JavaScript is required for this website to work.
post

Vervolgd en gesneuveld voor Vlaanderen

Lode De Boninge +07 mei 1918.

Marc Vincké4/5/2018Leestijd 4 minuten
Lode De Boninge

Lode De Boninge

foto ©

Lode De Boninge was tijdens de Groote Oorlog brancardier en engageerde zich voor de Frontbeweging. Hij sneuvelde in mei 1918. Een portret.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

‘Voor Vlaanderen lijd ik alles. Daar zullen er zijn die mij zullen minachten, doch ik strijd en lijd volgens mijn overtuiging’. Uit een brief van Lode De Boninge vanuit de militaire gevangenis aan een vriend soldaat.

Dienstplicht en Frontblad

Louis De Boninge werd op 26 november 1896 geboren in een Franstalige notarisfamilie te Antwerpen en liep school van 1906 tot 1913 aan het Sint-Amandscollege te Kortrijk en vanaf 1914 aan het seminarie van de Witte Paters in Boechout. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog studeerde hij voort in Boxtel in Nederland. In november 1915 werd hij opgeroepen. Op 15 februari 1916 vatte hij zijn opleiding aan als brancardier te Auvours in Frankrijk en vier maanden later kwam hij aan op de IJzer.

Daar werd hij medewerker van het frontblaadje Sint-Amandus Studentenblad en werd stichter-redacteur van De Leiekerels. Aanvankelijk ging Louis elke discussie over de Vlaamse kwestie uit de weg. In de loop van 1917 radicaliseerde hij tot het flamingantisme, waarvan hij gewag maakt in zijn dagboek. Voortaan zou hij als Lode door het leven gaan.

Vliegtochten

Begin 1918 ging de 6de legerdivisie met rust in de buurt van Leisele-Hondschoote. Lode De Boninge en enkele vrienden vernamen dat er in hun Divisie een geheime Vlaamsgezinde organisatie actief was. Na bemiddeling van kapelaan Verschaeve werden deze flaminganten vrij snel bevorderd tot kaderlid van de Frontbeweging. Novice-brancardier De Boninge vertegenwoordigde er de Vlaamsgezinden uit zijn compagnie.

Op 11 januari kregen zij hun 1ste opdracht: deelnemen aan een zogenaamde vliegtocht (dit was een razendsnelle affiche-plakactie) in Hondschoote. Diverse ploegen moesten circa 400 affiches verspreiden. Binnen de 10 minuten moest de actie worden afgerond om de pakkans zo minimaal mogelijk te houden. Eén ploeg hield zich niet aan de afgesproken tijd en de gendarmen pakten één man op. Op de rooster gelegd, verklapte hij zijn medestanders.

Nog diezelfde nacht werd een aantal plakkers, ook Lode De Boninge, van hun bed gelicht. De Sûreté Militaire arresteerde ook korporaal Frans Van Der Linden en twee kompanen van een ontbonden studiekring op verdenking van medeplichtigheid en lidmaatschap van de verboden Frontbeweging. Terwijl Lode en zijn vrienden in voorhechtenis zaten ging de Vlaamse strijd aan het front onverminderd voort. Ondanks de vele arrestaties bleef de Frontleiding in het voorjaar van 1918 vliegtochten organiseren.

Voor de krijgsraad

De Boninge werd intussen door hoofdaalmoezenier Marinis onder druk gezet om berouw te tonen en divisie-aalmoezenier Steyaert verbood De Boninge om van het proces een Vlaamse manifestatie te maken. Hij stelde aan Lode voor om een niet Vlaamsgezinde advocaat te nemen. De Boninge weigerde. Hij stelde vast dat de geestelijke overheid in deze zaak buiten haar bevoegdheid ging en liet weten: ‘dat hij zulke belangrijke Vlaamsche kwestie niet belachelijk of nietig zou laten maken’. Op dinsdag 19 februari 1918 behandelde de krijgsraad de zaak van de ‘vliegers’ van de 6de Divisie.

De soldaten van Wevelgem, die De Boninge kenden van het soldatenblad De Leiekerels dat ineens ophield te verschijnen, maakten kennis met een brief die De Boninge aan hen richtte en waarin hij hen alles uitlegde. Zij juichten hem toe in o.a. volgende bewoordingen: ‘Wij allen staan in bewondering voor de moed en de ontembare wilskracht van onze dappere voorman (…). Het gebeurde kan slechts een spoorslag zijn om nog harder te vechten opdat wij mogen verkrijgen hetgeen elk gezond verstand als volle rechtveerdigheid aanschouwt’.

Veroordeeld

Het proces verwekte zulke beroering bij de soldaten dat de militaire overheid allerlei veiligheidsmaatregelen liet nemen. Omdat de advocaten van de betichten niet tijdig in De Panne konden zijn, werd de verdediging gevoerd door drie militairen waaronder student in de rechten Hendrik Borginon. Borginon mocht echter niet pleiten wegens te Vlaamsgezind!

Onder druk van de omstandigheden verzachtte het militair gerechtshof de straffen. In beroep werd Lode tot 6 maanden voorwaardelijk veroordeeld en tot het betalen van 100 frank boete. De Boninge werd bij zijn terugkeer in zijn compagnie door zijn kameraden op de schouders gehesen en in triomf rondgedragen.

Gesneuveld

In de nacht van 6 op 7 mei 1918 werd Lode op 22-jarige leeftijd dodelijk getroffen door een obus-inslag in de buurt van Nieuwpoort, toen hij tijdens een bombardement zijn gewonde kameraden ter hulp snelde. Vrienden brachten meteen zijn met bloed bevlekte portefeuille in veiligheid. Daarin vonden zij zijn, op 22/04 geschreven, testament.

‘(…) Ik heb het geluk gehad voor U, mijn Vlaanderen, te hebben geleden. Veel meer had ik U willen schenken: een gansch mensenleven in werk en liefde aan u toegewijd (…)’.

Hij werd begraven op 10 mei 1918 in De Panne (Duinhoek). Zijn vrienden van de Frontbeweging legden op zijn graf een krans met daarop: ‘Zalig zij die lijden voor Vlaanderen’.

IJzersymbool

In 1921 werd zijn stoffelijk overschot overgebracht naar het familiegraf op het gemeentelijk kerkhof te Wevelgem. Zijn Franstalige familie, die nooit opgezet was geweest met Lode’s flamingantisme, weigerde zijn overbrenging naar de IJzertorencrypte.

Eind december 1930 schreef het IJzerbedevaartcomité een wedstrijd uit voor het creëren van vier beelden, symbolen van het Vlaamse IJzerleed. Die zouden geplaatst worden op de voetstukken van de IJzertoren. Beeldhouwer Karel Aubroeck was de winnaar. De beelden, een mozaïek van keien, werden in zes stukken van ongeveer anderhalve meter per vrachtwagen van Temse naar Diksmuide gevoerd. Daar werden ze via een stellingenglijbaan fragment per fragment op de voetstukken van de eerste IJzertoren geplaatst.

Frans Van Der Linden en Lode De Boninge werden op 19 augustus 1934 tijdens de 15de IJzerbedevaart verheven tot IJzersymbolen in het laatste bas reliëf dat aan het voetstuk van de IJzertoren werd toegevoegd. Zowel te Kortrijk als te Wevelgem werd een straat naar Lode genoemd. De Boninge kreeg in de crypte een Heldenhuldezerk. Het beeld staat nu aan de binnenkant op een hoek van de Paxpoort.Op zondag 6 mei huldigt VOS Vlaamse Vredesvereniging Lode De Boninge met herdenkingen in Wevelgem en Diksmuide.

De leuze van Lode De Boninge was: ‘Recht door zee!’

 

Dit stuk verscheen eerder in De Vos, het tijdschrift van VOS Vlaamse Vredesbeweging.

Marc Vincké is lid van VOS Vlaamse Vredesbeweging, afdeling Kontich-Waarloos.

Commentaren en reacties