JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Oorlog en vrede in de Wase Polders

Raf Praet3/6/2018Leestijd 8 minuten
Jan Creve, bezieler van Doel 2020.

Jan Creve, bezieler van Doel 2020.

foto © Doorbraak

Jan Creve van Doel 2020 vecht in Doel en de Wase Polders een duurzame relatie uit tussen mens, natuur, economie en erfgoed.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Jan Creve ontvangt me met een kop sterke koffie in zijn zonovergoten tuin in het gehucht Oud Arenberg. Bij de vraag hoe Creve zichzelf voorstel lacht hij deze vraag bescheiden weg. Hij is een man die niet te koop loopt met zichzelf. Leerkracht geschiedenis met een hart voor het verleden van de Vlaamse Beweging – hierover hoopt hij opnieuw te publiceren. Vader van een kroostrijk gezin, leeft hij in de polder met de neus tegen een zich opdringende havenuitbreiding aan. Als voorman en bezieler van de actiegroep Doel 2020 spreken we hem vandaag over Doel, de Wase polders en de uitbreiding van de Antwerpse haven. Hoe mens, erfgoed, economie en natuur (niet) met elkaar kunnen samenleven in het Vlaanderen van de 21e eeuw.

Doorbraak: Hoe bent u in Doel terechtgekomen en hoe bent terechtgekomen in de strijd om het behoud van de Doelse polders?

Jan Creve: ‘Eigenlijk ben ik uit Temse afkomstig. Dertig jaar geleden verhuisde ik naar de polders. Iedereen die hier leeft kan moeilijk naast de feiten kijken en buiten de strijd tussen de polders en de haven blijven. Het is een dagelijkse confrontatie. Tot het begin van de jaren 90 was het hier wel relatief rustig. Na de oliecrisis van de jaren 70 borg men de plannen voor een havenuitbreiding voorlopig op. Vanaf de jaren 90 kwamen de plannen terug op de agenda, met een Verrebroekdok tegen het dorp Verrebroek aan, en de bedreiging van Doel.’

In Doel krijgen we te maken met tal van conflicten. Kan u kort een schets geven van deze verschillende conflicten?

‘Een eerste belangrijk conflict is dat tussen de mens en economische belangen. Bij de eerste plannen waarin de verdwijning van Doel als noodzakelijk werd voorgesteld werd de economie gebruikt als argument. Het verdwijnen van Doel was spijtig, maar, zo zei men, dit was nu eenmaal nodig voor de economische ontwikkeling van Vlaanderen. De visie van Doel 2020 is dat de economie er is voor de mens en niet omgekeerd. Bovendien, het economisch argument doorstaat de kritische toets niet. Het behoud van Doel en het omliggende poldergebied staat de economische ontwikkeling op geen enkele manier in de weg.’

Waarom zou Doel dan moeten verdwijnen?

De ware actoren achter de vernietiging van Doel en de Wase polders zijn belangengroepen en machtsgroepen, waarbij er een zeer nauwe vervlechting is tussen economische lobbygroepen en de politiek. Voor sommigen kan de Haven niet groot genoeg zijn, wat ook de implicaties zijn. Deze polarisatie stelt de stad Antwerpen, de haven, de rederijen en de politieke waterdragers tegenover de bewoners en actiecomités zoals Doel 2020. Onderschat ook niet de rancune tegenover diegenen die de plannen van de ‘happy few’ dwarsbomen. Sommige mensen kunnen zich daar echt niet over zetten. Zelfs nu we in gesprek zijn met de Vlaamse overheid om een aantal problemen en controverses rond bewoners en bewoning op te lossen wordt dat op het terrein tegengewerkt.’ 

Lobby- en belangengroepen

Wie zijn die lobbygroepen?

‘De grootste rederij van Antwerpen is Mediterranean Shipping Company (MSC), een rederij met Zuid-Italiaanse roots. Deze rederij wil haar economische activiteiten ontplooien binnen een zo groot mogelijke comfortzone. En dat vertrekt natuurlijk niet vanuit de opvatting van zuinig ruimtegebruik. Het Havenbedrijf legt MSC niets in de weg, integendeel. En politici zijn op hun beurt enorm toeschietelijk voor het Havenbedrijf. Tot voor twee jaar zat MSC op Rechteroever aan het Delwaidedok, een moderne, volledig uitgeruste containerterminal. Het Deurganckdok op Linkeroever draaide op 20% van zijn capaciteit. Havenbaas Bruyninckx heeft toen de verhuis van MSC naar het Deurganckdok bewerkstelligd. En daarmee boomt het Deurganckdok nu en heeft men een argument om te pleiten voor bijkomende containercapaciteit. Één probleem: het grootste deel van de containertrafiek die nu op Linkeroever zit is bestemd voor het hinterland op Rechteroever. Sedert die verhuis van MSC zit alles op en rond de Linkeroeverhaven vast. En dan wil men nog een containerdok waarvoor een ganse streek de schop op moet. Onvoorstelbaar.

Na de verhuis van MSC naar Linkeroever werd er ook alles aan gedaan om het Delwaidedok af te schrijven voor grote containerbehandelaars. Kwestie van zelf de argumenten te creëren voor een bijkomend containergetijdendok op Linkeroever. Bruyninckx heeft toen als een van zijn laatste daden als CEO van de Haven van Antwerpen een deal beklonken met Sea-invest voor een tankterminal aan het Delwaidedok. Enkele maanden later werd hij er opgenomen in de Raad van Bestuur. Hij zit ook in de Raad van Bestuur van de firma Aertssen die betrokken is bij grote infrastructuurwerken in de Antwerpse Haven. Duidelijk de illustratie van “ons-kent-ons”.’

Hoe drukken die belangengroepen hun wil door?

Het hele gamma van technieken wordt losgelaten op de plaatselijke bevolking. Alles begon met zogenaamde “informatierondes” waarop mogelijke pistes als voldongen feiten werden voorgesteld. Het gemeentebestuur van Beveren ging daar ook gedwee in mee. Kritiekloos. Daarna volgde het verhaal van de wortel en de stok. Wie tekende om te vertrekken kreeg een premie, sociale begeleiding enzovoort. Ondertussen werd er gedreigd: wie niet snel verkoopt krijgt géén premie en zal blijven zitten met een onverkoopbare eigendom in een onleefbaar dorp.

Naarmate meer mensen verkochten, kon de rest van de eigenaars makkelijker onder druk gezet worden. De huurders waren sowieso een kwetsbare groep. Uiteindelijk bleef er enkel een kleine kern van hardleerse blijvers.

Wat daarna gebeurde is, is een van de schandaligste bladzijden in de geschiedenis van het recente Vlaanderen. Terwijl Doel opnieuw als woongebied op de kaart stond werd gestart met sloopwerken. Eerst een aantal nieuwbouwwoningen uit een verkaveling van de jaren 80. Vervolgens de Havenweg, de oudste straat van Doel, die als ‘bouwkundig geheel’ op de inventaris van het bouwkundig erfgoed staat. Daarna de statige 19de-eeuwse dokterswoningen, restaurant Saeftinge, het Camermanhuis… Die afbraken gebeurden niet zonder slag of stoot. Vooral in de periode 2007 tot 2009 ging het er heel hard aan toe. Met acties, dakbezettingen en uiteindelijk de inzet van de federale politie die op een morgen het ganse dorp afsloot en alle protesterende bewoners en actievoerders arresteerde. Onder politiebescherming werd toe een ganse straat bij elkaar gereden. Uiteindelijk heeft de rechtbank een einde gemaakt aan die illegale slooppraktijken. Maar op dat moment waren al tientallen huizen afgebroken.

En het was nog niet voorbij. Zo bepaalde de Vlaamse regering dat er in Doel – officieel nog altijd woongebied – géén woonrecht meer was… En daarmee werden de meeste huurders verdreven. De enkele tientallen mensen die in 2010 nog overbleven werden onderworpen aan wat je niet anders kan omschrijven dan psychologische terreur. De gemeente Beveren en de Maatschappij Linkerscheldeoever (de feitelijke eigenaar van de woonsten) gaf vrije baan aan dieven en vandalen zonder in te grijpen. Nacht na nacht brachten de bewoners van Doel door met het geluid van rondscheurende wagens, geroep en getier, ingeslagen ruiten. We hebben toen herhaaldelijk zelf nachtelijke patrouilles georganiseerd. Maar dat was onvoldoende om de situatie onder controle te krijgen. Al die tijd negeerde de overheid de vraag van bewoners naar concrete maatregelen. Daar is een kleine twee jaar geleden eindelijk verandering in gekomen als gevolg van de gesprekken tussen Doel 2020 en de Vlaamse administratie.’

Mens en natuur

Naast het conflict tussen de bewoners en de economische lobby zijn er nog andere conflicten in dit dossier. Zoals het conflict tussen mens en natuur?

De uitbreiding van de haven met het Saeftingedok is één dossier. Een ander dossier is dat van de zogenaamde natuurcompensaties. Kort samengevat komt het hier op neer dat wie natuur vernietigt die volgens de Europese regelgeving moet compenseren. Als de havenuitbreiding meebrengt dat de slikken en schorren in Doel worden vernietigd dan moet dat dus gecompenseerd. Daarvoor plant men de aanleg van nieuwe ‘robuuste’ natuurgebieden in het historische polderlandschap. Zonder ook maar rekening te willen houden met het oorspronkelijk landschap of de bestaande bebouwing. En daarmee moeten er ook voor de natuurcompensaties verschillende gehuchten verdwijnen, gaan eeuwenoude boerderijen onder de sloophamer en moeten duizenden bomen gekapt voor de aanleg van slik en schor 

Het is een steriele kijk op de natuur. De natuur als een maakbaar iets in een vacuüm waar de mens niet in voorkomt en niet welkom in is. Deze logica dient tevens de voorstanders van de havenuitbreiding. Eens de menselijke aanwezigheid en de herinnering aan deze aanwezigheid weg is, kunnen zij gemakkelijker doorgaan met hun plannen. De natuur kan niet protesteren. En is in hun visie te allen tijde (her)maakbaar. Het Europees Hof van Justitie heeft van die visie en aanpak van de Vlaamse overheid brandhout gemaakt. Behoud van bestaande natuur is de regel. Compensatie de absolute uitzondering.’

Zijn er geen kritische stemmen uit bijvoorbeeld de academische wereld tegen deze gang van zaken?

Er is niet alleen de havenlobby, er is ook de natuurlobby voor wie de aanleg van al die nieuwe zogezegd “wilde natuur” prachtig is. Daarbij wordt uitsluitend gekeken naar cijfers, doelstellingen en maatregelen ten gunste van exclusieve soorten. Vanuit die visie wordt de opruiming van een historisch landschap met minder exclusieve natuur als een meerwaarde voorgesteld. Er zijn wel kritische stemmen. Matthias Storme was jarenlang de juridische steun en toeverlaat van de Doelenaars. Ik denk ook aan de docenten van faculteit architectuur van de KU Leuven die – out of the box – durven nadenken over een andere toekomst voor Doel. Er is mobiliteitsdeskundige Dirk Lauwers, planningsdeskundige Georges Allaert, de kritische stem van econoom Geert Noels. Maar bij de pers overheerst gelatenheid. Wat in een andere context groot nieuws zou zijn wordt onvermeld gelaten. Een slijtageslag als de strijd om het behoud van de Doel en de polders haalt geen kijkcijfers.’

Alternatief

Hebben jullie een alternatief? Zien jullie een mogelijkheid om die tegenstellingen te verzoenen?

Er vonden voor diverse rechtbanken al tientallen rechtszaken plaats in het kader van de actie voor het behoud van Doel. De meeste van die rechtszaken hebben we effectief gewonnen. In 2016 en 2017 heeft de Raad van State alle bestaande havenuitbreidings- en natuurcompensatieplannen vernietigd. Dat is de reden waarom de Vlaamse overheid in de zomer van 2016 is gestart met een overlegmodel: het zogenaamde complex project, dat alle alternatieven voor havenuitbreiding in kaart wil brengen. Deze oefening heeft uitgewezen dat er wel degelijk alternatieven bestaan, waarbij een capaciteitsverhoging van de haven gerealiseerd kan worden zonder dat de streek verder moet vernietigd worden.’

Is dat complex project de toekomst van Doel?

Met het complex project is duidelijk geworden dat de Haven van Antwerpen hoe langer, hoe meer op de grenzen van haar mogelijkheden botst. Het dagelijks fileleed rond Antwerpen is daar de illustratie van. En er is natuurlijk ook de uitspraak van het Europese Hof van Justitie waardoor men niet meer zo maar natuur kan vernietigen. Maar de procedure staat op losse schroeven. Minister Weyts heeft ingebroken in de procedure die hij zelf nota bene heeft opgestart en heeft nu een voorstel gelanceerd op maat van de reders. Feit blijft dat er geen oplossing mogelijk is voor de Haven zonder de bewoners en de actiecomités.’

Is het dossier Doel een voorbode van een existentiële crisis van de haven van Antwerpen?

Ik gebruik niet graag te dure woorden. Ja, de haven is belangrijk voor de Vlaamse economie. En ja, de haven zal belangrijk blijven. Maar de idee van oneindige groei is een verhaal dat voorbij is. De haven moet inzetten op meer efficiëntie. Op duurzaamheid. En op zuinig ruimtegebruik. Ook in een nauwere samenwerking met Zeebrugge ligt nog altijd veel (onbenutte) potentie. ‘

Veronderstelt jullie alternatieve visie op Doel dan ook een alternatieve visie op de maakbaarheid van de mens, van de natuur, en op de idee van oneindige groei?

Het is geen of-of verhaal. Wij gaan uit van een geïntegreerd verhaal waarin het ene belang het andere niet uitsluit. Maar het is duidelijk dat Vlaanderen zijn laatste resten open ruimte moet koesteren. En dat natuur en een historisch landschap met woonkernen complementair kunnen zijn aan elkaar. Wij pleiten voor een goed nabuurschap tussen verschillende actoren.’

Maatschappijvisie

Kan het dossier Doel voor een mentaliteitsomslag zorgen?

Het verhaal van Doel is groter dan het dorp. Doel 2020 omvat niet alleen de bewoners van Doel of de mensen uit de regio. Het verhaal van Doel gaat in wezen over de verhoudingen tussen mens, economie, natuur, erfgoed. Daarin verdedigen wij een maatschappijvisie waarbij de economie ten dienste staat van de mens en niet omgekeerd. Waarbij mens en gemeenschap, cultuur kunnen samengaan met natuur en economie.

Zijn er voor wat in Doel gebeurt lessen te trekken voor de Vlaamse Beweging?

De geschiedenis van de Vlaamse Beweging is in se een ontvoogdings- en identiteitsverhaal. In die zin blijf ik me verbazen over hoe een groot deel van de Vlaamse Beweging vooral inzet op symbolen en het verhaal van onafhankelijkheid. Maar wegkijkt als het gaat om de strijd voor het voortbestaan van een dorp, een streek. In die zin lijkt het alsof de Vlaamse Beweging vooral bezig is met de verpakking, niet met de inhoud.’

Jullie nemen in oktober 2018 deel aan de gemeenteraadsverkiezingen.

Wij gaan inderdaad met de onafhankelijke lijst Beveren 2020 naar de gemeenteraadsverkiezingen. De complete afwezigheid van het gemeentebestuur van Beveren in een debat over de toekomst van haar eigen grondgebied laat ons eigenlijk geen andere keuze. Het opzet is ook een stuk breder dan Doel 2020. De plannen voor een verdere havenuitbreiding bedreigen intussen de leefbaarheid van gans Beveren.’

Wat brengt de toekomst voor Doel en Doel 2020?

 Ik heb geen glazen bol. Wij hebben steeds gedaan wat we meenden te moeten doen. Er liggen, opnieuw, ingrijpende plannen op tafel. En we zitten met een Vlaamse regering die de illusie koestert deze plannen vlot te kunnen doorduwen. In de regio Antwerpen-Waasland maar eigenlijk in heel Vlaanderen zou men zich ernstig moeten bezinnen over de keuzes die voorliggen. Als men een leefbare regio wil, dan zijn er grenzen aan de economische groei. Het opscheppen van een dorp, een ganse streek, voor tijdelijk en onzeker economisch gewin getuigt bovendien van een enorm misprijzen voor het verleden en de vorige generaties. Ik vind dat een bijzonder kwalijke zaak.’

Raf Praet (1989) studeerde klassieken aan de universiteit van Gent. Na twee jaar als onderzoeksmedewerker in de byzantinistiek aan deze universiteit, voltooide hij zijn doctoraatsstudies in de oude geschiedenis aan de universiteiten van Groningen en Gent.  

Meer van Raf Praet
postRaf Praet7/12/2018

De Frontbeweging speelde in op de rol van de VS na het einde van de Grote Oorlog. VOS Vlaamse Vredesvereniging haalt die banden terug aan.

Commentaren en reacties