JavaScript is required for this website to work.
post

‘Komen eten’: niemand lust zijn eigen kat met trappist

ColumnJohan Sanctorum14/9/2015Leestijd 3 minuten

Hoe zelfbewuste moslima’s de toon zetten, tegen hun eigen onderdrukkers én tegen ons kleinburgerlijk cynisme

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Keukenmanieren en gastronomische cultuur: we laten ons graag voorstaan op verfijning en goede smaak. Als ik mensen te eten vraag, hou ik in de mate van het mogelijke rekening met hun smaak en gevoeligheden. Mijn buurman is allergisch voor schaaldieren, mijn oudste zoon is vegetariër. Speel ik het hard en schotel ik de laatste toch vlees voor, dan zal hij het bord gewoon terzijde zetten. In alle gevallen hebben de gasten het recht om te weten wat ze achter de kiezen krijgen. Stel dat uw lievelingskat achter uw rug als konijn met pruimen wordt klaargemaakt. In theorie kan dat perfect. Krijgt u het achteraf te horen, dan lijkt een kotsreactie redelijk en zou ik de kok zelfs bedreigen om hem zelf zacht geroosterd op te dienen aan zijn nabestaanden.

In het TV-Vier programma ‘Komen eten’worden elke week vier mensen ten tonele gevoerd die beurtelings thuis voor de anderen een menu bereiden. Oeps, maar zit daar zeker toch wel een moslima tussen, een zekere Olfa, schoonheidsspecialiste met Tunesische roots uit Baarle-Hertog. Voor de anderen had ze netjes wijn uitgeschonken hoewel ze dat zelf niet drinkt. Maar toen ene Wim voor gastheer moest spelen, had hij het vlees met bier bereid en kreeg Olfa dat pas achteraf te horen, toen ze het programma bekeek. Tja.
Iedereen weet hoe ik over dat halal-gedoe denk, humor, en kleinzerigheid die we niet hoeven te accepteren. Maar dit lijkt dus op de huiskat, stiekem gestoofd met pruimen: een wansmakelijke grap, die door de Wim in kwestie ook gniffelend werd kond gedaan. ‘Shit happens’ was het commentaar, woehahaha.
Waarom heb ik hier het gevoel van plaatsvervangende gêne over zoveel authentiek-Vlaamse holbewonerscultuur, met excuses aan de oermens. De makers van het programma wisten natuurlijk ook allemaal van wanten, ze zaten mee in de mise-en-scène. Daardoor krijgt het geheel een vieze nasmaak van een respectloze provocatie, tegen alle wetten van goed gastheerschap, en gebracht als uitlachtelevisie.
In haar wijsheid kon Olfa er nog goed mee om, onder het rekkelijk motto: ‘als ik het niet wist, kan het geen zonde zijn’. Ze heeft namelijk een schoonheidssalon, een 100% Westers decolleté, loopt er ongesluierd bij en doet in niets denken aan fundamentalistische lopende tenten. Wie komt hier als morele winnaar uit het verhaal?

Het zou natuurlijk kunnen, en dat heb ik vroeger al naar voor gebracht, dat ontwikkelde moslima’s hun conservatieve geloofsbroeders voor schut zetten, maar ook de autochtone kroeglopers die tot sluitingstijd tsjoekenmoppen vertellen. Clevere, welbewuste vrouwen die hun eigen cultuur invullen zonder zich door mannen, van welke komaf ook, te laten intimideren. Tegen de patriarchale dwang van de ringbaarden, maar ook tegen het kleinburgerlijk cynisme van de Vlaamse onderbuik. En eigenlijk zelfs compleet los van de weldenkend-linkse multiculzeloten.
In Malaga en elders demonstreren vandaag gevluchte Syrische vrouwen op straat onder het motto ‘Geen oorlog, geen Assad, geen IS’. Niet de mannen dus, die zitten maar wat te kniezen, maar kordate moeders en meisjes zonder de bijpassende begeleiding. En Knack-correspondent Rudi Rotthier doet het verhaal van een Indonesische moslima die consequent met haar kont gekeerd naar Mekka bidt, uit afkeer van het Saüdische regime, de mannenhaat die eigen is aan het islamfundamentalisme, en het verbod om met andersdenkenden om te gaan.
Er is natuurlijk Ayaan Hirsi Ali, de flamboyante ex-moslima met Somalische roots, die als ketter in Nederland een politieke carrière uitbouwde. Maar ze hoeven niet allemaal zo exhibitionistisch de media te bespelen. Het verhaal van ‘gewone’ vrouwen als Olfa Sassi leert ons dat morele verfijning niet iets is waar wij het patent op hebben. En dat het misschien wel een grotere uitdaging is, en van meer moed getuigt, om te rebelleren in een moslimcultuur, dan in het Westerse pretpark waar alles mag en niets ertoe doet.
Voor de rest: leve het konijn met een goede geuze en breydelspekjes, Vlamingen weten waarom.

 

Johan Sanctorum is filosoof, publicist, blogger en Doorbraak-columnist.

Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.

Commentaren en reacties