JavaScript is required for this website to work.
Europa

Italië: chaos in het centrum, verdeeldheid bij links en rechts zonder leider.

Philip Roose14/12/2017Leestijd 5 minuten
Voormalig premier van Italië, Silvio Berlusconi in de studio’s van de Italiaanse
politieke tv-show Porta A Porta. 16 november 2017. Hij is 81, maar rekent op een
politiek comeback bij de verkiezingen.

Voormalig premier van Italië, Silvio Berlusconi in de studio’s van de Italiaanse politieke tv-show Porta A Porta. 16 november 2017. Hij is 81, maar rekent op een politiek comeback bij de verkiezingen.

foto © Reporters

Als de peilingen kloppen, haalt geen enkele partij of coalitie in Italië een absolute meerderheid bij de parlementsverkiezingen in 2018.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Vrijdag beslisten zowel oud-burgemeester van Milaan Giuliano Pisapia als huidig minister van Buitenlandse Zaken Angelino Alfano zich geen kandidaat meer te zullen stellen bij de komende Italiaanse verkiezingen. Daardoor zag Matteo Renzi twee potentiële coalities rond zijn centrumlinkse Partito Democratico de mist in gaan.

Mislukte bemiddeling

De ex-communist Giuliano Pisapia werd in 2011 burgemeester van Milaan als centrumlinkse kandidaat. Hij versloeg tijdens de voorverkiezingen als kopman van de linkse Sinistra Ecologia Libertà (SeL) en de Federazione della Sinistra de officiële kandidaat van de PD. Na zijn burgemeesterschap probeerde hij begin dit jaar alle (centrum-)linkse krachten te verenigen, om zo ook op nationaal vlak een verkiezingscoalitie te smeden. De bemiddelingspoging tussen de PD en Articolo 1- Movimento Democratico e Progressista (Art. 1 – MDP), een partij van linkse dissidenten die de voorbije twee jaar opstapten bij de PD uit onvrede met het centrumbeleid van partijvoorzitter Matteo Renzi, mislukte enkele dagen geleden na maanden van onderhandelingen.

De Art. 1 – MDP vormde daarom een nieuwe coalitie met SeL onder de noemer Liberi e Uguali, met als lijsttreker senaatsvoorzitter Pietro Grasso. Vooral de aarzeling van de PD om de invoering van het jus soli, de wet die migranten geboren in Italië recht heeft op de Italiaanse nationaliteit, niet door het parlement te laten goedkeuren, en de ambitie van Matteo Renzi om terug kandidaat-premier te zijn, deed deze poging tot het vormen van een centrumlinkse eenheidslijst mislukken. Na weken van onderhandelingen koos Pisapia er dan maar voor om de handdoek in de ring te gooien en de nationale politiek  te verlaten. Hij citeerde bij zijn afscheid Bertolt Brecht: ‘Wie vecht, kan verliezen. Wie niet vecht, heeft al verloren.’

Christendemocraten vs Socialisten

Aan de basis van de voortdurende interne strijd ter linkerzijde liggen er voor ideologische verschillen. Niettegenstaande Romano Prodi tot twee keer toe Silvio Berlusconi versloeg met een centrumlinkse eenheidslijst (in 1996 met L’Ulivo en in 2006 met L’Unione), verkiest men ter linkerzijde blijkbaar deze keer een zekere nederlaag bij de komende parlementsverkiezingen door apart op te komen. Sinds de stichting van de PD in 2007, toen de centrumlinkse christendemocraten en de linkse socialisten zich verenigden, stak die verdeeldheid tussen beide groepen regelmatig de kop op. Sinds de voluntaristische en weinig diplomatische (christendemocraat) Matteo Renzi het voorzitterschap in 2013 overnam van de (socialist) Pier Luigi Bersani, duurde het niet lang of het conflict barstte in alle hevigheid uit. Dit culmineerde enkele jaren later in een scheuring, waarbij voornamelijk ex-socialisten de partij verlieten, en een nieuwe partij Art. 1 – MDP oprichtten.

Uguali e Liberi

Als kopman van de kersverse linkse coalitie Uguali e Liberi koos men voor de Siciliaanse ex-magistraat en huidig senaatsvoorzitter Pietro Grasso. Hij werd in de jaren ’80 bekend door zijn niet aflatende strijd tegen de Siciliaanse maffia. Als rechter leidde Grasso de Maxiprocessen tegen Cosa Nostra, in samenwerking met de vermoorde onderzoeksrechters Giovanni Falcone en Paolo Borsellino, en het onderzoek naar de in 1980 vermoorde Siciliaanse minister-president Piersanti Mattarella (vader van de huide Italiaanse president Sergio Mattarella). Niettegenstaande de populariteit van deze kandidaat-premier, blijft het een groot vraagteken of deze nieuwe linkse partij van enige politieke betekenis zal zijn na de parlementsverkieingen in 2018. De rol achter de schermen van ‘aangebrande’ politici, zoals oud-premier Massimo D’Alema, zal veel potentiële kiezers afschrikken.

PD verliest concensus

De opmars van de populistische Movimento 5 Stelle (M5S), 29% in de recentste peilingen, het impopulaire regeringsbeleid, en de voortdurende interne strijd kostten de PD de laatste jaren veel kiezers. Sinds de Europese verkiezingen van 2014 verloor de Partito Democratico maar liefst 15% van haar electoraat. Indien Italië vandaag naar de stembus zou trekken, dan houdt Matteo Renzi nog slechts een schamele 25% van de kiezers over.

Een deel van die verloren stemmen zit vandaag bij de M5S en Uguali e Liberi. Die laatste scoort vandaag tussen de 5,5% en 7,5% in de peilingen. Alleen een gemeenschappelijke centrumlinkse lijst maakt volgend jaar kans tegen de centrumrechtse coalitie of de M5S. Het is dan ook de vraag of het gehavende leiderschap van Matteo Renzi de volgende maanden kan standhouden. Door zijn autoritaire en drammigere stijl en de vele niet-ingeloste socio-economische beloftes, daalde zijn populariteit naar historische laagtes.

Chaos in het centrum

In het (kleine) centrum van het Italiaanse politieke spectrum heerst er sinds enkele dagen chaos. Op 8 december verklaarde de leider van Nuovo Centrodestra (NCD) en huidig minister van Buitenlandse Zaken Angelino Alfano te stoppen met politiek. Deze Siciliaan uit Agrigento zette zijn eerste politieke stappen bij de Democrazia Cristiana (DC), maar stapte na het corruptieschandaal Mani Puliti begin de jaren ’90 over naar de toen pas opgerichte Forza Italia (FI). De daaropvolgende jaren maakte Alfano er een blitzcarrière Hij werd in 2008 minister van Justitie in de regering-Berlusconi IV en in 2013 minister van Binnenlandse zaken in de regering-Letta. Na de dissidentie van Gianfranco Fini in 2010, werd Alfano naar voren geschoven als gedoodverfde opvolger van Berlusconi. Na de weigering van Alfano om de regering-Letta te laten vallen, brak ook hij met Berlusconi. Met gelijkgezinden richtte hij daarop een nieuwe centrumrechtse partij op, Nuovo Centrodestra (NCd), en trad in 2014 als minister van Buitenlandse Zaken toe tot de regering-Renzi.

De slechte nationale peilingen, de partij blijft rond 3% hangen, en vooral de desastreuze verkiezingsuitslag bij de regionale verkiezingen in Sicilië, kwamen als een mokerslag aan. De NCd slaagde er begin november niet in om in de thuisregio van Alfano de 5%-kiesdrempel te halen. De politieke blamage was zo groot, dat Alfano besliste om zich niet meer verkiesbaar te stellen. Door dit onverwacht afscheid blijven zijn partijgenoten verweesd achter en volgt er hoogstwaarschijnlijk een diaspora van verkozenen naar centrumlinks en/of -rechts. Kopstukken zoals Beatrice Lorenzin, Fabrizio Cicchitto en Pierferdinando Casini zullen waarschjnlijk verhuizen naar PD, terwijl Roberto Formigoni, Lupi, Enrico Costa en Gaetano Quagliariello eerder naar Forza Italia (FI) neigen.

Centrumrechtse kandidaat-premier

Sinds Nello Musumeci verkozen werd tot minister-president van Sicilië, leek de (centrum)rechtse partijen de wind in de zeilen te hebben. Forza Italia, de partij van Berlusconi, steeg de voorbije maanden enkele procentpunten in de peilingen, tot iets boven de 15,7%. Deze winst ging echter ten koste van de Lega Nord, die terugzakte naar 13,7%. Gezien ‘il Cavaliere’ bij de volgende verkiezingen niet mag kandideren wegens een veroordeling in 2013 voor fiscale fraude, aast de partijvoorzitter van de Lega Nord, Matteo Salvini, op het leiderschap binnen de centrumrechtse coalitie. Maar zowel Forza Italia als de nationaal-conservatieve coalitiepartner Fratelli D’Italia (FdI) zijn daar niet voor gewonnen.

De Lega Nord weegt electoraal nog steeds iets lichter dan Forza Italia, en dus vindt Berlusconi dat hij de kandidaat-premier mag aanduiden. Om de kloof te dichten probeert Salvini nu een deel van de kiezers van Fratelli d’Italia te verleiden. Zo organiseerde hij de voorbij weken diverse partijbijeenkomsten in regio’s, zoals Lazio, waar Fratelli D’Italia traditioneel goed scoort, tot grote frustratie van partijvoorzitster Giorgia Meloni. Het wordt dan ook uitkijken indien de machtsverhoudingen in de centrumrechtse coalitie nog zullen verschuiven de komende maanden.

Het Rosatellum

Indien de peilingen grotendeels worden bevestigd, dan zal door de nieuwe kieswet, het Rosatellum, hoogstwaarschijnlijk geen enkele van de partijen of coalities een absolute meerderheid halen bij de parlementsverkiezingen in 2018. De meerderheidsbonus voor de grootste partij werd afgeschaft, en in de plaats kwam er een mix tussen het Belgische proportioneel systeem en het Britse meerderheidssysteem. Dit betekent dat de vorming van de volgende Italiaanse regering wel eens heel lang zou kunnen duren.

Philip Roose (1979) studeerde geschiedenis in Leuven en Granada en marketing en management in Parma. Hij woont in Catania (Sicilië) en exporteert Italiaanse wijnen. Samen met Joost Houtman schreef hij het boek 'Bella Figura: Waarom de Italianen zo Italiaans zijn?' (Uitgeverij Vrijdag; verschijnt 31 mei 2018).

Meer van Philip Roose

Woorden scheppen de realiteit, of toch de perceptie ervan. Philip Roose over de instrumentalisering van taal.

Commentaren en reacties