JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Het Grote Rusthuisdossier en de Rusthuiswijzer

een open brief

Maxime Callaert26/1/2020Leestijd 3 minuten

foto © Reporters / PPE

Woonzorgcentra krijgen het hard te verduren van het Nieuwsblad. Volgens Maxime Callaert is het echter niet overal kommer en kwel.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Het regende de afgelopen dagen weer positieve berichten in de media over onze Vlaamse woonzorgcentra: ‘Wat moet een mens in godsnaam doen om een rusthuis te verdienen?’, ‘Klokplassen’, ‘Rennen, springen, wassen, voeden, plassen en weer doorgaan’, zijn maar een summiere greep uit de koppen die ik de afgelopen dagen op mijn scherm zag verschijnen. ‘Rusthuizen kampen met een imagoprobleem’, zo wist Het Nieuwsblad  ons te vertellen. Hoe kan het ook bijna anders wanneer de enige berichtgeving over de sector zo vernietigend is.

Onderscheid

Nochtans moet er een belangrijk onderscheid gemaakt worden tussen de publieke en de private markt als het gaat over woonzorgcentra. Woonzorgcentra, geen rusthuizen, die laatste term hebben we in 2009 reeds begraven. In het Waasland hebben we op 1 januari 2019 officieel Zorgpunt Waasland opgericht. Een nieuwe publieke vereniging die alle woonzorgcentra, serviceflats en thuiszorgdienstverlening van de vroegere OCMW’s van Sint-Niklaas, Beveren, Zwijndrecht en Kruibeke bundelt. Goed voor zo’n 12 woonzorgcentra (met een totaal van 1.208 woongelegenheden), thuiszorgdiensten, dienstencentra, dagverzorgingscentra, assistentieflats, en ga zo maar door.

We doen het als Zorgpunt Waasland klaarblijkelijk niet slecht als publiek zorgverlener, als ik de Rusthuiswijzer van Het Nieuwsblad  mag geloven. Met een gemiddelde huidige dagprijs van 54,855 euro (ons goedkoopste centrum vraagt 49,50 euro per dag, ons duurste 59,91 euro) zitten we een pak onder het Vlaamse gemiddelde. We stellen ook vast dat ruim 90 % van onze bewoners de rekening zelf kan betalen onder andere door de tussenkomst van de Vlaamse Zorgverzekering. De dagprijs is trouwens een weldoordachte keuze van het beleid.

Met een gemiddelde tevredenheidsscore van 3,5/5 gaven onze bewoners ons in 2014 ‘onderscheiding’. Inmiddels hebben wij sterk geïnvesteerd in nog betere dienstverlening. De tevredenheidsscore is dankzij onze 1200 medewerkers en honderden vrijwilligers. De artikels hadden dus misschien ook ‘Publieke woonzorgcentra winnen de concurrentiestrijd met de privé’ als titel kunnen voeren. Het is maar een idee.

Divers inkomen

Wij functioneren financieel dankzij een samenvoeging van Vlaamse, lokale en federale middelen en de dagprijs die onze bewoners betalen. Wij proberen zo veel als mogelijk die middelen te laten vloeien naar onze bewoners en ons personeel. Door de dagprijs bewust laag te houden, door te investeren in nieuwe en modernere centra en sites, door meer personeel te proberen aanwerven.

Omdat wij als publieke zorgvereniging omgaan met belastinggeld, is het onze plicht om zorgvuldig om te gaan met onze budgetten en te proberen waar mogelijk efficiëntiewinsten te boeken. Niet op de kap van onze bewoners en personeel, maar door schaalvergroting. Twaalf gegroepeerde woonzorgcentra hebben nu eenmaal een sterkere onderhandelingspositie dan één centrum alleen. En één softwaresysteem, één aankoop-, personeels- en boekhouddienst kost natuurlijk ook een pak minder dan voor elke stad of gemeente een aparte dienst in stand te houden. Daarom ook deze oproep: publieke woonzorgcentra te Vlaanderen, verenigt u!

Puntjes op de ‘i’

Als voorzitter van de tweede grootste publieke zorgbedrijf van Vlaanderen vind ik het mijn plicht om te reageren op al de negatieve berichtgevingen die er de afgelopen dagen zijn geweest over de woonzorgcentra.

Ik doe dat niet voor mezelf, maar voor al onze medewerkers en vrijwilligers, die zich dag in dag uit met overtuiging en passie inzetten voor de bewoners, en die nu nog meer dan anders zich weer eens moeten verantwoorden voor hun job. Waarom ze toch niet overstappen naar de ziekenhuissector, naar de (private) medische sector.

Het is voor ons als publieke zorgsector al moeilijk genoeg om goed, nieuw, jong verzorgend en verplegend personeel aan te trekken (of bij te houden) als de berichtgevingen over de sector enkel negatief zijn, wanneer ze in een ziekenhuis gespecialiseerder werk kunnen doen, vaak tegen een betere verloning of aantrekkelijkere voorwaarden.

Want wij vragen veel van ons personeel: een grote flexibiliteit, een groot empathisch vermogen, fysiek zwaar werk, week-weekend-ochtend-avond-en-nachtwerk, en nu ook nog eens het jammerlijke negatieve oordeel van de publieke opinie.

Een hart voor onze ouderen

Maar als ik spreek met onze medewerkers, wat ten tijde van talloze nieuwjaarsrecepties wel vaker en gemakkelijker gebeurt dan doorheen het jaar, dan hoor én zie ik de passie en de overtuiging waarmee zij hun job beoefenen. De liefde die zij overhebben voor de job en voor hun bewoners.  De band die zij kunnen opbouwen met de bewoners en hun familie.

En daarom, beste dames en heren die zorgen dat onze woonzorgcentra blijven functioneren, én goed functioneren, vanuit de grond van mijn hart: bedankt. Dank voor al hetgeen jullie doen voor onze maatschappij en haar ouderen. Dank, onbaatzuchtige superhelden die zorgen dat iedereen, ongeacht wie ze zijn, kan genieten van een mooie, menswaardige oude dag. En is dat niet hetgeen we onszelf allemaal toewensen voor de toekomst?

Maxime Callaert is gemeenteraadslid voor de stad Sint-Niklaas en sinds april 2019 voorzitter van Zorgpunt Waasland.

Commentaren en reacties