JavaScript is required for this website to work.
post

Onafhankelijk Schotland, socialistisch Schotland

Kanttekeningen bij Vlaamse steun voor Schotse onafhankelijkheid

Xavier Everaert9/5/2014Leestijd 7 minuten

Xavier Everaert begrijpt niet goed dat het Vlaams-nationalisme, met een meer dan gemiddeld liberaal sociaaleconomisch programma, zo wild loopt voor een onafhankelijk Schotland, dat onafwendbaar socialistisch zal zijn.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het voorbije decennium groeiden Vlaanderen, Catalonië en Schotland uit tot de voorhoede van een ‘internationale’ nationalistische – of beter: separatistische – beweging. Wat daarbij onmiddellijk opvalt is de functie die het nationalistische discours vervult in de drie regio’s, binnen een groter politiek en ideologisch kader. Deze essentiële dimensie wordt, voornamelijk in Vlaanderen, te snel bedekt onder het catch-all begrip ‘volkssoevereiniteit’, waarbij de democratische volonté générale van de desbetreffende volkeren elk debat over de invulling van een gegeven separatistische dynamiek overbodig zou moeten maken. Ten onrechte.

Nationalisme is geen ideologie. Het speelt altijd een dienende rol in een achterliggende strijd. Die strijd kan alle mogelijke ideologische vormen aannemen. In Vlaanderen ondergaat het Vlaams-nationalisme een interessante metamorfose van ingedommelde corporatistische politieke filosofie naar een bredere, vernieuwende beweging die zich lijkt te keren tegen het status-quo tussen liberalisme en socialisme. Dat een aanzienlijk deel van de ondernemerswereld – de bezittende klasse, zo u wil – tot een synthese komt met de Vlaams-nationale traditie is, althans voor Vlaanderen, een nieuw gegeven. Waar het traditionele corporatistische nationalisme zijn wortels had in de lagere middenklasse en de middenstand, sijpelt het Vlaams-nationalisme van de 21e eeuw door in bredere lagen van de bevolking, voornamelijk de hogere middenklasse. Deze interessante evolutie schept dan weer nieuwe tegenstellingen, zoals bijvoorbeeld met de sympathie van de traditionele vleugel voor de Schotse zaak.

Links platform

De Schotse onafhankelijkheidsbeweging is, in tegenstelling tot de Vlaamse, een zuiver politiek project. Waar de Vlaamse zaak een epistemologische vraag (wie zijn de Vlamingen in een geglobaliseerde wereld?) en een metafysische vraag (wat is Vlaanderen en het Vlaams-zijn?) probeert te beantwoorden, en dus kadert binnen een groter politiek-filosofisch project, zijn die vragen in de Schotse zaak helemaal niet aan de orde. De dynamiek achter de Schotse autonomie is geen vraagstuk over identiteit binnen een geglobaliseerde liberale economie, maar een antithese van die geglobaliseerde liberale economie. Hoe we het ook draaien of keren, de Schotse zaak is een links platform. Een schakel in een antikapitalistisch project die met de grondslagen van het nationalisme, klassenverzoening en de organische economische theorie nietss te maken heeft. Binnen dit kader moeten we begrijpen waarom iconen van radicaal-links als Noam Chomksy de Schotse zaak genegen zijn, en zelfs openlijk steunen.

Democratisch socialisme

In 1972 ging de grootste rederij van Schotland, Upper Clyde Shipbuilders (USC), failliet. De conservatieve regering in Westminster onder Edward Heath hadden Rolls-Royce uit het oer-Engelse Derby voor een veel te hoog bedrag genationaliseerd, en de Schotse arbeiders en schuldeisers van USC in de steek gelaten. De Schotse linkerzijde heeft dit politiek trauma aangewend om het separatisme te usurperen binnen een groter, socialistisch kader. Onder impuls van William Wolfe wierp de Scottish National Party (SNP) zich vanaf 1974 op als een links alternatief voor Labour, met de belofte om de Schotse arbeiders nooit in de steek te laten. Westminster werd vereenzelvigd met het internationale kapitalisme. Engeland was een broeihaard van antisociale besparingswoede, xenofobie (dit was in volle National Front-periode) en sociaal-economische hervormingen, die de sterke positie van de Britse vakbonden zou kunnen breken. Allemaal thema’s waar geen enkel draagvlak voor was – en is – in Schotland.

Op het partijcongres van 1979 slaagde de partijtop er maar net in om de motie te laten verwerpen van de ‘79 Group’ die van de SNP een socialistische partij wou maken, geïnspireerd op de marxistische theorie, naar het voorbeeld van het Ierse Sinn Féin . Daarop werd de Scottish Socialist Party (SSP) opgericht. In de jaren ‘80, onder Thatcher en met de hete adem van de SSP in de nek, werd het linkse karakter van de SNP elke verkiezingsronde opnieuw versterkt.

De these van de Schotse separatisten is eenvoudig: Westminster en de Britse democratie belemmeren de uitbouw van een democratisch socialistisch Schotland. In Schotland is geen democratisch draagvlak voor de besparingen en privatiseringen die onder de Tories en (New) Labour werden uitgevoerd, dus is Schotse onafhankelijkheid het gedroomde middel om de socialistische structuren in Schotland te vrijwaren en eventueel te versterken. De trotskistische elementen binnen de kleinlinkse beweging zijn onmiddellijk op de onafhankelijkheidskaravaan gesprongen en zijn zeer sterk aanwezig in het debat en de campagne in aanloop naar het referendum. Trotskistisch opiniemaker en SSP-activist Chris Bambery brengt in juni 2014 zijn boek A People’s History of Scotland uit, waarin hij de Schotse onafhankelijkheid kadert binnen een groter socialistisch project. Het zelfbeschikkingsrecht van volkeren vloeit volgens hem niet voort uit een natuurrechtelijk discours, maar uit een historisch materialistisch discours dat regio’s die worden uitgebuit door de bezittende klasse van een andere regio uit dat specifieke feit een recht op zelfbeschikking puren. Hiermee sluit de Schotse zaak perfect aan bij de trotskistische thesen over klassenstrijd en anti-imperialisme in de Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse kolonies in de jaren ’50 en ’60 van de vorige eeuw. De ‘democratische’ dimensie van het Schotse discours wordt ingeroepen als rechtvaardiging van het verwerpen van het ‘dictaat’ van Westminster. Of Schotland en de Schotten nu gebaat zijn bij de afbouw van een overheidsapparaat dat Di Rupo zou doen blozen, is onbelangrijk. Als de Schotten er tegen zijn, dan is onafhankelijkheid gerechtvaardigd.

Concurrentie op links

Met deze stelling komt de SSP in regelrechte oppositie tegen de sterkere Communist Party of Great Britain, die Schotse onafhankelijkheid verwerpen, omdat het ingegeven wordt door opportunistische motieven in plaats van socialistische. Zo bijvoorbeeld verwijst de SSP graag naar het demografisch onderzoek naar de ‘Yes vote’, die stelt dat de werklozen, laaggeschoolden en werkende armen de belangrijkste demografische groep achter de ‘Yes vote’ uitmaken, en daarom het socialisme gebaat is bij het surfen op die golf van anti-Brits en separatistisch sentiment. De Britse ‘orthodoxe’ communisten daarentegen verwijten de SSP en de linkse vleugel van de SNP ‘trotskistisch opportunisme’ en waarschuwen kiezers uit die demografische groep ervoor dat de SSP inhoudelijke toegevingen zal doen aan de centristische, ‘gradualistische’ vleugels binnen de SNP om samen gestalte te geven aan een socialistisch soeverein Schotland.

De SSP wuift die kritiek weg. Zij willen het anti-Britse sentiment bij de Schotse bevolking ombuigen in een pro-socialistisch sentiment, met het referendum als katalysator. Bovendien wijzen zij erop dat er in Engeland geen georganiseerde en geloofwaardige druk van de linkerzijde op Labour is, en er dus geen hoop is op socialistische hervormingen vanuit Westminster. In Schotland is die druk er wel: de SNP heeft duidelijk stelling genomen voor een linkse toekomst in Schotland en dreigt heel wat kiezers op haar linkerflank te verliezen aan de SSP en andere linkse groupuscules. Bovendien staan de Conservatives en UKIP in Schotland ontzettend zwak, dus is er geen enkele reden voor SNP om toe te geven aan een vermeende rechterflank.

Iedereen gewonnen

Bovendien zijn beide uitkomsten van het referendum goed voor een verdere linkse radicalisering van de onafhankelijkheidsbeweging in Schotland. Indien er vóór onafhankelijkheid wordt gestemd, kan de linkerzijde die overwinning op haar hoed steken en zich op democratische legitimering beroepen om de SNP verder te verlinksen. Indien er tégen onafhankelijkheid wordt gestemd, zal Schotland verder vervreemden van Westminster en heeft links meer tijd om de Schotten op te zetten tegen Westminster. Ook de kritiek van de communisten op het antagoneren van de Schotse en Engelse middenklasse wordt weggewuifd: de internationale vakbondsbeweging werkt al meer dan een eeuw over landsgrenzen heen, waarom zou dat tussen Schotland en Engeland anders verlopen? Ten slotte voelen de SSP en de linkerzijde van de SNP zich gesterkt door het feit dat uit demografisch onderzoek blijkt dat niet-Schotse bedrijven geen heil zien in Schotse onafhankelijkheid. Volgens links hét bewijs dat Schotse onafhankelijkheid niet anders dan in het belang van de Schotse werkende klasse kan zijn.

Dat links de onafhankelijkheidsbeweging in Schotland volledig gekaapt heeft blijkt ook uit het succes van de twee Radical Independence Conferences (RIC) in 2012 en 2013, waarbij het gros van Schotse militante linkse organisaties en partijen zich strategisch samen schaarden achter het onafhankelijkheidsproject, zij het op een ander platform dan de SNP. Scottish Labour en de Communist Party of Great Britain doen uiteraard niet mee. Waar SNP de Britse monarchie, het Britse pond, het NAVO-lidmaatschap en de Britse marinebasis van Faslane wil behouden, pleiten de organisaties achter RIC voor een Schotse republiek, een eigen munt, tegen NAVO-lidmaatschap en voor de onmiddellijke sluiting van Faslane. SNP spiegelt zich daarenboven graag aan de Scandinavische socialistische experimenten, terwijl deze volgens de RIC en de SSP revisionistisch en zelfs neoliberaal zijn.

Schotland-Vlaanderen: andere strijd

Waarom is dit ideologisch kader belangrijk voor ons in Vlaanderen? Omdat een louter beroep op het zelfbeschikkingsrecht geen vrijgeleide kan zijn voor projecten als de Schotse onafhankelijkheid. Het tegenargument van veel Vlaams-nationalisten die de Schotse onafhankelijkheid genegen zijn, maar niet het achterliggende sociaaleconomische project waar zelfs de PS niet voor te springen staat, komt neer op de belofte dat de strijdpunten van de SNP en de onafhankelijkheidsbeweging, namelijk het behoud van de Britse planeconomie en almacht van de vakbonden, zij het binnen een Schots autonoom kader, niet houdbaar is op lange termijn en de Schotten wel in latere instantie zullen inzien dat die ideeën niet werkbaar zijn. Maar laat die Schotse linkerzijde zich nu net beroepen op het ideaal van de wereldbrand, de socialistische wildfire: wanneer Schotse marxisten een democratische overwinning kunnen claimen, kan dit voldoende leverage bieden aan soortgelijke bewegingen in de rest van Europa en de wereld. Zo schuwen de SNP en de SSP niet om zich solidair te verklaren met de gefaalde Zuid-Europese landen, in hun strijd tegen de broodnodige hervormingen en moderniseringen, zoals we die in Vlaanderen noodzakelijk en vanzelfsprekend achten. Met Vlaams-,nationale steun aan Schotse onafhankelijkheid motiveren we dus wat we in Vlaanderen en in Europa net willen bestrijden. Met een loutere ‘dat is hun zaak’ komen we er niet want, ondanks het feit dat nationalisme over volkssoevereiniteit gaat, kennen ideologische denkkaders geen grenzen.

Net omdat nationalisme geen ideologie is, maar een middel dat gestalte kan geven aan een ideologisch kader of dat een ideologisch project makkelijker kan integreren in een samenleving, smeken nationalisme en separatisme om een ideologische invulling. En als we kiezen om ons als Vlaamse autonomistische beweging te associëren met andere bewegingen in Europa, volstaat het niet om te verbroederen rond een paternalistische rancune jegens een ‘bezettingsmacht’, maar dringt een ideologische en historische analyse van de desbetreffende bewegingen zich op. Ik zou durven stellen dat het Schotse project in geen geval vergelijkbaar is met het Vlaamse, niet in middelen en zeker niet in doel. Wij hebben niets te winnen bij het steunen van levende socialistische fossielen, en zij zitten niet te wachten op onze steun. De Vlaamse steun voor Schotse onafhankelijkheid doet denken aan een belangrijke uitspraak van Lenin: ‘De uitbuiters zullen ons het touw verkopen waarmee we hen zullen ophangen.’


De auteur is doctotaartsstudent in de rechtseconomie aan de Universiteit van Turijn.

Foto: (c) Reporters

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

‘Sick’ is een relevante en hilarische roman waarin Bavo Dhooge alle humoristische registers opentrekt, zonder daarbij ook maar een moment de vinger van de pols van de maatschappij te halen.