JavaScript is required for this website to work.
Multicultuur & samenleven

Het had uw buurman kunnen zijn

ColumnJohan Sanctorum30/6/2015Leestijd 4 minuten

‘Radicalisering’: wat minder moraalridderij en wat meer psychologie zou ons misschien wel van pas komen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Hoe onderscheid je een ‘brave moslim’ van een potentiële terrorist? Dat wordt hoe langer hoe minder evident. Het zou makkelijker zijn mochten de jihadi’s en aspirant-strijders met een vlag en in uniform joelend door onze straten lopen, maar dat doen ze lekker niet, toch niet allemaal. Neen, vandaag lopen ze lachend met een parasol op het strand, waarin een kalashnikov verstopt zit. Vlak tegen de waterlijn gaat die parasol open en worden badgasten weggemaaid: geef toe, als verrassingseffect kan het tellen.

De ‘lone wolf’

Over Seifeddine Rezgui Yakubi, de man die in Tunesië op zijn eentje de toeristische economie onderuit haalde door op het strand van Sousse willekeurig in het rond te gaan schieten, lezen we dat het een ‘vriendelijke jongen’ was, die supporterde voor Real Madrid, luchtvaartechniek studeerde en van rap en breakdance hield. Dat blijkt ook uit de foto: denk die kalasnikovs aan weerzijden weg, en je hebt het profiel van de loverboy die door onze dames van middelbare leeftijd zo gegeerd is tijdens hun exotische vakantie.

Yassin Salhi anderzijds, die op diezelfde zwarte vrijdag zijn werkgever doodde en ritueel onthoofdde, woonde met zijn gezin in een nette voorstad van Lyon en werd door kennissen en buren als ‘heel normaal’ beschreven. Misschien waren ze wel ook ‘normaal’, en is er een fatale zekering doorgeslagen in hun hersenen. De vraag is welke, en waarom. Mijn hypothese: we zullen steeds meer te maken hebben met ‘radicalen’; allochtonen én autochtonen, die niet uit de zelfkant komen, geen getormenteerde gekte uitstralen, maar als goede leerlingen, doordeweekse collega’s of brave huisvaders op zoek zijn naar opwinding en erkenning, de kick om echt ‘iemand’ te zijn.  

Dat is dus een heel ander register dan het morele en religieuze. Steeds meer zal die salafistische Islam een kapstok worden voor nobody’s die uit de grijsheid van het bestaan willen treden. Het verschil tussen religieus fundamentalisme en losgeslagen sociopathie is dan bijna niet meer te maken. Dit gaat over onderhuidse frustratie en compensatiemechanismen. Islamitische Staat levert het ideale canvas, maar meer ook niet. Het had net zo goed de cultus van het Vliegend Spaghettimonster kunnen zijn.

Al wie zich onbelangrijk, onbegrepen voelt, de saaiheid van het bestaan niet meer kan opvullen met een hobby, een vreedzaam politiek-sociaal engagement of een religieuze beleving, kan zichzelf nu tot terrorist uitroepen. Meteen wordt hij een VIP die een afspraak met de geschiedenis heeft.

Dat is een enorme promotie inzake zelfbeeld: de nieuwe terrorist-in-spe is een grijze muis die kleur zoekt. Het is de binnenweg naar de ultieme glorie, van zero tot hero: identificeer u met een extreem waardenpakket en wordt de uitvoerder van een historische missie. Een flinke portie narcisme en mythomanie helpen uiteraard als voeding van de waan. In die zin verschilt de extreemrechtse terrorist Anders Behring Breivik die in Noorwegen 77 mensen neerschoot, in niets van het huidige fundamentalistische geweld, door zogenaamde ‘lone wolves’, gepleegd.

Vanaf de dag dat zo iemand het Ware Geloof ontdekt en ‘radicaliseert’, wordt zijn status van grijze muis een dekmantel, en dat alleen al geeft een machtsgevoel: de idee dat men iemand anders is dan degene die de buitenwereld percipieert, een dubbel personage dus. Eén enkele vonk is dan genoeg om de lading tot ontploffing te brengen. Blijft dan de vraag wat ons antwoord daarop kan zijn. Jammeren dat de Westerse waarden onder druk staan en dat het Avondland teloor gaat, is veel te gemakkelijk als conservatief-getint zelfbeklag. We moeten verder durven denken en inzicht zoeken.

Een kwestie van geluk

Terrorisme is criminaliteit met een enorme toegevoegde waarde: doden in naam van God geeft nog altijd een heel andere sensatie dan doden voor een geldkoffer. Het fatale effect is hetzelfde, maar de dader krijgt een kick, een mentale voldoening die met geen enkele materiële te vergelijken valt. Het gaat uiteindelijk allemaal om het strelen van de gelukszone, ergens in de buurt van de hypofyse. We zijn geprogrammeerd om dat welbevinden, het ‘goed gevoel’ op te zoeken. Het pad daartoe kan de vorm aannemen van chocolade eten, seks bedrijven, geld uitdelen aan daklozen, of, jawel, badgasten neerkogelen voor de Goede Zaak.

De islam is een totalitaire ideologie, maar we zullen hem ook moeten leren lezen als een alibi, een drug, een virus, een geluksbrenger, die mensen met een verzwakte mentale weerstand hormonaal oppept. Dat is de enige mogelijke verklaring waarom bijvoorbeeld Westerse meisjes uit de middenklasse zich opeens in een burka gaan hullen of zich zelfs tot slavin in de Islamitische Staat degraderen. En waarom ‘gewone’ jonge mannen in hun achterkeuken bommen beginnen te fabriceren.

Dat brengt ons terug bij de guitig lachende knaap op de foto. Het blijkt een masker, waarachter een verdord bewustzijn schuil gaat. De existentiële leegte en de frustratie is, veel meer dan cultuur of religie an sich, datgene waarop we moeten focussen. Hoe leren we de grijze muizen kleur beleven zonder dat ze tot een slachtpartij hoeven over te gaan? Dit vraagt om een herdenken en herwaarderen van onze geluksfilosofie, die sinds de antieke tijd het Westen (Epicurus) met het Oosten (Zen, Boeddha) verbindt. Waardoor scheppen we genoegen in wie we zijn, wat we doen, in ons bestaan? Wat bevredigt, activeert de Eros, en houdt ons weg van de Thanatos? Een kwestie van zelfverwezenlijking dus.

Misschien moeten we ‘The Mass Psychology of Fascism’ en ‘The Sexual Struggle of Youth’ van Freud’s leerling Wilhelm Reich (1897-1957) eens herlezen. Of mindfulness, een techniek van meditatieve concentratie, tot verplicht vak maken op school? Het is in die optiek van de sociale therapie dat er radicaal(!) out-of-the-box moet gedacht worden. Daar zit misschien zelfs een aspect van brainwashing in: het vuile moet er nu eenmaal eerst uit. 

Vast staat dat het rechtse ondergangsdenken en cultuurpessimisme niets opleveren. De politiek-correcte huis-tuin- en keukensociologie anderzijds, waarmee men het zogenaamde radicaliseringsproces benadert (het verhaal van de ‘kansarme jongeren’ etcetera) is evenmin toereikend is. Hier moet aan dieptepsychologie en psychoanalyse gedaan worden, haal Freud, Reich en Lacan maar terug uit de vuilbak.

En maak van pedagogie en opvoeding weer een gemeenschapszaak van de eerste orde. Jep, we moeten weer schoolmeester durven spelen en positief indoctrineren, de menselijke geest als project durven zien. IS doet niets anders, maar dan in de destructieve zin. Daar moeten wij, met al onze culturele pretenties, iets tegenover durven stellen. 


Johan Sanctorum is filosoof, publicist, blogger en Doorbraak-columnist.

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties