JavaScript is required for this website to work.

Het museum als metafoor voor de realiteit

In een museum is geen plaats voor een 'wetenschappelijk onderbouwd debat'.

Vrije TribuneHenri Pelissier 11/8/2022Leestijd 4 minuten
Het schilderij ‘Negerkoppen’ heet nu ‘4 studies van een hoofd’.

Het schilderij ‘Negerkoppen’ heet nu ‘4 studies van een hoofd’.

foto ©

In een museum is geen plaats voor een wetenschappelijk onderbouwd debat en een kunstenaar is geen alibi voor een politiek correct standpunt.

Voor de cultuurminnende burger is er wellicht geen betere omgeving om een hete zomerdag door te komen dan de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten in Brussel. Een wandeling doorheen de koele zalen is niet alleen lichamelijk verkwikkend, maar ook een weldaad voor de geest. De sereniteit van het geschilderd verleden brengt de bezoeker tot rust en laat hem even ontsnappen aan het woelige heden.

Toevluchtsoord

Het museum als ideaal toevluchtsoord tegen de waan van de dag dus? Helaas niet, want bij het betreden van de Rubenszaal merkt de bezoeker dat vooral één schilderij de aandacht trekt, niet omwille van zijn Rubensiaanse dimensies (het doek is 51 x 66 cm), maar omwille van de drie grote panelen met toelichting in drie talen (Frans, Nederlands en Engels) die het kleine werkje omkaderen: een ‘privilege’ dat geen enkel ander schilderij in het museum te beurt valt.

Het gaat namelijk over het schilderij ‘Negerkoppen’, dat in 2007 werd herdoopt tot ‘Vier studies van het hoofd van een moor’, onlangs werd hernoemd tot ‘Vier studies van een hoofd’ en in de toekomst wellicht ‘Vier Studies’ zal heten. De opstellers van de panelteksten hebben geen moeite gespaard om te verantwoorden waarom dit aanstootgevend schilderijtje daar nog altijd hangt en niet is beland in de stoffige kelders, samen met andere verwerpelijke kunstwerken.

Geen discriminatie

In de uitleg onder de hoofding ‘Wat waren de oorspronkelijke bedoelingen van Rubens en welke plaats bekleedden Afrikanen in zijn denken en werken?’, leert de bezoeker dat Rubens (‘een geleerde kunstenaar’) in de Afrikanen ‘verschillende bewonderenswaardige anatomische kwaliteiten’ terugvond, die hij vergeleek met de lichaamsbouw van ideale antieke beelden.

Zijn interesse was dus zuiver artistiek. En dat niemand het waagt Rubens te verdenken van racisme, want er was een band tussen zwarten en de Kerk. ‘Als de eerste christenen van Afrika, stonden de Ethiopiërs bovendien in een gunstig daglicht bij de Kerk.’ Het tweede paneel legt uit waarom deze olieverfschets oorspronkelijk geen titel had: ‘de identiteit van deze man is helaas onbekend’.

Rubens moet hem toevallig hebben ontmoet in Antwerpen, ‘een doorvoerhaven van kopergeld tussen Bohemen en Afrika’. Er is dus geen sprake van denigrerende discriminatie of clandestiene tewerkstelling. Het derde paneel bevat de eigenlijke verdediging. De tekst waarschuwt de verschrikte museumbezoeker ervoor dat overal ter wereld titels van kunstwerken door verschillende bevolkingsgroepen worden ‘ervaren als discriminerend of respectloos’ (LGBT, Me-Too, Black Lives Matter enzovoort). Dat zou ook gelden voor dit schilderij, dat ‘bij tal van bezoekers nare koloniale ervaringen’ en ‘emotionele reacties’ teweegbrengt.

Verbazingwekkend

Deze apologie is verbazend. Waarom deze omslachtige verantwoording van een kunstwerk uit de Gouden Eeuw met het hoofd van een zwarte? Waarom de toelichting dat Rubens ‘deze man’ heeft gebruikt als levend model? En waarom de anachronistische associatie van een 16e-eeuws schilderij met het 19e-eeuws koloniaal verleden? Het gaat hier toch gewoon over… kunst?

Natuurlijk wil het museum zich op voorhand indekken tegen elk mogelijk protest van bezoekers. Alleen is de vraag wie protesteert, en nog wel tegen Rubens. Want het is opvallend dat in de Rubenszaal werkelijk niemand van het aanwezige internationale museumpubliek ook maar één blik werpt op de panelen met de toelichting. Wel gaan bezoekers direct naar de Negerkoppen zelf toe om dit geniale kunstwerkje van dichtbij te kunnen bekijken. Dat is nu eenmaal wat kunstliefhebbers doen.

Metafoor voor realiteit

Het museum is hier een metafoor voor de realiteit. De observatie van de bezoekers in de Rubenszaal reveleert immers in een flits de misvatting in verband met het compulsieve streven naar politiek correctheid. Net zoals vele officiële instellingen en organisaties, is het Brussels museum uiterst voorzichtig met gevoeligheden.

Om te voorkomen dat iemand zich ‘beledigd’ zou voelen door de ‘Vier Studies…’, hebben de organisatoren de omstandige verantwoording opgesteld. Alleen blijkt dat niemand daar behoefte aan heeft. De overgrote meerderheid van de bevolking heeft wel wat anders te doen dan zich voortdurend ‘beledigd’ te voelen.

Dat geldt ook voor de wijze burgers die behoren tot een discriminatiegevoelige bevolkingsgroep. Zij laten zich niet reduceren tot ‘lid’ van zo’n groep, noch laten zij zich gewillig voor de kar spannen van militante actiegroepen met een agenda. Zij zullen zelf wel uitmaken wanneer ze worden ‘gediscrimineerd’, laat staan door een eeuwenoud schilderij.

Onnodig en nefast

De verantwoording van het schilderij is dus onnodig en zelfs nefast voor de artistieke ervaring. Het kan ook anders, zoals de online Web Art Gallery bewijst die het schilderij als volgt inleidt: ‘masterly painting technique’, ‘whiff of exoticism’, ‘dignified treatment of a member of a frequently discriminated racial group’ en ‘uncomplicated joie de vivre’. Dát is pas commentaar die de kunstliefhebber in de juiste stemming brengt om te genieten van de Four Studies of the Head of a Negro, zonder dat zijn/haar artistiek plezier wordt vergald door politiek correcte connotaties.

De Koninklijke Musea voor Schone Kunsten in de Regentschapsstraat zijn de kroonjuwelen van artistiek Brussel. De kraaknette en ruime zalen, de stemmige belichting, de oordeelkundige installatie en vooral de prachtige kunstwerken zelf: alles werd in het werk gesteld om de museumbezoeker een serene kunstervaring te bezorgen, far from the madding crowd.

In deze tempel van de kunst is de intrusie van het politiek-correcte thema dan ook een anomalie. In een museum is geen plaats voor een ‘wetenschappelijk onderbouwd debat’, en een kunstenaar is geen alibi voor een politiek correct standpunt. Zeker niet als die kunstenaar Peter Paul Rubens heet.

De auteur is germanist en heeft een postgraduaat media- en informatiekunde

Commentaren en reacties