JavaScript is required for this website to work.
Media

Netneutraliteit opgeven is de overwinning van het monopolie

David Geens15/6/2018Leestijd 3 minuten

foto © Reporters/Photoshot

Jan Jacobs slaat de bal mis over netneutraliteit. De inzet van het debat is niet een overheidsmonopolie, maar gelijke behandeling van data.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Ik start zelden met grote woorden, maar deze keer heb ik er geen andere. In zijn stuk heeft Jan Jacobs me zo ver gekregen dat ik me afvroeg of hij betaald werd door Proximus of zo om dit te schrijven, want hij stelt een aantal zaken ronduit mis voor. Zodanig dat ze in het voordeel van de monopolisten in deze sector zijn. Zeker als je er ronduit een echo hoort van de woorden van John Porter, CEO van Telenet: ‘Als dit allemaal gratis of bijna gratis moet worden, wat is dan de waarde van dat netwerk? Welke provider of investeerder gaat dit nog financieren?’

Gelijke behandeling

Ten eerste, netneutraliteit draait geheel niet om ‘snelheid en prijs moeten voor iedereen hetzelfde zijn’. Netneutraliteit draait maar om één ding: wordt ieder datapakketje op het internet gelijk behandeld of niet? Met andere woorden: is het al dan niet ok dat tegen betaling of in ruil voor andere voordelen bepaalde zaken voorrang krijgen op andere zaken. Het heeft nergens, maar dan ook nergens te maken met een ‘one-size-fits-all’ overheidsmonopolie. Evenmin draait het om gratis internet of internet als overheidsbedrijf. Veel van Jans argumenten maken in die materies wel degelijk uit, alleen hebben ze niks te maken met netneutraliteit.

Het draait er gewoon om dat alle verkeer op het internet dezelfde behandeling krijgt en dus even snel (of even traag) als de rest gaat. De dag dat dit mechanisme sneuvelt, is de dag dat je het internet finaal overgeeft aan de mono- of duopolies en zo concurrentie wegveegt.

Bij wijze van voorbeeld

Stel dat Telenet beslist dat het de strijd met Netflix aangaat door op zijn netwerk het IP-verkeer van Netflix op zulke manier te gaan vertragen dat als je Netflix kijkt, de film of serie regelmatig stil hangt en buffert terwijl hun eigen Play More-series wel vlot te bekijken zijn? Tegenstanders van netneutraliteit – in dit geval de eigenaars van grote netwerken – zeggen dan dat als ze dat zouden doen, klanten naar de concurrentie zouden gaan. Welke concurrentie? Als het duopolie Telenet/Proximus dit in onderlinge afspraak doen, welke keuze blijft er dan nog over? De andere ‘aanbieders’ moeten hun verkeer immers over één van die netwerken sturen en dus dezelfde routers volgen.

Tweede voorbeeld, maar dan uit eigen ervaring. Ik run een cloud provider. Stel nu dat Proximus beslist om het verkeer van en naar de sites die wij hosten te vertragen op hun netwerk ten opzichte van de sites die Proximus zelf of één van hun dochterbedrijven host, is er dan nog eerlijke concurrentie mogelijk?

Hetzelfde geldt dus op alle mogelijke vlakken op het internet. Het gaat niet alleen om de eigenaars van de netwerken. Ik merk echter wel dat zij in alle lobbygroepen de grootste tegenstanders van netneutraliteit zijn. Consumentenverenigingen zijn dan net weer de grootste behoeders. Facebook zou immers kunnen betalen aan netwerkeigenaars om hun verkeer te bevoordelen tegenover kleinere start-ups.

Kortom, het gaat niet om het internet dood te maken. Het gaat om een nieuwe bron van inkomsten voor netwerkeigenaars en het doodmaken van concurrentie voor alle grote monopolistische spelers op het internet. Zoiets moet ik niet verzinnen, dat is pure logica voor wie even verder denkt.

De voordelen van neutraliteit

Netneutraliteit bestond in de VS, het is een tijd geleden afgeschaft. Recent heeft een voorstel in de Senaat steun gekregen om die beslissing terug te draaien. Het internet was zeker niet dood voor 2015. Het dreigt nu dood te gaan en dat zag men in de VS al zeer snel in. In Europa was netneutraliteit ook de regel. Tot het Europees parlement vorig jaar er aan sleutelde. Onder druk van lobbyisten lieten ze toe dat er een klein beetje kan gesleuteld worden aan welk verkeer voorrang krijgt onder het mom van netwerkbeheer. Dat streaming nu voorrang krijgt op tekst- en mailverkeer is iets wat nog maar recent wordt toegelaten. En de netwerkbeheerders ontkennen steevast dat ze het al zouden doen.

Internet is inderdaad kunnen groeien, net omdat het vrij was, omdat het neutraal was. Als bepaalde spelers iets deden in de ene richting, was er altijd de mogelijkheid voor een concurrent die het net anders deed. Neutraliteit maakte het mogelijk dat het internet kon gebruikt worden voor allerlei zaken. Zoals het ontluiken van democratie in landen waar leiders niet zo gek waren op dat idee.

Netneutraliteit opheffen is het begin van het einde. Internet zal niet ophouden te bestaan. Het zal alleen nog meer gecontroleerd worden door de happy few die er de centen voor hebben. We weten allemaal dat zoiets resulteert in hogere prijzen, minder keuze en minder privacy.

Willen we dat we zelf nog de keuze hebben naar wat we surfen op een ongestoorde manier? Dan moeten we zeker zeggen dat netneutraliteit het enige goed idee is.

David Geens is computeringenieur en manager bij het webhostingbedrijf Nucleus.

Meer van externe auteurs

Menig Indisch moslim fronst de wenkbrauwen bij Modi en diens hindoe-nationalistische regering. Maar de meerderheid, de hindoes, loopt hoog met hem op.

Commentaren en reacties