JavaScript is required for this website to work.
Buitenland

Halve mobilisatie en hele annexatie zullen Ruslands positie niet fundamenteel verbeteren

Willem-Gert Aldershoff 23/9/2022Leestijd 3 minuten

foto © Belga Image

Politieke analist Willem-Gert Aldershoff bekijkt de reacties op de beruchte oproep tot mobilisatie van Poetin in deze vrije tribune.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Politieke analist Willem-Gert Aldershoff bekijkt de reacties op de beruchte oproep tot mobilisatie van Poetin in deze vrije tribune.

Met spanning werd uitgekeken naar de televisie-toespraak die Russisch president Poetin op 20 september ‘s avonds zou geven. Welk ziek griezelig konijn zou hij nu weer uit zijn hoed toveren?

Anticlimax

Groot was de anticlimax toen de Russische propagandamachine moest berichten dat de toespraak geheel onverwacht was verschoven naar de volgende ochtend. Voor Tatiana Rybakova van de onafhankelijke nieuwssite Republic.ru was dit uitstel een bewijs dat ‘de afwijzing van de oorlog door de Russische samenleving onmogelijk te negeren is, zelfs in de diepste bunker’.

Poetin kondigde met onmiddellijke ingang een gedeeltelijke mobilisatie af van ‘personen met militaire ervaring’. Studenten zouden niet worden opgeroepen en dienstplichtigen zouden niet naar het gebied worden gestuurd waar het Kremlin al zes maanden zijn ‘speciale militaire operatie’ uitvoert. Volgens de minister van Defensie Shoigu zou de maatregel 300.000 man extra opleveren.

Strafwet

De dag ervoor had het Russische ‘parlement’ (eigenlijk de ja-knik-machine van het Kremlin) razendsnel nog even enkele zware wijzigingen van de strafwet aangenomen die het militairen moeilijker maakt een oorlogssituatie te ontvluchten en zich aan militaire activiteiten te onttrekken.

De straffen voor desertie, vrijwillige overgave, weigeren van orders en insubordinatie werden dramatisch verhoogd (tot tien jaar gevangenisstraf). Dat was blijkbaar nodig vanwege de vele deserties en weigeringen van Russische soldaten de afgelopen maanden om bevelen op te volgen of verder te vechten.

Referenda

Poetin gaf ook zijn volledige steun aan de ‘referenda’ over annexatie bij Rusland, waartoe de Russische bezettingsautoriteiten in de Oekraïense provincies Lugansk, Donetsk, Kherson en Zaporazhia op 20 september hadden besloten. De referenda waren al eerder aangekondigd, maar steeds uitgesteld omdat de lokale bezetters goed beseften dat deze nooit overtuigend zouden kunnen worden georganiseerd. Nu vinden ze tussen 23 en 27 september plaats. Direct daarna zal Rusland die gebieden formeel annexeren en tot Russisch grondgebied verklaren.

Dit heeft twee belangrijke consequenties. Ten eerste wordt het voor het Kremlin zo mogelijk om dienstplichtigen naar het oorlogsgebied in Oekraïne te sturen. De Russische wet verbiedt namelijk dienstplichtigen in te zetten in gevechtsgebieden buiten Rusland, maar door de annexatie veranderen de vier Oekraïense provincies volgens de Russische wet in Russisch grondgebied.

Ten tweede kan het Kremlin na de annexatie Oekraïne’s militaire acties tegen Rusland op dit Oekraïense grondgebied gaan beschouwen als een fundamentele bedreiging van Rusland. Het gebied is immers ‘Russisch’ geworden. En dat stelt Poetin, in deze zieke logica, in staat om de verkapte nucleaire dreiging  uit zijn toespraak hard te maken: ‘Als de territoriale integriteit van ons land wordt bedreigd dan zullen wij zeer zeker alle middelen waarover wij beschikken gebruiken om Rusland en ons volk te beschermen’.

Groeiende onrust

Gezien de schokkende zwakte van het Russische militaire apparaat in de oorlog tot nog toe verwachten militaire analisten en Russische waarnemers niet dat de gedeeltelijke mobilisatie een doorslaggevend positief effect op de Russische slagkracht zal hebben. Omvangrijke antimobilisatie-acties en onrust onder de bevolking kunnen niet worden uitgesloten.

Zo voorspelt oppositie-politicus Alexei Navalny groeiende onrust: ‘Vijf miljoen dienstweigeraars zullen door het land rennen, achtervolgd door een miljoen politiemannen’. De mobilisatie zal zeker niet hard worden doorgevoerd in Moskou en Sint-Petersburg , want daar gaan volgens hem ‘de mensen dan direct de straat op’.

Nucleaire dreiging

Ook wat de nucleaire dreiging betreft bestaat er de nodige scepsis, al beseffen allen dat Poetin onberekenbaar blijft. Gewezen wordt op het standpunt van de Chinese president Xi  Jinping, van wie Poetin sterk afhankelijk is, die de Russische president overduidelijk gewaarschuwd zou hebben met zijn vingers van de nucleaire knop af te blijven. Ook wordt de Amerikaanse president Joe Biden aangehaald die het Kremlin onlangs hard waarschuwde  om in Oekraïne geen chemische wapens of kernwapens in te zetten. Dat zou Amerika dwingen tot een reactie met ‘vergaande gevolgen’.

De  precieze aard van het Amerikaanse antwoord zal afhangen van wat het Kremlin precies zal doen. De Amerikaanse generaal Ben Hodges, oud-opperbevelhebber van de Amerikaanse strijdkrachten in Europa, verwacht geen Amerikaans antwoord met kernwapens. ‘(Maar) Poetin weet dat de Verenigde Staten zullen moeten reageren wanneer Rusland een kernwapen inzet’. En die reactie zal snel en hevig zijn, bijvoorbeeld in de vorm van de vernietiging van de Russische Zwarte Zee-vloot op de Krim.

Ten slotte wordt er verwezen naar de vernietigende aanvallen van Oekraïne de afgelopen weken op Russische doelen op de door Rusland geannexeerde Krim zoals munitiedepots en commandocentrales. Vanuit de Russische nucleaire doctrine en zijn verwrongen logica had het Kremlin daar op kunnen reageren met tactische kernwapens. Het koos er echter voor dat niet te doen.

Daarom blijft de vraag waarom het Kremlin na de annexatie van de vier Oekraïense provincies en de Chinese en Amerikaanse waarschuwingen fundamenteel anders zou reageren. De enige verklaring voor Poetin’s nucleaire dreiging is volgens anderen dan weer dat hij de Oekraïense bevolking wil intimideren en hoopt dat in Europese hoofdsteden de knieën van politieke leiders gaan beginnen te knikken.

De auteur is analist internationale politiek te Brussel

Commentaren en reacties