JavaScript is required for this website to work.
post

Napoleon, een Waalse held

Frederik Dekeyser13/2/2013Leestijd 3 minuten

De Waalse regering investeert zwaar in de opwaarding van de site rond het slagveld van Waterloo. Dat gebeurt met het oog op de herdenking van de 200ste verjaardag van de slag in 2015. De fascinatie voor Napoleon is in Wallonië altijd groot geweest.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

In Wallonië heerst onbegrip over het feit dat Vlaanderen niet meewerkt aan de herdenking van de 200ste verjaardag van de slag bij Waterloo in 2015. De Waalse regering had gehoopt op Vlaamse financiële steun aangezien de festiviteiten een internationaal karakter hebben en dus ook Vlaanderen economisch voordeel zouden kunnen opleveren. Maar de Vlaamse regering wil niet deelnemen aan het project.

Nu laat de Waalse regering zichzelf in elk geval niet onbetuigd. Er wordt elk jaar 10 miljoen euro vrijgemaakt om de site rond de Leeuw van Waterloo te renoveren. Zo komt er een nieuw ondergronds museum. Daar waar de site nu jaarlijks 300 000 bezoekers mag verwelkomen, zullen dat er in 2015 minstens 500 000 zijn.

De aandacht voor de herdenking van de slag bij Waterloo is niet alleen ingegeven door toeristische motieven. In Wallonië is er altijd een grote bewondering geweest voor de Franse consul en keizer Napoleon. De napoleontische periode wordt in de Waalse historiografie zeker niet negatief geduid, integendeel. De Corsicaan wordt door veel Walen en zeker door wallinganten als een held beschouwd. Het is immers onder Napoleon dat het huidige Wallonië deel uitmaakte van het toen in Europa almachtige Frankrijk.

De slag bij Waterloo is voor de Waalse Beweging een keerpunt geweest. De nederlaag betekende dat Wallonië gescheiden werd van het Franse culturele moederland. Nu moeten het wallingantisme en ook het rattachisme het in Wallonië afleggen tegen een sterk heroplevend belgicisme, maar doorheen de 180 jaar Belgische geschiedenis is de pro-Franse houding in Waalse kringen altijd dominant geweest.

Zeker met de opkomst van de Waalse Beweging aan het begin van de 20ste eeuw was die zeer sterk. Het wallingantisme laafde zich graag aan de romantiek rond de slag bij Waterloo en de breuk met het grote voorbeeld dat Frankrijk is.

Het beste voorbeeld daarvan is één van de minder bekende monumenten op het slagveld van Waterloo. We hebben het hier niet over de Leeuw die met zijn kop naar Frankrijk is gericht en dus voor veel wallinganten een Belgo-Hollands monument is. Neen, iets verder werd in 1904 het monument van de Aigle Blessé opgericht. Het stelt een stervende arend voor die in zijn klauwen een Franse vlag vasthoudt. Het monument is een eerbetoon aan het leger en meer bepaald de keizerlijke garde van Napoleon waarin op 18 juni 1815 ook een paar honderd Walen meestreden.

Vanaf 1928 organiseerden wallingantische organisaties hier jaarlijks bedevaarten. Aanvankelijk kwam er amper veertien (14) man opdagen, maar in de jaren 1930 groeide het eerbetoon aan L’Aigle Blessé uit tot heuse wallingantische en rattachistische bedevaarten. In de beste traditie van het interbellum waren er zelfs paramilitaire organisaties aanwezig (Jeunes Gardes Wallonnes). Jules Destrée, de man van zijn brief aan Albert I, hield er regelmatig een toespraak.

De bedevaart aan L’Aigle Blessé was een tegenhanger geworden van de Vlaamse IJzerbedevaarten. Het evenement moet wel in zijn juiste tijdskader worden geschetst. Het is niet zo dat alle aanwezigen bij L’Aigle Blessé per se allemaal voor een aanhechting van Wallonië bij Frankrijk waren. Eerder waren ze tegenstanders van de Belgische neutraliteitspolitiek die het buitenlands beleid in de tweede helft van de jaren 1930 domineerde. Veel Walen zagen daarin een anti-Franse houding van koning Leopold III. Een vaak vergeten element in het Waalse antileopoldisme van na de Tweede Wereldoorlog.

Het is ook aan L’Aiglé Blessé dat de clandestiene wallingantische verzetsbeweging Wallonie Libre op 18 juni 1940 werd opgericht. Niet alleen op de verjaardag van de slag bij Waterloo. Bovendien ook de datum dat de Franse generaal Charles de Gaulle zijn landgenoten vanuit Londen opriep om de strijd tegen de Duitse bezetter voort te zetten. Veel wallinganten vonden dat die boodschap ook aan hen was gericht. Na de Tweede Wereldoorlog doofden de bedevaarten aan L’Aigle Blessé langzaam uit, al vinden er tot vandaag nog herdenkingen plaats. Het wallingantisme werd dan ook minder uitgesproken pro-Frans en legde eerder de nadruk op het meer realistische federalisme.

Maar de fascinatie voor Napoleon blijft in en rond Waterloo groot. Alle Walen kennen de site rond de Leeuw van Waterloo. Het Wellingtonmuseum in het centrum van de stad, genoemd naar de winnaar van de veldslag, is veel minder populair.

Frederik Dekeyser (1972) is econoom en werkt in de financiële sector

Commentaren en reacties