JavaScript is required for this website to work.
post

Machtsdroom van Erdoğan bekoort nipte meerderheid

Dirk Rochtus16/4/2017Leestijd 2 minuten

Het nieuwe presidentiële systeem garandeert geen stabiliteit. De spanningen blijven.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een nipte meerderheid van de 55 miljoen stemgerechtigde Turkse burgers heeft afgelopen zondag de grondwetswijzigingen goedgekeurd die het parlementaire in een presidentieel systeem zullen veranderen, waarbij het staatshoofd uitvoerende macht krijgt. Tegengewichten zoals in het Amerikaanse systeem zijn er niet. Recep Tayyip Erdoğan droomt al jaren van dit systeem sinds hij in augustus 2014 tot president werd gekozen. Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad vooraleer zijn partij, de AKP, de grondwetswijzigingen in januari van dit jaar erdoor kreeg in het parlement. Daarmee lag de weg open voor een referendum. Nu haalt Erdoğan eindelijk zijn slag thuis. Maar het wringt dat toch nog altijd 48,6 % van de burgers zich keert tegen zijn plannen, mensen die de president op voorhand had afgeschilderd als een hoop terroristen en landverraders.

Beloften

De gestroomlijnde media hebben hun best gedaan om de boodschap van de president in alle uithoeken van het land uit te dragen. En die boodschap luidde: stem ja om van Turkije een stabiel land te maken. Turkije gaat door een moeilijke fase in zijn geschiedenis. De economie begint te slabakken, vele politieke problemen zoals de Koerdische kwestie geraken maar niet opgelost, er worden terreuraanslagen gepleegd en de maatschappij is erg gepolariseerd. Het valt dus wel te begrijpen dat veel mensen oren hadden naar de beloften van meer welvaart, veiligheid en stabiliteit, zeker wanneer ze uit de mond komen van een man die als een sterke en charismatische leider over het land heerst. Bevreemdend is het wel dat die stabiliteit er pas zou kunnen komen met de betonnering van de alleenheerschappij van de president in een herziene grondwet. De AKP van Erdoğan regeert al veertien jaar met een absolute meerderheid in het parlement. In die periode is ze erin geslaagd de macht van de kemalisten, de seculiere aanhangers van het gedachtengoed van Atatürk, te breken, onder andere door het leger en justitie als hun bastions onder haar controle te brengen. Ze was erin geslaagd haar wil op te leggen aan het land zonder op noemenswaardige oppositie te stoten. Zo leek het toch.

Getemd

De protesten van vooral jonge mensen rond de geplande sloop van het Gezi-park in Istanbul, in de zomer van 2013, voerden Erdoğan en de AKP voor ogen dat er nog een moeilijk te controleren rest van oppositie binnen de samenleving bestond. Dan was er nog de mislukte putsch van 15 juli 2016 die aantoonde dat bepaalde gedeelten van het leger toch niet zo getemd waren als gehoopt. De president voelde zich onzeker over zoveel onberekenbare, oppositionele krachten. Hij ontketende een massale repressie tegen de aanhangers van de prediker Fethullah Gülen (die ervan beschuldigd wordt achter de putsch te zitten). Ook vele andere kritische geesten werden erdoor getroffen.

Verdeeldheid

Hoe moet het nu verder? Grondwetspecialisten zijn het erover eens dat de gewijzigde grondwet leidt naar de alleenheerschappij van één man, de president. Aangezien hij ook lid van een partij mag zijn, en de volgende presidents- en parlementsverkiezingen samenvallen op 3 november 2019, lijdt het geen twijfel dat hij ook het parlement zal beheersen. Bovendien worden de toprechters (van het Grondwettelijk Hof en de Hoge Raad van Rechters en Procureurs) aangeduid door hem en het parlement. Van de scheiding der machten blijft er niets over. De meerderheid van de Turken keurt dus een autoritair systeem goed. Het is hun keuze. Of de stabiliteit daarmee terugkeert naar Turkije is zeer de vraag. Het referendum heeft een grote verdeeldheid binnen de maatschappij blootgelegd. Die spanningen zullen buiten het parlement weer aan de oppervlakte komen. Ook de Europese Unie (EU) moet zich nu de vraag stellen of ze voort kan of wil met een kandidaat-lidstaat die basisbeginselen van de parlementaire democratie zoals de scheiding der machten opzijschuift.

(Dit stuk verschijnt maandag op de webstek van Het Laatste Nieuws)

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties