JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Laat ons Welzijn

Jo Vandeurzen reageert op het rusthuisschandaal

Daniël Walraeve25/5/2013Leestijd 3 minuten

Het Laatste Nieuws en Doorbraak, respectievelijk het meest gelezen en het meest verontwaardigde Vlaamse medium, hebben de voorbije week gehamerd op de wantoestanden die bestaan in sommige commerciële woonzorgcentra. Woensdag kwam de kwestie ook aan bod in het Vlaams parlement. Het antwoord van minister van Welzijn Jo Vandeurzen beloofde geen fundamentele hervormingen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het is een goed bewaard geheim, maar in onze parlementen wordt gewoon verder gedebatteerd wanneer de ploeg van Villa Politica alweer aan het opkramen is. Deze week was het actualiteitsdebat over de toekomst van de gehandicaptenzorg, het eerste echte agendapunt voor de plenaire vergadering van het Vlaams parlement, nog niet eens halverwege toen de tijd van het politieke magazine er alweer opzat. Zo miste de televisiekijker ook de vragen van Marijke Dillen (Vlaams Belang), Mia De Vits (sp.a) en Lies Jans (N-VA), die minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) ondervroegen over het rusthuisschandaal dat al een weeklang verbazend weinig aandacht krijgt.

Gelukkig zijn er nog de parlementaire handelingen. Minister Vandeurzen begint zijn antwoord met een klemtoon op de 80% van de ouderenzorgsector die goede tot zeer goede kwaliteit zou leveren. Voor u zich afvraagt of het wel aanvaardbaar is dat één op de vijf géén goede tot zeer goede kwaliteit levert, moet u weten vanwaar dat cijfer komt: van de sector zelf. Het gros van de controles bestaat immers alleen op papier. Directies moeten vragenlijsten invullen over hun eigen werking. Een slaagpercentage van 80% klinkt goed voor de meeste examens, maar niet als je weet dat de punten worden uitgedeeld door de studenten zelf. Daadwerkelijke controles op het terrein worden netjes vooraf aangekondigd. Onaangekondigde inspecties kunnen alleen op basis van herhaalde klachten bij de Woonzorglijn. De minister vraagt zich niet af of dit meldpunt wel voldoende bekend is bij de doelgroep, en of ouderen in een rusthuis niet een bijzonder kwetsbare en minder assertieve groep zijn, nog los van problemen rond dementie die mondigheid natuurlijk nóg verder beperken. In zijn antwoord zegt de minister trouwens zelf dat 47% van de bewoners van woonzorgcentra dementerend is. Van hen zullen er zelden klachten binnenlopen.

Minister Vandeurzen belooft in zijn antwoord dat er in versneld tempo bijkomende onderzoeken komen naar de wantoestanden die door Het Laatste Nieuws werden aangeklaagd. Het systeem zelf wordt echter niet fundamenteel in vraag gesteld. Moeten onaangekondigde controles worden veralgemeend? Zijn herhaalde klachten bij een obscuur meldpunt echt een noodzakelijke voorwaarde om op onderzoek uit te gaan? Kan de minister niet elke patiëntenrechtenorganisatie de toelating geven om zonder voorafgaande waarschuwing een rusthuis te inspecteren? Als jongeren hun Kinderrechtencommissaris hebben, waar blijft dan de Ouderenrechtencommissaris? Er komt een ‘kwaliteitskader’ met 21 ‘objectieve parameters’ maar de ouderenzorginstellingen zijn niet verplicht hun resultaten publiek bekend te maken. De minister wil competente bestuurders maar hij kan instellingen enkel ‘aanmoedigen’ om hun interne beleid ook openbaar te maken. De werkdruk is inderdaad een probleem. Voorlopig kan het Vlaamse bestuur daar ook nog niet veel aan veranderen omdat bepaalde bevoegdheden nog niet zijn overgedragen. Jo Vandeurzen is niet van slechte wil, maar het heilige vuur voel je toch niet branden. Zijn antwoord op de schandalige wantoestanden in de woonzorgcentra is een pleidooi voor transparantie op basis van indicatoren en criteria, zonder de logische klemtoon op meer en betere controle.

Als het meeste van het bovenstaande nieuws was voor u: geen paniek, er is niets mis met uw televisietoestel en de postbode scheurde geen bladzijden uit uw krant.  Op donderdag bracht enkel Het Laatste Nieuws uitgebreid verslag uit over deze vragen in de plenaire vergadering van het Vlaams parlement. In andere media bleef het verbazend stil.  Vallen andere kranten echt nog liever dood dan aandacht te geven aan een schandaal dat door een concurrent is bovengespit, zoals hier eerder al gesuggereerd? Of baseren andere journalisten hun berichtgeving puur op wat aan bod kwam in de uitzending van Villa Politica? En welke van die twee pistes is eigenlijk de ergste?

NOOT:

Nadat Joël De Ceulaer, journalist bij De Standaard, op twitter politoloog Dave Sinardet gekscherend waarschuwde dat ze wel eens opnieuw zouden kunnen geciteerd worden op doorbraak.be en daarbij verwees naar ons artikel over de wetmatigheden van de media (zie eerdere link), vond Sinardet het alvast ‘schrijnend dat het rusthuisschandaal niet meer aandacht verdient’ (bedoelde wellicht ‘krijgt’). De Ceulaer kondigde daarop aan dat hij Mieke Vogels in de weekeindkrant interviewt en daar een vraag over stelt. Indra Dewitte reageerde dat De Zevende Dag morgen, zondag 25 mei, een debat wijdt aan het thema. Rijkelijk laat en schoorvoetend voelen de klassieke media zich dan toch verplicht wat aandacht te besteden aan deze zaak. 

<Een goed artikel? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>

Daniël Walraeve (1988)  is het pseudoniem van een brave historicus die eigenlijk maar één onhebbelijk trekje heeft: hij is een onverbeterlijke consument van traditionele media. Elke dag leest hij zowat alle kranten en elke dag wordt hij dan weer vreselijk boos om een of ander editoriaal of ander naïef opiniestuk. Hij kan er zelf echt niets aan doen, tenzij er af en toe een stukje over plegen voor Doorbraak. Stokpaardjes zijn ideologie, identiteit en samenleven. 

Commentaren en reacties