JavaScript is required for this website to work.
post

De inflatie onderschat

Reccino Van Lommel31/12/2021Leestijd 5 minuten

foto © Pixabay

De Europese Centrale Bank blijft volhouden dat de inflatie een tijdelijk probleem is. Ondertussen blijft die alsmaar stijgen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De Europese Centrale Bank houdt al sinds de zomer vol dat de inflatieopstoot een tijdelijk probleem is, veroorzaakt door Covid-19. ‘We expect inflation to go down over the course of 2022.’  Ondertussen is de inflatie gestegen naar 5.64% in november, berekend op basis van onze nationale consumentenprijsindex.

Volgens de berekeningen van het statistiekbureau Eurostat, bedroeg de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP) in België zelfs 7,1% . Hoe je het ook berekent, het staat vast dat de levensduurte in ons land en de rest van de eurozone razendsnel toeneemt.

Realiteit niet onder ogen zien

De kritiek op de beleidsmakers is dan ook dat ze de realiteit niet onder ogen zien. Dat de inflatie-opstoot van tijdelijke aard is, is een idee dat stilaan mag worden opgeborgen. In de Verenigde Staten (VS) heeft de centrale bank de bocht al genomen. De Amerikaanse inflatie is in november gestegen naar 6,8%.

De voorzitter van de Federal Reserve, Jay Powell, zei dat het tijd wordt om de bewering dat hoge inflatie ‘van voorbijgaande aard is’ naar de prullenmand te verwijzen. De inflatie zal wellicht wel wat dalen in 2022, maar de onderliggende inflatietrend zal  aanhouden. Het Federaal Planbureau voorziet een gemiddelde inflatie in België voor 2022 van 3,8%. Voor de gehele eurozone zal de inflatie boven de 2% blijven hangen.

Geen probleem?!

Maar de regering is vooralsnog niet van plan om daar iets aan te doen. Ze blijft volhouden dat er geen probleem is rond inflatie. Hun argument? De koopkracht van de mensen is beschermd is door de loonindexatie en de concurrentiekracht van de bedrijven heeft gewoon met dezelfde nadelen te kampen als die in de buurlanden. Zodra de energieprijzen dalen, zal het probleem zich vanzelf oplossen, argumenteren zij. Ze zijn blind voor de werkelijke problemen.

Inderdaad zijn de hoge energiekosten de grootste aanjagers van de hoge inflatie. Maar dit probleem zal zich niet zo snel oplossen als ons wordt voorgehouden. Het valt te verwachten dat ook na de winter de energieprijzen zullen blijven stijgen als gevolg van de groene omschakeling. De energietransitie zal zelfs voor de eerstkomende jaren de energieprijzen hoog houden.

De militaire manoeuvres van Rusland aan de grens met Oekraïne blijven ook een bron van bezorgdheid. Rusland is immers de grootste gasleverancier van Europa. Ook zullen de massale verstoringen van de bevoorradingsketens de nodige tijd vergen om te herstellen. Heel wat ondernemingen moeten de hogere kosten van de afgelopen maanden nog doorrekenen naar de eindgebruikers. Ook de hogere grondstofprijzen zijn nog niet geheel doorgerekend. Nieuwe varianten van het Covid-19 virus, zoals Omikron, kunnen bovendien de aanvoer vanuit Azië verder verstoren. En er zijn de sneller stijgende lonen.

Automatische loonindex

Wij hebben een sociaaleconomisch systeem dat de koopkracht van onze mensen op peil houdt, de automatische loonindex. Een geweldig systeem, maar wel met een onderliggende angel. Dit systeem kan er immers voor zorgen dat de inflatie een loon-prijsspiraal in gang zet wat leidt tot structurele inflatie. Met als gevolg een grote impact op de concurrentiekracht van onze bedrijven. Want het concurrentieverlies voor de bedrijven is er wel degelijk. De inflatie jaagt de loonkosten voor de bedrijven 7,5 miljard hoger. Door de snellere en hogere loonaanpassingen in ons land ontstaat er een aanhoudend concurrentienadeel.

Bij ons worden de lonen namelijk onmiddellijk aangepast door de indexering. In de buurlanden moeten eerst loononderhandelingen worden opgestart. Ons land heeft dus telkens een tijdelijk concurrentienadeel omdat het sneller met hogere lonen te maken krijgt.

Wanneer de spilindex overschreden wordt stijgen de lonen en sociale uitkeringen de maand nadien al met 2%. De lonen van het overheidspersoneel volgen nog een maand later. In de privésector gaan de lonen ook omhoog, vaak met wat vertraging, afhankelijk van de sector.

Telkens opnieuw een concurrentienadeel

Door de loon-prijs spiraal betekent dit dat onze bedrijven telkens opnieuw een concurrentienadeel ondervinden ten opzichte van onze buurlanden, waardoor dit eigenlijk niet meer van korte duur is, maar aanhoudt zolang de inflatie blijft stijgen. De Nationale Bank voorspelt dat de Belgische economie in het vierde kwartaal slechts met 0,2% zal groeien, terwijl in het derde kwartaal de groei nog 1,8% bedroeg. ING België heeft berekend dat de gemiddelde economische groei voor volgend jaar in België 2,9% zal zijn, voor de Europese Unie 3,8%.

In onze buurlanden stijgen de lonen minder snel. In Nederland liggen de lonen vast in CAO’s, voor een of twee jaar. De CAO’s die in augustus afgesloten werden voor een periode van twaalf maanden leverden werknemers een gemiddelde loonstijging op van 2,27%. Het Nederlandse Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) berekende de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP) voor Nederland: 5,9%.

In Duitsland is een loonsverhoging voor de werknemers in dienst van de deelstaten na moeizaam onderhandelen tot stand gekomen. Ze bedraagt 2,8% en gaat in op 1 december 2022. Ook de gezondheidswerkers hebben een CAO afgesloten waardoor ze eind volgend jaar 2,8 % meer loon zullen ontvangen. Voor de metaal- en elektrotechnische industrie zal de volgende ronde van de collectieve onderhandelingen pas in de herfst van 2022 plaatsvinden.

Algemene salarisaanpassingen

Terwijl de ECB streeft naar een inflatie van twee procent op de middellange termijn, zullen de prijzen in Duitsland – waar de ECB is gevestigd en veel van haar personeel woont – deze maand waarschijnlijk met bijna zes procent stijgen, zo waarschuwde de Bundesbank deze week. Zelfs de vakbond van de ECB, dringt erop aan dat de algemene salarisaanpassingen voor het personeel dit jaar worden verhoogd met meer dan de voorgestelde verhoging van 1,3%.

Spaarders getroffen

De loonindexatie vangt het verlies aan koopkracht trouwens slechts gedeeltelijk op, nl. enkel voor die producten die opgenomen zijn in de korf waarop de spilindex is gebaseerd. Voor de overige producten is er geen compensatie. Ook onze spaarboekjes verliezen aan koopkracht. De spaartegoeden zijn niet beschermd tegen de inflatie en dalen in waarde. De Belgische spaarders waren bij de zwaarst getroffenen in de eurozone.

In een jaar tijd zagen we samen meer dan 20 miljard euro aan koopkracht in rook opgaan, zo berekende Eric Dor van IESEG. Terwijl heel wat mensen met een klein pensioentje of uitkering moeten beroep doen op hun spaarcenten om rond te komen. Het logische weerwerk ten aanzien van stijgende inflatie is onder andere dan ook de verhoging van het rentepeil.

Maar dit en heel wat andere economische instrumenten staan niet meer tot onze beschikking. Het is de ECB die beslist om al dan niet aan de knoppen te draaien. De ECB staat weigerachtig tegenover de verhoging van de rente omdat ze de rentelasten op de overheidsschulden van de lidstaten niet wil doen oplopen. Deze zijn immers torenhoog, nog hoger dan normaal door alle corona-steunmaatregelen.

Niet machteloos

Maar dit betekent niet dat we machteloos staan ten aanzien van de hoge inflatie. Er is heel wat dat we wèl kunnen doen. Om de inflatie onder controle te houden pleit ik voor belastingverlagingen op lonen en energie. Hiermee kunnen de kosten voor de werkgevers in toom worden gehouden, waardoor zij kunnen blijven mee concurreren.

Door de verlaging van de loonlasten kunnen de lonen stijgen zonder dat de bedrijven daar een concurrentienadeel van ondervinden. De verlaging van de belasting op energie heeft nog een groter effect, zowel op de bedrijven als op de huishoudens. Door de BTW op energie te verlagen kunnen de energieprijzen beter in de hand worden gehouden waardoor er stabielere prijzen ontstaan. Hierdoor stijgt zowel de koopkracht van de mensen als de concurrentiekracht van de bedrijven.

Maar het effect is nog groter. Ook de inflatie zelf wordt afgeremd. De inflatie wordt immers aangevuurd door de hoge energieprijzen. Bijkomend argument is dat energie een basisproduct is. Het is toch compleet absurd dat energie belast wordt alsof het een luxeproduct is.

Inboeten

De overheid zal hoe dan ook inboeten. Als er koppig wordt volgehouden dat er niets aan de hand is dreigt het economisch herstel te stagneren door de hoge energiekosten en de stijgende loonkosten.

De overheid zal dan sowieso minder belastinginkomsten ontvangen. Een slimmere aanpak is om de belastingen op de lonen en energieproducten tijdig te verlagen. De economie dan kan blijven draaien en de economische groei wordt niet gefnuikt. Als de bedrijven floreren zijn er veel jobs en goede inkomens voor de mensen én worden zelfs de belastinginkomsten op peil gehouden!

Reccino Van Lommel is federaal parlementslid voor Vlaams Belang.

Commentaren en reacties