KLEIN BELGISCH WOORDENBOEK (3)

ALLES: Geld is het niet. Je kunt het niet hebben. Heeft zijn prijs. Wordt betaald. Heeft te maken met alles. 

ARBEIDSMARKT: Is te klein, plaatsen zijn beperkt. Hoogopgeleiden vinden er weinig ruimte. Moet meer zuurstof krijgen.   

ARBEIDSPLAATSEN: Moeten dringend gecreëerd worden. Cijfers van regering over nieuwe kloppen niet. In verkiezingstijd zeggen: ‘De mensen vragen ons drie dingen : werk, werk en werk!’ 

DEBAT: Is fundamenteel nodig. Altijd vragen dat het wordt gevoerd. Vraag of Vlaanderen een debatcultuur kent en zeggen: ‘De vraag stellen is haar beantwoorden’.

FANFARE: Met haar voorop ga je niet op jacht. 

GAAN: Werkwoord dat in wielerwedstrijden betekent: snel van het peloton weg rijden en meteen een gat slaan. ‘Opgelet, Boonen gaat… Jaaaa, hij gààt ! Olalala !’  (Zie: Gat).

GAT: In wielerwedstrijden wordt het geslagen. Valt altijd nadat iemand gaat. (Zie: gaan). Moet worden dichtgereden door achtervolgers. In een haag kan men het niet met een snoeischaar verwijderen. In de begroting gevolg van betwiste cijfers; altijd beloven: wordt gedicht met fraudebestrijding, fiscale maatregelen, noodzakelijke bezuinigingen. 

GENDERBEWUSTZIJN: Beseffen dat er meisjes en jongens zijn, en vice versa. 

GLAZEN PLAFOND: Bestaat nog altijd. Mannen zien het niet, vrouwen stoten er hun hoofd tegen. 

HETE HANGIJZERS: Men moet ze durven aanpakken. Regering stopt ze in de koelkast. 

HOOGOPGELEIDEN: Vragen of er voor hen genoeg ruimte is op de arbeidsmarkt. Maatregelen dringen zich op. (Zie ook :  Arbeidsmarkt). 

INKOMENSGROEI: Valt tegen. 

JOURNALISTIEK: Tweede oudste beroep (ietwat vergeten benaming). 

KAST: Renners met voorsprong in de koers halen er alles uit. Sommige mannen of vrouwen komen er uit. 

LANGE TERMIJNVISIE: Ontbreekt. Is dringend noodzakelijk op vele gebieden. Politici kijken te kort. 

MAATREGELEN: Dringen zich op. De nodige moeten genomen worden. Altijd onvoldoende. Vragen waarheen de nieuwe zullen leiden. Fiscale zijn onvermijdelijk. Overheid schiet ter zake tekort. 

MIDDENKLASSE: Altijd wijzen op groeiend belang. Moet meer zuurstof krijgen. 

MUUR: Chinezen hebben de grootste, Israël heeft een in Palestijns gebied, Berlijn heeft een die gevallen is. Die in de hoofden is moeilijk af te breken. 

PARTIJEN: Vissen in dezelfde vijver om de middenklasse te vangen. Moeten altijd vernieuwd worden. Missen: langetermijnvisie, Grote Mannen, Grote Vrouwen, voeling met de Gewone Mensen, echte linkse durf, echte rechtse kracht, zuurstof.  Vragen: ‘ Waar blijft een nieuwe …(vul namen in).’ 

RIJKDOM: Blijft in te weinig handen hangen. Moet herverdeeld worden. Vragen of dit ‘de Ware Rijkdom’ is. Ligt niet alleen of zozeer in geld. Oude grap: ‘Geld maakt niet gelukkig maar helpt de armoe draaglijk maken’. 

SPAARBOEKJE: Opvolger van zwarte kous. Brengt niets meer op. Glimlachen: ‘Belgen hebben het eeuwige trouw gezworen’.  Uitroepen: ‘Wat moet ik dan doen met mijn Geld ?’ Lachen als iemand zegt: ‘Sociaal beleggen aan de kust, zoals … (vul in)’. 

SEXWERKERS: Naam om geen andere namen te moeten gebruiken. Oudste beroep. Vragen: ‘Bewijzen zij geen nut aan de samenleving? Helpen zij geen erger te voorkomen?’  (Zie ook: Journalistiek). 

STEEN: Ezel stoot zich nooit aan dezelfde.  Eerste wordt gelegd door minister en gegooid door wie zonder zonde is. Journalisten gooien hem in kikkerpoel. Velen dragen hun steen bij als hij klein is. 

TAAK: Bij voorstellen tot verbetering van (vul in) altijd vragen: ‘Ligt hier geen taak weggelegd voor ons onderwijs ?’ Nieuwe taken moeten in het leven worden geroepen. (Zie ook: arbeidsplaatsen). 

UNIVERSITEITEN: Hinken achterop. Houden geen gelijke tred met technologische opmars. Moeten zuurstof krijgen. In oudere intellectuele kring vragen naar de verhouding Geestes- en andere Wetenschappen. Zuchten : ‘Brain drain’ bestaat nog altijd. Zeggen dat je zoon nu in Princeton studeert (mag ook Yale zijn). 

VERANDERING: Is er nodig. Heeft kracht. Moet op gang gebracht worden. Doet vragen rijzen. Wat krijgen wij in de plaats?