Het oudste beroep ter wereld kennen we allemaal: het contactberoep dankzij wie er niet nóg meer huiselijk geweld is en seksuele delicten. Volgens vele antropologen is het op één na oudste métier ook bekend: dat van cafébaas. Er zijn gelijkenissen tussen de twee. Beide situeren zich in de ontspanningssfeer en maken vooral omzet tijdens de nachtelijke uren. Beide leven vooral van mannelijk cliënteel dat iets zoekt wat thuis niet te vinden is. Er is één groot verschil, en dat heet…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Het oudste beroep ter wereld kennen we allemaal: het contactberoep dankzij wie er niet nóg meer huiselijk geweld is en seksuele delicten. Volgens vele antropologen is het op één na oudste métier ook bekend: dat van cafébaas. Er zijn gelijkenissen tussen de twee. Beide situeren zich in de ontspanningssfeer en maken vooral omzet tijdens de nachtelijke uren. Beide leven vooral van mannelijk cliënteel dat iets zoekt wat thuis niet te vinden is. Er is één groot verschil, en dat heet Matthias De Caluwe.
‘Een sterk pakket steunmaatregelen’
De CEO van horeca Vlaanderen, een vlotte jongen met een grote bek afkomstig uit de Open-VLD van Kapellen, heeft zich in dit coronatijdperk opgeworpen tot welbespraakte meester-bedelaar. Ik bedoel dat niet pejoratief, het is een talent: het midden houden tussen assertiviteit en medelijden opwekken, doen alsof de groei en de bloei van de Vlaamse horeca dé pijler van ons maatschappelijk bestel is. Tussen alle economisch en psychisch leed rond lockdowns en beperkingen hoor je maar één stem, en dat is deze van de mannen aan de tapkraan. De wanhoop van de herbergier als deze zijn boîte moet sluiten om elf uur. Het gejammer dat ‘een cafébaas toch niet voor flik moet spelen’, als het over de covidpas gaat. Het belang van de kroeg als erfgoed en ontmoetingspunt in het stedelijk weefsel.
Daar valt cultureel inderdaad wat voor te zeggen, maar De Caluwe past met veel flair wet nummer één van de communicatiewetenschap toe: je moet overdrijven om het verschil te maken. Nog duidelijker gesteld: samen met de sport is de horeca de meest overbodige noodzaak. Als mensen op café geen bier drinken of leut maken, doen ze het wel elders. En de jeugd, weet ik uit zeer betrouwbare bron, verschanst zich in het tuinhuis met een krat Carapils van de Colruyt. Veel goedkoper overigens, het scheelt factor tien.
Dit soort incivieke samenkomsten zorgt er evenwel voor dat sommige uitbaters het schoolmateriaal van hun kinderen niet kunnen betalen. De kunst van het zielenpoten dus, De Caluwe is er een meester in. De duivel heeft het virus op ons afgestuurd, speciaal om ons het pintje aan de toog te misgunnen, en dat vergt een krachtdadig antwoord. Nog maar pas zijn de nieuwe coronamaatregelen van kracht, of hij komt alweer op TV om ‘een sterk pakket steunmaatregelen’ te eisen. ‘Dezelfde als voorheen zullen niet voldoende zijn.’ Dus niet zomaar een steunmaatregeltje maar een pakket. Meer bepaald een stérk pakket. En méér dan voorheen. Let op de subtiele opbouw.
Struggle for life
Sinds Sihame El Kaouakibi weten we dat liberalen en overheidssteun niet per se met elkaar in tegenspraak zijn, ook niet in de sector die altijd voortrekker geweest bij het ontduiken van belastingen. In mei van dit jaar kregen ze al een BTW-verlaging naar 6% cadeau, zowel voor drank als voor maaltijden. Kostprijs aan de belastingbetaler: zo’n 730 miljoen euro. Vanzelfsprekend werd die verlaging niet doorgerekend aan de klant, integendeel, de prijs van een pintje werd opgetrokken naar aanleiding van het heropenen van de terrassen.
Eind september werd het oude BTW-tarief terug van kracht, wat de cafébazen opnieuw inspireerde tot nogmaals een prijsverhoging, waardoor een pintje vandaag zowat 3,50 euro moet kosten. Daarnaast geniet de Vlaamse horeca van een voorkeursbehandeling vanwege de Vlaamse overheid, waardoor het voor sommige uitbaters rendabeler was om gewoon dicht te blijven en de premie te innen.
Wie nooit klaagt, en dus ook niet moet rekenen op cadeaus, is de sector waar ik deze column mee opende: wat men vandaag de sekswerkers noemt. Naar het schijnt zijn ze met zo’n 30.000 in België, maar ze hebben geen Matthias De Caluwe als woordvoerder, de overheid doet alsof ze niet bestaan, en dus leven ze vandaag van voedselpakketten. Er is nu eenmaal geen geld om iedereen te bedienen, wie het hardste roept wordt geholpen.
Het virus dwingt tot een struggle for life en zal de sterksten doen overleven, het is te zeggen, diegenen die het vlotst het TV-nieuws halen. De cafébazen dus. Daarnaast mogen de grote voetbalclubs, die minister Van Peteghem, de beheerder van de nationale schatkist met de bodem in zicht, toch de arm omwrongen, niet klagen. Want zonder voetbal zou het leven zinloos zijn.
Helemaal achteraan de rij
Deze vorm van sociaal Darwinisme geldt in de omgekeerde zin ook voor de schone kunsten. Wat heb ik compassie met Michael De Cock, grote baas van de KVS en woordvoerder van de cultuursector. Zijn jammerklacht ‘Wij staan helemaal achteraan de rij’ maakt weinig tot geen indruk. Want, Michael, dat is nu eenmaal het lot van cultuur: achteraan in de rij gaan staan en wachten of er nog iets overschiet.
Er zijn nu eenmaal prioriteiten te stellen. Wat kan het ons bommen dat theater en opera dichtgaan, als we maar drie en een halve euro voor een pint mogen afdokken en er voetbal op TV is. De Cock mag af en toe ook eens in De Afspraak zijn punt maken, maar je voelt dat hij er nauwelijks zelf in gelooft: dit is het verhaal van de 5% lieden die vinden dat ‘cultuur nodig is als zuurstof voor de samenleving’. Not. Niemand pikt die metafoor nog. De enige zuurstof is diegene die uit een beademingstoestel komt in de Intensive Care.
Maar dus de hoeren en de kunstenaars, de twee bedrijfstakken die door corona quasi zijn weggeveegd zonder dat er een haan naar kraait. Ik vergat de verpleegsters nog, een kruisbestuiving van de twee vorige, die in de eerste golf applaus oogstten en nu enkel nog afgepeigerd en overwerkt bagger over zich heen krijgen. Gelukkig is K3 weer met drie, na een thriller die Vlaanderen tien weken in de ban hield. Matthias De Caluwe en Gert Verhulst zullen, nadat de Omikronvariant deze beschaving heeft weggeveegd, triomfantelijk opstaan en een nieuw tijdperk van vreugde, verbondenheid en positivisme inluiden, van Afrika tot in Amerika, van op de Himalaya tot in de woestijn. Ik overweeg te passen voor die boosterprik.