griekse en Romeinse filosofen. Dat komt voornamelijk door de Latijnse citaten die Bart De Wever voortdurend uit zijn mouwen schudt. Frustrerend! Zeker voor iemand die niet verder komt dan een paar weerspreuken van Frank Deboosere of verkeerdelijk aan Churchill toegeschreven citaten.  Maar zoals Seneca reeds schreef: ‘Nulla aetas ad discendum sera.’ Men is nooit te oud om te leren.

Nee, mijn hernieuwde interesse in de klassieke auteurs is niet de schuld van de sossen. Die kennen Latijn noch Grieks. Te elitair! Niet nuttig! Te bourgeois! John Crombez zou de klassieke talen het liefst afschaffen in het onderwijs en vervangen door wat modernere wartaal. Nee, geen dialogen meer tussen Socrates en een paar sofisten, maar tussen Meeuws en zijn boekhouder. Of advocaat. Weg met Cicero en Tacitus, welkom Karl Marx en Friedrich Engels. Gelukkig zit Crombez in de oppositie. In aeternum volgens diezelfde peilingen.        

Facta, non verba

Terug naar het boek. Seneca vertelt daarin hoe de mens gelukkig kan worden. Een actueel thema, leek mij. Vorige zondag kreeg ik van mijn eega en kinderen wat quality time voor mezelf. Ik zonderde mij volledig af met mijn nieuwe literaire aanwinst. Eindelijk zou ik ontdekken wat van mij een gelukkig mens zou maken. Een paar uur zonder mijn vrouw en kinderen? Ja, dat ook. Maar was die Seneca zelf wel een gelukkig man? Facta, non verba Luci!* Dan maar even op Wikipedia kijken: Geboren te Cordoba in het huidige Andalusia. Een mooi begin. Verhuisd naar Rome om er Caligula en Nero te dienen. Oei, spannend! Door die laatste verplicht tot een ‘eervolle’ zelfmoord. Drama! Zijn biografie beloofde alvast weinig goeds. Cum grano salis.  

Nog even controleerde ik wat sociale media.  Een tweet van Marc Van Ranst passeerde schreeuwend om aandacht mijn tijdlijn. Blijkbaar was Van Ranst niet zo gelukkig over iets of iemand. Dat heeft hij wel vaker. Altijd de schuld van Israël, de farmaceutische lobby of de N-VA. De Van Ranst-bingo noemden ze dat vroeger op het kabinet van Volksgezondheid. Altijd prijs. Wat zou deze virusjager dan wel gelukkig maken? De bevolking angst aanjagen voor ingebeelde griepepidemieën? Ja, dat zeker. En een bestelbon voor twee miljoen nutteloze vaccins? Ook. De apothekers zoveel mogelijk koeioneren? Nog meer. Graviora quaedam sunt remedia periculis. Sommige geneesmiddelen zijn erger dan de kwaal. Sommige dokters ook.

Bomen maken gelukkig

Terug naar de Romeinen en hun zoektocht naar het geluk. In de twee eeuwen voor de geboorte van Seneca ontbosten zij het Italiaanse schiereiland voor de graanproductie en de oorlogschepen. Dat bomen gelukkig maken, wisten ze toen nog niet. Zelfs Jezus Christus, een tijdgenoot van Seneca, kreeg dit geheim niet geopenbaard als zoon van God. De onheilsprofeten Christophorus Calvius en Miriam Almacius waren toen ook nog niet geboren. Geen wonder dat het Romeinse Rijk enkele eeuwen later in elkaar stortte. En maar zoeken naar dat geluk! Laten we er lessen uit trekken. We hebben geen Joint Strike Fighters nodig maar bossen. Hele wouden. In your face, Putin!  Arbores loqui latine! De bomen spreken Latijn. En hopelijk ook Russisch.

Tijdens het lezen van De Vita Beata begreep ik dat volgens de stoïcijnse Seneca de deugd niet altijd in het midden lag. Gelukkig voor hem was de tweede grootste intellectueel van Vlaanderen, moraalfilosoof Patrick Loobuyck, toen nog niet geboren om hem terecht te wijzen. Loobuyck vindt het geluk namelijk in de ‘gulden middenweg en het gezond verstand’. Correctie: ZIJN gulden middenweg en gezond verstand. Virtus in medio. Zeg niet soumission maar redelijke accommodatie. Boerka of naakt? Iedereen een hoofddoek en Schluss damit! Besnijden of niet? Niet moelijk: u doet toch ook het velletje van de salami, niet? Tsjak! Van polariseren wordt Loobuyck ongelukkig. In zijn buurt durft niemand nog het woord ‘polarisatie’ en afgeleiden in de mond te nemen. Zuid- en Noordpool? Nee, Pinguinparadijs en IJsbeerresort. Polen? Njet! Vodkalandia. De poolster? Die is uit schaamte aan het uitdoven. Ook het Latijn is volgens Lobuyck polariserend: “Latijn wordt niet voor zijn intrinsieke waarde gekozen, maar om zich van anderen te onderscheiden.” Inderdaad, van sommige moraalfilosofen bijvoorbeeld. Non est magnus pumilio, licet in monte constiterit. De dwerg wordt niet groter door op een berg te staan.

Hardwerkende, bescheiden West-Vlaming

Toen dacht ik weer aan mijn grootvader. Een hardwerkende en bescheiden West-Vlaamse man. Tot veertien jaar op de schoolbanken, daarna werken in de suikerfabrieken in Noord-Frankrijk en naar de steenbakkerijen aan de kust. Met de fiets, want koersen was toen zijn geluk. Zijn motto was: ‘Het gelukkigst is wie het minst verlangt.’ Of zoals Seneca het circa 2000 jaar eerder verwoordde: ‘Non qui parum habet, sed qui plus cupit, pauper est.’ Mijn grootvader kende geen Latijn, toch was hij een gelukkig man. En blijkbaar ook even ‘wijs’ als Seneca. En nu ga ik verder lezen. Lectori salutem!

______

* vocatief van Lucius.

Philip Roose (1979) studeerde geschiedenis in Leuven en Granada en marketing en management in Parma. Hij woont in Catania (Sicilië) en exporteert Italiaanse wijnen. Samen met Joost Houtman schreef hij het boek 'Bella Figura: Waarom de Italianen zo Italiaans zijn?' (Uitgeverij Vrijdag; verschijnt 31 mei 2018).

Meer van Philip Roose

Woorden scheppen de realiteit, of toch de perceptie ervan. Philip Roose over de instrumentalisering van taal.

Commentaren en reacties