JavaScript is required for this website to work.
post

Gratis treintickets en groene rekenkunde

Belgisch surrealisme, ook in coronatijden

ColumnJohan Sanctorum23/6/2020Leestijd 2 minuten
Dus ik vat samen, en corrigeer me als ik fout ben: mensen mogen gratis de trein
nemen, en dat geeft de NMBS ‘financiële ademruimte’, kuchkuch.

Dus ik vat samen, en corrigeer me als ik fout ben: mensen mogen gratis de trein nemen, en dat geeft de NMBS ‘financiële ademruimte’, kuchkuch.

foto © Claude Monet - The Yorck Project, distributed by DIRECTMEDIA Publishing GmbH, Publiek domein

Een wonderlijke cirkel waarin niemand iets betaalt of ontvangt.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Uit een onderzoek van The Economist, die 21 OESO-landen vergeleek, pakte België globaal de coronacrisis het slechtste aan, en laat het rampgebieden als Spanje en Italië, maar ook de VS en het Verenigd Koninkrijk, achter zich. Het succesverhaal houdt maar niet op: na het malgoverno tijdens de crisis en de lockdown belooft ook het economisch relanceplan één knullige improvisatie te worden, zonder visie en met veel ad hoc-ideetjes waarin politici om de beurt kunnen scoren.

Recent beviel de superkern (alle partijen, zonder het Vlaams Belang en PVDA/PTB, die de verkiezingen wonnen) van het idee om elke Belg tien gratis treintickets cadeau te doen. Kwestie van het treinreizen te promoten, in coronatijd dus. Dat bomvolle treinen superverspreiders van het virus zijn, dat vonden Meyrem Almaci en Jean-Marc Nollet, de twee groene voorzitters en trotse bedenkers van het idee, geen punt. Evenmin dat recent onderzoek aangeeft dat mensen helemaal de trein niet willen nemen zolang hun veiligheid niet gegarandeerd is. Dus neen, niemand zat daarop te wachten.

Spoorbaas Sophie Dutordoir, wiens mening niet was gevraagd, was not amused toen ze het goede nieuws via de media vernam, waarna er toch enig overleg plaats greep, met als resultaat: geen tien maar twaalf gratis ritten. Twee per maand per persoon.

Onovertroffen rekenkunde

Een win/win-verhaal: de rekenkunde achter het voorstel is onovertroffen, ik citeer even kamerlid Kim Buyst (Groen) in De Tijd:

‘Na jaren besparen is er eindelijk een positieve maatregel voor het openbaar vervoer. De NMBS leed 400 miljoen euro verlies vanwege de coronacrisis. De steun in de vorm van een twaalfrittenkaart geeft de spoormaatschappij financiële ademruimte en ook reizigers hebben er een rechtstreeks voordeel aan. De financiering past in de globale covidcompensatie voor de NMBS en vraagt geen bijkomend bedrag’.

Dus ik vat samen, en corrigeer me als ik fout ben: mensen mogen gratis de trein nemen, en dat geeft de NMBS ‘financiële ademruimte’, kuchkuch, zeker als er bij groot succes extra treinstellen moeten worden ingezet. Hoe meer reizigers niet betalen, hoe beter voor de spoorwegen, rekent Groen voor.

Zelf schat de NMBS de extra verliezen door deze railpass op zo’n 100 miljoen euro, want nergens staat of en hoe de maatschappij hiervoor zal gecompenseerd worden. Soit, het is op het einde toch de belastingbetaler die het tekort aanzuivert.

Sophisme

Beeld u de genialiteit van het voorstel in, en waarom het ook in andere sectoren kan toegepast worden om de economie de broodnodige boost te geven: De overheid verstrekt een bierkaart waarmee men tien pintjes kan drinken in het café naar keuze, wat voor de horeca een aanzienlijke steun betekent, bier gratis tappen; idem voor tien beurten bij de coiffeur, tien bezoeken aan de autowerkplaats, tien gratis loodgieterinterventies, zonder dat iemand er ook maar een eurocent voor betaalt of eraan verdient. Het BNP zal steil de hoogte ingaan.

Jamaar, die gratis treintickets gaan toch het binnenlands toerisme stimuleren, hoor ik u zeggen, zo gezellig met de kroost naar de kust of de Ardennen. Ja sorry, de kaart is niet in de zomerweekends geldig en gaat pas in vanaf 17 augustus als de vakantie grotendeels voorbij is. Daarbij is er nog de administratieve rompslomp om die tickets aan te vragen, de extra werklast voor dat toch al hardwerkend spoorpersoneel, de overheidscomputers daterend uit de tijd toen de dieren nog spraken, die dat allemaal moeten verwerken…

Mijn voorspelling: die rittenkaart wordt een gigantische flop, en dat was ook de bedoeling van het Sophistische compromis tussen de twee protagonisten in dit verhaal, Wilmès en Dutordoir. Zo schaft een slecht idee, dankzij de juiste implementatie, zichzelf weer af, en zo komt alles toch nog goed in dit land en blijven we hopelijk gezond.

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties