JavaScript is required for this website to work.
post

Het rolmodel gerold

De beste heeft verloren, en hoe dat uit te leggen valt

ColumnJohan Sanctorum3/6/2019Leestijd 3 minuten

foto © VRT

Getreiter en een partijdige jury die bokskampioene Delfine Persoon nekten: welke les valt daaruit te trekken voor de sport, de moraal en het leven?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

‘Alleen in de politiek gaan verliezers met de prijzen lopen’, zo sloot ik een column van vorige week af, bedoeld als een bloemetje voor de Vlaamse boksleeuwin Delfine Persoon. Ik moet die uitspraak herzien na haar kamp tegen de Ierse Katie Taylor in Madison Square Garden verleden zaterdag. Na tien rondes besliste een thuisjury Taylor een licht puntenvoordeel te geven en tot wereldkampioene boksen lichtgewicht uit te roepen, een op zijn minst discutabel verdict dat door tal van experten werd betwist. Waarbij al snel de woorden corruptie en boksmaffia vielen: effectief is dit een wereldje waarin jury’s omgekocht worden en matchen gefikst. Waar met geld alles geregeld wordt en clans de koek verdelen. De pesterijen die Delfine en haar entourage te beurt vielen (plots van hotelkamer moeten veranderen, een extra bloedtest ondergaan, hetzes in de pers) gaven de week vooraf al een idee van de anti-stemming in New-York tegen het beest uit the middle of nowhere. Algemene teneur: Delfine is genaaid, maar Katie is kampioen.

Hoe ze dat geworden is, dat is na een week al vergeten behalve in Lichtervelde. Qua begeleiding is er overigens geen enkel vergelijk mogelijk tussen die twee. Katie Taylor is een beroeps en moet heel de dag met niets anders bezig zijn dan met boksen, ze is een merk dat commerciële goudwaarde heeft en ze wordt vertroeteld door de media. Delfine Persoon werkt bij de politie en traint na haar uren. Ze moet het hebben van bloed, zweet en tranen en West-Vlaamse koppigheid. Ze wordt als toptalent absoluut niet voldoende gesteund vanuit de overheid, maar misschien wil ze dat ook niet en zit het in haar genen om haar plan te trekken. Ze is letterlijk groot geworden tussen de varkens en gaat werken op zon- en feestdagen omdat ze dan extra verlof krijgt dat ze besteedt aan… trainen. Een absoluut rolmodel voor jongeren die denken dat het manna uit de hemel komt gevallen. Als mijn zoon met een buis naar huis komt en zegt dat het moeilijk was of dat er geen tijd was om te blokken, zeg ik: kijk naar Delfine en beuk wat harder.

Café Boksneuze

Edoch. Toen ze de dag nadien geïnterviewd werd door Björn Soenens, de VRT-reporter die daar toevallig rondliep maar er duidelijk geen raad mee wist, droeg ze een grote zwarte bril. Om de wondkloven boven haar wenkbrauwen te verstoppen allicht. Maar ze had ook duidelijk een krop in de keel en, jawel, ze snikte gesmoord, dat deed me wel wat. Je hebt vrouwen die voor het minste wenen, omdat hun bh-bandje niet goed zit, omdat hun favoriete yoghurtmerk tijdelijk uitverkocht is, of gewoon omdat Simonneke van Thuis haar geverfde wimpers laat uitlopen. Maar als de stormram uit Roeselare bleit, is het van woede en frustratie, niet omdat ze zich gewonnen moest geven tegen een sterkere, maar omdat er rond de ring gesjacherd werd.

Delfine Persoon is zo ontgoocheld dat ze overweegt te stoppen. Tja, wat zouden wij onze kinderen nu moeten meegeven als morele leidraad, nu ze het groot rolmodel gerold hebben? Liefst iets dat verder reikt dan het eeuwige Vlaamse underdogdenken. Wat doe je als het vals spel een deel van het spel wordt? Meegaan in de nieuwe regels, of verder letterlijk met je kop tegen de muur lopen, of foert zeggen en de bokshandschoenen aan de haak hangen? Of om en rond café Boksneuze in Lichtervelde roem blijven oogsten, ver van de vijandelijke wereld? Kan je haar moreel winnares noemen, en wat koop je daarvoor?

U begrijpt de politieke dimensie: dit gaat over realisme versus idealisme, defaitisme en provincialisme. Allemaal zijn het min of meer vormen van verzaking, zich neerleggen bij de cynische wetmatigheden van een maatschappij waarin werkelijk alles te koop is. Ik maak dan wel een uitzondering voor Herman De Croo die zo’n slordige half miljoen euro opzegvergoeding laat liggen om Filip De Winter in het Vlaams Parlement niet één dag het interimvoorzitterschap te gunnen. Ja, idealisme bestaat nog, ook in de politiek. Of is dat ook een vorm van matchfixing? Voor zoonlief van school komt moet ik daar uit geraken. Ondertussen blijft Delfine mijn absoluut idool, welke beslissing ze ook neemt.

De vraag is tenslotte of die Katie Taylor wel zo gelukkig is met haar, nu ja, gevleide overwinning. Heb je daar nu echt voldoening van? Of doet dat er voor het prijzengeld even niet toe? Ik gok toch op een knagend gevoel ’s morgens voor de spiegel. Misschien is dat wel het grootste argument om niet mee te gaan in het cynisme: gelukkig word je er zelden van. Ze zal nog smeken om die herkansing, maar mijn prognoses waren al zo dikwijls fout dat u daar absoluut geen rekening mee moet houden.

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties