JavaScript is required for this website to work.
Europa

Nederland en de Europese verkiezingen

Scepsis overheerst maar kiezers willen geen Nexit

Wouter Roorda12/5/2019Leestijd 3 minuten
Nexit?

Nexit?

foto © Reporters / DPA

Nederlanders zijn in meerderheid kritisch op de EU, maar het merendeel kiest (nog steeds) voor hervormen in plaats van uittreden.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Nederlanders zijn in meerderheid kritisch op de EU, maar het merendeel kiest nog steeds (noodgedwongen?) voor hervormen in plaats van uittreden.

Met betrekking tot Europa hobbelt de politiek in Nederland al decennia achter de publieke opinie aan. Tot de invoering van de euro rond de eeuwwisseling was er eigenlijk nauwelijks sprake van enige vorm van scepsis ten opzichte van ‘Europa’. Wie enigszins kritisch stond tegenover het alsmaar overdragen van bevoegdheden aan de EU kon als kiezer alleen terecht bij de orthodox-christelijke partijen CU en SGP, die samen een lijst vormden voor elke Europese verkiezingen, en bij de uiterst linkse SP. Alle andere partijen stonden in meer of mindere mate enthousiast achter het Europese project.

Steeds meer kritische geluiden

Dat veranderde met de invoering van de euro, die vooral vanaf links de nodige Europa-kritiek uitlokte als het zoveelste neoliberale Europese project. Onder het Nederlandse kiezersvolk waren steeds meer kritische geluiden te horen. In 2005 wees in een referendum een ruime meerderheid van 61,5 procent (bij een opkomst van 63,3 procent) het concept van een Europese grondwet af dat de Europese regeringsleiders waren overeengekomen. Daarmee had het Europa-kritische geluid de flanken van het politieke spectrum verlaten en was mainstream geworden.

Politieke partijen begonnen in hun campagnes meer kritische geluiden te laten horen ten opzichte van het overdragen van bevoegdheden aan ‘Brussel’ en de wijdverbreide verspilling die onder andere elke maand tot uiting komt door het hele parlementaire vergadercircus tussen Brussel en Straatsburg heen en weer te schuiven. Al het heen en weer gereis heeft de hotelrekening van D66-lijsttrekker en Europarlementariër Sophie in ’t Veld inmiddels aardig doen oplopen.

Lage belangstelling

Vaak werd de soep niet zo heet gegeten als deze werd opgediend. De ferme geluiden van CDA en VVD verstomden op het moment dat hun afgevaardigden deel gingen uitmaken van Europa welgezinde fracties in het Europese parlement. Met name de VVD neemt daarbij een (zelf gekozen) lastige positie in, omdat de fractie (net als D66) deel uitmaakt van het liberale ALDE dat onder leiding staat van de in veel Nederlandse ogen extreem eurofiele Guy Verhofstadt.

Europa lokt dus af en toe in Nederland felle debatten uit, zoals rond de euro, de uitbreiding van de EU en de Europese grondwet, maar dat resulteert niet in een levendige belangstelling voor de Europese verkiezingen. Die is nooit hoog geweest en de opkomst bleef de afgelopen dertig jaar onder de veertig procent.

Grootste nettobetaler

Een andere factor die een rol speelt bij de toename van Europa-kritische geluiden is dat per hoofd van de bevolking Nederland inmiddels de grootste nettobetaler aan de EU is geworden. In de eerste decennia van de EEG was Nederland nog een van de grootste profiteurs.

Nu valt op de omvang van de netto betalingspositie wel het een en ander af te dingen, want deze hangt b.v. deels samen met de doorvoer van goederen naar andere landen waarvoor in Nederlandse havens invoerrechten worden geïnd. Het prijskaartje dat hangt aan de dure proefballonnetjes die de Franse president Macron steeds oplaat, komt echter steevast ten noorden en ten oosten van de Franse grens terecht. Het recente voorbeeld dat Oost-Europeanen hun Nederlandse uitkering gewoon mee naar huis kunnen nemen, draagt ook niet bij aan het verbeteren van het beeld dat de bijdrage van de Nederlander louter financieel wordt gewaardeerd. Verder heeft het verbod op pulsevissen veel kwaad bloed gezet, niet alleen bij vissers. Het is een illustratie van een EU die vooral gevestigde (Franse) belangen beschermt en weinig oog heeft voor innovatie en vernieuwing.

Nexit?

In de aanloop naar het Britse referendum over de Brexit kwam langzaam de discussie op gang over de voor- en nadelen van een Nexit. Van de grote politieke partijen is alleen de PVV een uitgesproken voorstander van het door Nederland verlaten van de EU. Nieuwkomer Forum voor Democratie wil een referendum hierover, waarin de kiezer het laatste woord heeft. Partijleider Baudet geeft geregeld aan dat alle pogingen om de EU te hervormen zinloos zijn, omdat deze stuiten op Frans-Duitse weerstand en dat daarom (dreigen met) een Nexit de enige overgebleven optie is. Een deel van de interne controverse binnen de partij in de afgelopen weken met medebestuurslid Otten, die tegen een Nexit is, ging hierover.

Onder de bevolking lijkt geen sterke beweging aanwezig die opteert voor een Nexit; volgens Eurobarometer zou 86 procent tegen uittreding stemmen (maar deze instantie meldt ook dat meer dan 60 procent van de Nederlanders denkt te gaan stemmen bij de Europese verkiezingen). Een ander onderzoek komt op 72 procent tegenstemmers. Voor een handelsland als Nederland zijn de voordelen van een gemeenschappelijke markt evident. Door het Centraal Planbureau werden deze voor elke werkende een aantal jaren geleden gekwantificeerd ter grootte van een maandsalaris per jaar. En als een land als het Verenigd Koninkrijk al als te klein wordt gezien voor het wereldtoneel, dan geldt dat helemaal voor Nederland dat economisch gezien toch vooral een deelstaat is van Duitsland.

De steeds nauwere samenwerking die men binnen de EU (nog steeds) voorstaat, zien veel Nederlanders echter niet zitten. Inmiddels is ook de politiek in meerderheid zover. In april nam de Tweede Kamer een motie aan van de (in dat opzicht politiek zeldzame) combi SP en SGP, waarin het kabinet wordt gevraagd zich te beijveren voor het schrappen van de zinsnede ‘ever closer union’ (steeds hechtere gemeenschap) uit het EU-verdrag. De stemverhouding geeft goed aan hoe de verschillende partijen denken over Europa. Voor stemde een ruime meerderheid, bestaande uit VVD, PVV, CDA, SP, ChristenUnie, 50Plus, Partij voor de Dieren, SGP en Forum voor Democratie. Tegen stemden D66, GroenLinks, PvdA en DENK.

Wouter Roorda is econoom. Hij werkte 20 jaar bij verschillende Nederlandse ministeries, vooral op het terrein van arbeidsmarkt en sociale zekerheid. Tegenwoordig is hij actief als onafhankelijk columnist, investeerder en rentmeester.

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

‘Sick’ is een relevante en hilarische roman waarin Bavo Dhooge alle humoristische registers opentrekt, zonder daarbij ook maar een moment de vinger van de pols van de maatschappij te halen.