JavaScript is required for this website to work.
Europa

Nederlandse liberalen willen EU van meerdere snelheden én bestemmingen

Maandag - Europadag

Sander Roelandt16/9/2013Leestijd 3 minuten

De VVD plaatste ruim acht maanden voor de volgende Europese verkiezingen een ontwerp van verkiezingsprogramma op haar webstek. De EU moet flexibeler, goedkoper en met meer invloed voor de nationale regeringen en parlementen. De partij speelt daarmee in op de groeiende afkeer van de Nederlandse kiezer voor de EU.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De Nederlandse parlementsverkiezingen van vorig jaar werden druk gevolgd in de rest van de Europese Unie. De Socialistische Partij, onder leiding van Emile Roemer, scheerde hoge toppen in de peilingen met onder meer hevige kritiek op de falende aanpak van de eurocrisis. Bovendien pleitte de Partij voor de Vrijheid van Geert Wilders tijdens de campagne voor een Nederlandse uitstap uit de EU en uit de eurozone.

Uiteindelijk wonnen zowel de sociaaldemocraat Diederik Samsom (PVDA) als de liberaal Mark Rutte (VDD) de verkiezingen. Rutte kon veel rechtse kiezers verleiden met de dreiging van een linkse regering onder leiding van Samson en vice-versa, waarna ze gezellig samen in een nieuwe Paarse regering stapten onder leiding van de uittredende en dus ook nieuwe nieuwe premier Rutte.

‘De Nederlandse pro-Europese partijen winnen de verkiezingen’, besloten de internationale media. Dat de PVV een derde van zijn zetels verloor, leek inderdaad te bewijzen dat een radicale anti-EU koers niet werkt.

Nederlanders keren zich af van EU

De Nederlanders zijn evenwel een stuk kritischer geworden voor de EU de voorbije jaren. Hoewel de meeste kiezers in de EU willen blijven en de euro behouden, staan ze vijandig tegenover de Europese integratie en het afstaan van meer soevereine bevoegdheden aan de EU-instellingen. (Zie ook The Economist  over euroscepticisme in Nederland.)

Tegelijkertijd zijn de traditionele partijen scherper geworden voor de EU. Tijdens de vorige electorale campagne opteerde de VVD voor een zogenaamde ‘eurorealistisch’ programma. Eurorealisten willen geen Verenigde Staten van Europa maar een flexibele EU die focust op de economie en de interne markt.

Sinds de parlementsverkiezingen is het euroscepticisme in Nederland alleen maar groter geworden. Uit een steekproef van onderzoeksbureau Gallup Europe van begin juni blijkt dat 39% van de Nederlanders bij een referendum zou kiezen om volledig uit de EU te stappen. Bovendien staat de PVV sinds kort terug bovenaan de peilingen en ook de SP doet het goed.

Liberalen volgen noodgedwongen

De Telderstichting, een denktenk ‘ten behoeve van het liberalisme in het algemeen en mede ten dienste van de VVD’, presenteerde in juni het rapport ‘de plicht der politieke partijen’ waarin nagedacht werd over de toekomst van de partijdemocratie. Specifiek over de EU vermeldt het rapport dat op het terrein van Europese integratie en immigratie er ‘aanzienlijke meningsverschillen blijken te bestaan tussen partijkaders en achterbannen’. De VVD-kiezer staat kritischer tegenover de Europese integratie (en immigratie) dan het politiek personeel.

Dat is doorgedrongen tot op het hoofdkwartier van de VVD in Den Haag. Als eerste van de Nederlandse politieke partijen plaatsten de liberalen een voorstel tot programma voor de Europese verkiezingen van 25 mei 2014 op hun website. In Europa waar nodig, zoals het programma heet, roeren de liberalen nog eens de eurosceptische trom.

Weinig verrassend focust de VVD op economie. Hans van Baalen, die lijsttrekker wordt, zegt: ‘De VVD kiest, in het belang van Nederland, voor een modern en hervormd Europa. Dit betekent voor de liberalen dat de Europese Unie zich primair moet richten op economische groei en banen.’ De VVD waarschuwt ook voor permanente subsidiestromen ‘want een patiënt die continue aan het infuus ligt, wordt nooit beter’. De VVD wil ook geen Europese belastingen, noch euro-obligaties.

Flexibele EU

De VVD kiest voor een flexibele EU met een soberder Brussel en meer invloed voor de nationale regeringen en parlementen. Opvallend is dat ‘lidstaten de keuze moeten hebben om aan bepaalde samenwerkingsverbanden deel te nemen en aan andere niet’. Dat wil zeggen dat de lidstaten zelf mogen beslissen in welke domeinen ze integreren. Meer flexibiliteit in de EU komt ook tegemoet aan de vraag van de Britse premier Cameron om sommige bevoegdheden terug naar het nationale niveau te halen.

De kern van de Europese Unie dient wel gewaarborgd te blijven. In de visie van de VVD behoren in elk geval tot die kern: het interne marktbeleid, het gemeenschappelijk landbouw- en visserijbeleid, de handelspolitiek, het mededingingsbeleid, het structuurbeleid, het milieubeleid, het verlenen van humanitaire noodhulp en de handhaving van de democratische rechtsstaat.

De VVD kiest niet alleen voor een EU van meerdere snelheden – wat uiteindelijk gewoon betekent dat de ene lidstaat al wat sneller richting de Verenigde Staten van Europa gaat dan de andere – maar ook voor een Europa van meerdere bestemmingen. De EU is voor de VVD een platform voor Europese samenwerking en geen Staat-in-wording.

Dit nieuwe standpunt is erg relevant voor de eurozone. Op dit moment staat in het Europees verdrag namelijk dat élke lidstaat van de EU ooit de euro moet adopteren (enkel het VK en Denemarken hebben een opt-out onderhandeld). Maar de VVD wil enkel een geïntegreerde Eurozone voor wie wil. Daarenboven moet wie zich niet aan de afspraken houdt uit de Eurozone gezet worden.

De VVD blijft dus wel achter de euro staan, maar ‘zonder federale bestuurslaag die eigenhandig ingrijpt in nationale economieën’. De partij wil ook het aantal commissarissen in de Europese Commissie halveren, Straatsburg als vergaderplaats van het Europees Parlement afschaffen, overbodige adviesorganen en agentschappen opheffen en de Europese ambtenarij verkleinen.

De VVD wordt dus net zoals in de vorige campagne terug een klein beetje kritischer ten opzichte van de EU.  PVV kamerlid Laurence Stassen wees wel op het geloofwaardigheidsprobleem van de VVD. ‘Stem Hans, krijg Guy’, tweette ze. De Nederlandse liberalen zitten namelijk in de ALDE-fractie die geleid wordt door de opperfederalist Guy Verhofstadt…

<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>

Sander Roelandt (1989) is medewerker in het Europees Parlement en volgt er verschillende economische commissies.

Meer van Sander Roelandt
Commentaren en reacties