JavaScript is required for this website to work.
post

Oikeiosis

Vereenzelviging als basis voor een conservatieve ethiek

Raf Praet10/8/2015Leestijd 4 minuten

Volgens Raf praet worden ethische vraagstukken te emotioneel benaderd. Hij vindt in de geschiedenis een betere benadering.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Op 1 juli schiet een tandarts uit ontspanning ‘Cecil de leeuw’ dood. Deze tandarts wordt opgejaagd door pakweg dezelfde mensen die hun schouders evenwel ophalen bij organisaties als ‘Planned Parenthood’, een organisatie die lichaamsdelen van geaborteerde baby’s verkoopt. Een terugkerend gegeven bij deze en gelijkaardige mediastormen of mediastiltes is dat ethische vraagstukken uiterst emotioneel benaderd worden, met alle contradicties van dien.

De spreekwoordelijke tegenhanger van deze emotionele benadering van ethiek is de Stoa. De filosofische school van de stoïcijnen (3e eeuw v.C. – 5e eeuw n.C.), was reeds in de oudheid bekend om haar bijna wetenschappelijke benadering van menselijke moraliteit. Kunnen we iets leren van de stoïcijnen in hun benadering van ethiek? Dit stuk gaat na of een specifiek ethisch principe van de Stoa, namelijk het principe van oikeiosis of ‘vereenzelviging’ [1], kan helpen bij de beoordeling van de hierboven vermelde ethische vraagstukken.

Teruggrijpen naar de stoïcijnen biedt een goede mogelijkheid om een conservatieve ethiek uit te bouwen. Het is immers niet de eerste keer dat mensen zich voor hun ethische problemen wenden tot de stoïcijnen. Niet alleen de Romeinen van de late republiek gebruikten de stoïcijnse rigor om hun voorvaderlijke waarden, of mores maiorum te herdefiniëren. Ook in de vroegmoderne periode gebruikten humanisten zoals Justus Lipsius (1547-1606) de stoïcijnse ethiek om hun christelijke waarden te verrijken.

Vereenzelviging

Volgens de stoïcijnen verloopt de rationele en morele ontwikkeling van de mens volgens een proces dat men zich kan voorstellen in concentrische cirkels van vereenzelviging. De mens vereenzelvigt zich, als deel van het universum, geleidelijk met het universum als overkoepelend geheel. In een primitief stadium vereenzelvigt een baby of kind zich enkel met zichzelf. Gaandeweg zal de mens zich met steeds grotere concentrische cirkels vereenzelvigen; het gezin, de familie, de wijk, de lokale gemeenschap, de stad, het volk, de mensheid enz. Het stoïcijns ideaal is de wijze, die zich vereenzelvigt met geheel de mensheid, met alle diersoorten en met heel het universum.

Dit proces van vereenzelviging volgt twee spelregels. 1) Hoe groter de cirkel, hoe beter. 2) De concentrische cirkels bouwen echter ook op elkaar voort. Als een kleinere cirkel niet wordt gerespecteerd, stort het geheel van grotere morele cirkels als een pudding in elkaar.

De leeuw, de mens en de ongeboren mens

Op het eerste gezicht lijkt dit stoïcijns systeem een mooie theoretische Spielerei. Laat ons dit systeem nu toetsen aan de mediastorm rond ‘Cecil de leeuw’. Hoe zou een stoïcijn de doder van ‘Cecil de leeuw’ beoordelen? Er zijn drie mogelijke keuzes, in volgorde van moraliteit, van meest moreel naar immoreel. 1) In het ideale geval zou men het leven van ‘Cecil de leeuw’ sparen. De ideale wijze zou immers geen leeuw doden, net zomin hij andere dieren, en a priori nooit een mens zou doden. 2) Minder moreel, maar nog steeds moreel, is de tandarts die de leeuw doodschoot. Deze zal nooit een mens doden. De morele vereenzelviging van de tandarts stopt echter bij de mensheid. In die zin is zijn moreel vermogen minder dan dat van de ideale stoïcijnse wijze. 3) De immorele keuze bestaat echter in het streven naar een grotere cirkel (dierenrechten) zonder acht te slaan op de kleinere cirkels die deze grote cirkel ondersteunen.

Een dierenrechtenactivist kan enkel moreel zijn als hij zich vereenzelvigd heeft met geheel de mensheid. Daarom kan een moreel dierenactivist geen voorstander van abortus zijn. Een menselijke foetus zal immers altijd voor de leeuw komen op het pad van morele vereenzelviging, gezien de mens zich als soort eerst met zijn soortgenoten – alle soortgenoten! – moet identificeren alvorens zich met andere diersoorten te kunnen identificeren.

De immorele moraalridders

Opkomen voor dierenrechten is tegenwoordig een zeer gemakkelijke en populaire manier om zichzelf, onder meer op sociale media, te profileren als een moreel mens. De stoïcijnse analyse stelt echter zware voorwaarden aan deze gratuite vorm van moraliteit. Wanneer we dierenliefhebbers beoordelen naar stoïcijnse maatstaven, zal het gros van deze mensen door de mand vallen als immoreel. Wouter Van Bellingen legde intuïtief de vinger op de wonde toen hij vorig jaar dieren liefhebbend Vlaanderen choqueerde met zijn uitspraak; ‘Vlamingen hebben kennelijk meer empathie voor dieren dan voor migranten’ [2]. Het is immoreel om voor dierenrechten te pleiten zonder om te kijken naar andere mensen. Het is immoreel om te huilen om een huisdier en de schouders op te halen bij de doden van het laatavondjournaal. Het is immoreel om te razen over ‘Cecil de leeuw’, maar tegelijkertijd de praktijken van ‘Planned Parenthood’ te gedogen.

Wij leven vandaag in tijden waarin ethische vraagstukken gemediatiseerd worden en louter emotief worden benaderd, met alle onwenselijke gevolgen van dien. Net zoals de Romeinen en de humanisten, kunnen wij de rijke filosofische school van de Stoa aanboren om coherentie te geven aan de wanorde van de hedendaagse ethische debatten. Het concept van de stoïcijnse vereenzelviging heeft in het bijzonder veel potentieel om het hedendaagse conservatieve denken te ruggensteunen. De stoïcijnen stellen tevens de ontspoorde progressieve mainstream aan de kaak. Het is aan de groene beweging om de hand in eigen boezem te steken en zich te bezinnen over haar eigen moraliteit, alvorens het leven zuur te maken van een mens die het waagde een leeuw te doden.

Foto © Reporters

Raf Praet is klassiek filoloog en doet momenteel onderzoek naar de late oudheid in het kader van zijn doctoraat aan de universiteiten van Groningen en Gent.



[1] De term oikeiosis is afgeleid van het Griekse woord oikos, dat ‘huis’ betekent. In hetzelfde woordveld bevinden zich onder andere het woord oecumene, letterlijk ‘de bewoonde wereld’ of de verenigde wereldkerk, en het door Thierry Baudet gebruikte concept oikofobie, ‘angst voor het eigene’.

[2] http://www.knack.be/nieuws/belgie/van-bellingen-vlamingen-hebben-kennelijk-meer-empathie-voor-dieren-dan-voor-migranten/article-normal-494603.html

Raf Praet (1989) studeerde klassieken aan de universiteit van Gent. Na twee jaar als onderzoeksmedewerker in de byzantinistiek aan deze universiteit, voltooide hij zijn doctoraatsstudies in de oude geschiedenis aan de universiteiten van Groningen en Gent.  

Meer van Raf Praet
postRaf Praet7/12/2018

De Frontbeweging speelde in op de rol van de VS na het einde van de Grote Oorlog. VOS Vlaamse Vredesvereniging haalt die banden terug aan.

Commentaren en reacties